Koloniale kroniek. Koloniale literatuur, door J. K. W. Quarles van Ufford, Economist, Januari 1896.
De schrijver bespreekt o. a. de brochure der heeren Van Bosse en Kamerling over de toestanden ter Westkust van Sumatra.
Oostkust Sumatra. Blad VII. 1:200000. Opgenomen in 1893 en 1894 door H>. M>. Opnemingsvaartuig Melvill van Carnbée, Commandant Luitenant ter zee der iste klasse R. O. J. Verschoor. Bijgewerkt t/m B. a. Z. n°. 13/72. — 1896. Uitgeg. in Dec. 1895 door het Min. v. Marine, Afd. Hydrographie. Pr. ƒ 2,—. Verkrijgbaar bij Gebr. Van Cleef, Spui 28a, Den Haag.
0° 40'—1° 50' N. Br.; 101° 40'—102° 40' O. L. v. Gr.
Oostkust Sumatra. Mond der Rokan-rivier. 1: 100 000. Opgen. in 1893 door H>. Ms. Opnemingsvaartuig Blommendal, Comm. Luit. ter zee der iste klasse J. H. van Hoogstraten. Bijgewerkt t/m B. a. Z. n°. I3/72. _ 1896.' Uitgeg. als boven. Pr. ƒ 1,—. Verkrijgbaar bij Gebr. Van Cleef.
2° 0'—2° 25' N. Br.; 100° 32'—100° 53' O. L. v. Gr.
Mededeelingen op zeevaartkundig gebied over Nederlandseh Oost-Indië. Afdeeling Hydrographie van het Ministerie van Marine. 's-Gravenhage, 1 Febr. 1896, N°. 1.
1. Scmatra. Westkust. Verschillende opgaven betreffende reede Padang, Koninginne-baai en Emma-haven. — 2. Borneo. Westkust. Ankerplaats voor Ketapang-rivier. — 3. Kleine Soenda-eilanden. Ankerplaatsen en vaarwaters nabij de W. en N.-kust van Lombok. — 4. Bijzonderheden betreffende Kombal-baai, Lombok W.-kust.
Aanschouwelijkheid bij het aardrijkskundig onderwijs, door II. Zondervan. — Vragen des tijds, 1895.
De schrijver geeft vele behartenswaardige opmerkingen en wenken omtrent de waarde van aanschouwelijk onderwijs in aardrijkskunde en de hulpmiddelen welke daartoe gebezigd kunnen worden. Wij kunnen de lezing van het artikel zeer aanbevelen en het verheugt ons dat het opgenomen is in een tijdschrift hetwelk, meer dan een vakblad, onder de oogen van het grootere publiek komt; niet zoozeer omdat wij verwachten dat de niet in geographie onderwijs gevende lezer veel belang zal stellen in het methodische gedeelte van het opstel, als wel omdat toch allicht aan deze of gene de beteekenis van het onderwijs in geographie duidelijker zal worden. Wij stellen er prijs op dat de Kedactie van de »Vragen des Tijds" dit opstel heeft opgenomen, omdat daaruit blijkt dat zij van het gewicht der zaak , als eene vraag van onzen tijd, overtuigd is. Dat alles wil natuurlijk niet zeggen dat wij het nu juist tot in alle bijzonderheden met den schrijver eens zouden zijnj