achtereenvolgens te letten heeft. — Datum en maand der phase worden eenvoudig vóór iederen naam gezet; wanneer b. v. op 10 Februari het stuiven der katjes van den hazelaar begint en op 20 April de bladeren van den wilden kastanje zich ontplooien, noteere men xo. II. vóór Corylus avellana 5, en 20 IV. vóór Aesculus hippocastanum B O. — De namen van de niet in de omgeving van het station van waarneming voorkomende planten worden doorgehaald.
B 0 = de eerste bladoppervlakten worden zichtbaar en wel op verschillende (2 cl 3) plaatsen aan hetzelfde exemplaar.
B = de eerste bloesems staan open en wel op verschillende plaatsen aan hetzelfde exemplaar.
V= de eerste vruchten zijn rijp en wel op verschillende plaatsen aan hetzelfde exemplaar.
B G— het bosch groen: meer dan de helft van de bladeren ontplooid.
H = herfsttint: meer dan de eerste helft der bladeren, de afgevallene meegerekend, heeft den herfsttint aangenomen.
B G en H moeten niet aan alleenstaande boomen, maar liefst aan grootere groepen van hoogstammige boomen (bosschen, alleeën) worden waargenomen.