ting aan het Java-net. In de Westerafdeeling van Borneo geschiedde de opneming op veel kleinere schaal: 1:200000 (alleen bij gedetailleerde weg- en rivierkaarten op die van 1 : 50 000). Doch zij geschiedde daar ook slechts door één brigade; en toch werd er een terrein opgemeten van 41 297 (1893: 15 872; 1894: 25 425)- Het geheele sedert t886 daar opgenomen terrein bedraagt thans 137 227 □ kil., dus ruim 4 X Nederland's oppervlakte, terwijl er nog bovendien in 1893 het net van astronomisch bepaalde punten (103 in aantal) werd voltooid. — Behalve op Sumatra en Borneo werden door enkele officieren en opnemers nog topographische werkzaamheden verricht op Atjeh en Poeloe Weh, wat dezer dagen zoozeer de aandacht trekt; voorts in Goa en bij Macassar, en natuurlijk op Lombok, waar aan de expeditionaire troepen een officier en twee mindere militairen van den Topographischen Dienst werden verbonden. De werkzaamheid van dezen Dienst spiegelt zich ten slotte het beste af in de nieuwe kaarten, welke zij in de beide laatste jaren het licht deed zien. Het zijn niet minder dan 55 detailbladen van de Topographische Kaart van Sumatra (1 : 20 000) en 20 van 1 : 40 000. Bovendien verscheen blad I—VIII der kaart van Benkoelen. Van Borneo verschenen 6 bladen op de schaal (1:200000) doch 37 detailkaarten (rivieren en wegen: 1:50000), terwijl bovendien van het gouvernementsgebied te Nanga Pinoh, afdeehng Sintang, een kaart van 1 :5000 werd vervaardigd en ook de bladen Boengan en Boven-Mandai (1:200000), altijd in diezelfde Westerafdeeling van Borneo gelegen, gereed kwamen. Hoezeer de leden der Borneoexpeditie van deze werkzaamheid en kaarten de vruchten plukten, wordt door hen terecht meermalen dankbaar erkend. — Van de op Groot-Atjeh, Zuid-Celebes en Lombok opgenome terreinen verschenen kaarten op de schaal van 1:20000; van het gedeelte op Lombok, dat buiten het operatieterrein was gelegen, echter eene van 1 ; 40 000.

Wij moeten ten slotte als een zeer verdienstelijken en zuiver geographischen arbeid vermelden de ons welwillend door Z. E. den Minister van Koloniën toegezonden „Tabel van de resultaten eener met behulp van den planimeter verrichte meting van den vlakken inhoud der Nederlandsche bezittingen in O. Indië". Daar deze echter nog onlangs even uitvoerig als zaakkundig door den Heer Timmerman in ons Tijdschrift werd besproken en een uittreksel daarvan werd opgenomen, kunnen wij het hier

bij de bloote vermelding laten.

Het terrein der werkzaamheid van den Hydrographischen Dienst ligt voor de laatste 2 jaren bij Noord- en Oost-Sumatra, waar het opnemingvaartuig de „Blommendal" bezig was met opnamen voor het laatste der