Schooner en aanschouwelijker dan Cohn de jaarlijks terugkeerende regelmatige afwisseling in het plantenkleed schildert, kan het zeker niet geschieden. Waar. Cohn evenwel zijne tien perioden of maanden weer wil verdeelen in ,,Vegetations-Wochen", die nu juist niet ieder zeven dagen bevatten, maar waaronder hij de tijdruimte verstaat, die tusschen het begin van twee op elkander volgende, bijzonder belangrijke en in het oog vallende verschijnselen bij algemeen voorkomende en in 't oog vallende struiken en boomen verloopt, zoodat men eene soort van plantenkalender zou verkrijgen, — daar komt het mij voor, dat het goede doel wel iets wordt voorbijgestreefd, omdat de afwijkingen van den gemiddelden, den normalen toestand, allicht zoo groot kunnen zijn, dat de verdeeling in „Vegetations-Wochen" meer theoretisch dan van practische beteekenis zou worden. Beter kan ik mij vereenigen met de phaenologische jaargetijden van Ihne ') of die van Drude 2), vooral met die van den eersten.
Ihne's jaargetijden zijn de volgende:
a. Voor lente, de tijd van het ontwaken van den plantengroei. In deze periode bloeien alleen die houtplanten, welker bloei zich vertoont vóór de ontplooiing der bladeren en waarbij tusschen bloei en bladontplooiing eene pauze ligt. De kruiden, die gelijktijdig met deze houtplanten bloeien, behooren ook tot deze periode. (Corylus Avellana, Galanthus nivalis, Hepatica triloba, Cornus nas, Anemone nemorosa, Ranunculus Ficaria, Populus tremula, Salix Caprea, Uimus campestris).
b. Half-lente 3), de bloeitijd van zulke houtplanten, waarbij de bloei en de eerste bladeren gelijktijdig of bijna gelijktijdig verschijnen; tusschen bloei en ontplooiing der bladeren is geene pauze. De boomen beginnen in blad te komen. (Aesculus Hippocastanum B O 4),
1) Ihne, Ueber phanologische Jahreszeiten (Naturwissenschaftl. Wochenschrift, X (1895), n°. 4.
2) Drude, Deutschlands Pflanzengeographie I, p. 438 (1896).
3) Ihne spreekt van •Erstfrühling", Drude van «Halbfrühling,\ Het laatste is in 't Nederlandsch beter te vertalen dan het eerste, liedoeld wordt de eerste, vroegste helft van cfe eigenlijke lente.
4) B O = de eerste bladoppervl. worden zichtbaar en wel op verschill. (2 a 3) plaatsen van hetzelfde exempl.
B = de eerste bloesems staan open en wel op verschill. plaatsen aan hetzelfde exemplaar.
V = de eerste vruchten zijn rijp en wel op verschill. plaatsen aan hetzelfde exempl.
H = Herfsttint.