ontworpen expeditie en de daarvoor van de Koloniale Regeering gevraagde moreele steun niet zonder invloed op de zending van den heer van Hoëvell zijn gebleven. Doch, hoe ook, wij danken daaraan een beschrijving der Key, die niet enkel den expeditie-leden van groot nut zal geweest zijn, maar tevens de toen nog bestaande kennis dier groep, door den schrijver insgelijks zeer gering genoemd >), belangrijk aanvulde. Ook gaf hij daarbij een schetskaart, die wel gebaseerd was op de door den heer Langen verstrekte gegevens, maar daarvan toch een alleszins verbeterde editie mocht heeten, aangezien de heer v. H. op zijne met het stoomschip „Samarang" gemaakte reis „zoo vele tot dusver weinig of in tgeheel niet bezochte plaatsen.aandeed" en reeds toen in de gelegenheid was de aan hem en onze expeditie-leden als uitgangspunt dienende en ook in het buitenland meest bekende kaart 2) van Langen aan te vullen. Hij deed dit „voornamelijk", zooals hij schrijft, „wat de spelling „der namen, de ligging der verschillende kampongs en lengte en breedte „betreft, waardoor ook de vorm der eilanden volgens de voorstelling van „den heer Langen eenige wijziging onderging".
Was dus de kennis der Key-groep en de litteratuur er over reeds belangrijk toegenomen, nog vóór de hier achter volgende verslagen het licht zagen , wij wenschen thans vooral het verschil dier verslagen met de vroegere publicaties in het licht te stellen en daardoor dus tevens de nieuw verkregen resultaten, die men aan de leden der expeditie verschuldigd is.
Vooreerst zij opgemerkt, dat de heer Planten in zijne beschrijving van de groep in talge?neen (de inleiding tot zijn eigenlijk verslag: de beschrijving der afzonderlijke groepen en eilanden) reeds licht werpt over verschillende punten, die wij boven onzeker noemden, bijv. den naam: de beteekenis en de uitspraak daarvan (Ewaf of Key, op .de kaart Key geschreven); de ligging dier groep in haar geheel; de algemeen geologische gesteldheid alsmede het verschil te dien opzichte tusschen GrootKey en de overige eilanden; de voortbrengselen; het aantal inwoners, enz.
Doch welhaast tot zijn eigenlijk onderwerp komende, geeft de heer Planten terecht rekenschap van de wijze, waarop hij bij het verzamelen der bouwstoffen tot de samenstelling der kaart te werk ging, m.a. w. hoe hij opnam: met alleen de belangrijkste groepen of gedeelten daarvan, maar de geheele Key-groep; waarom hij geen astronomische plaatsbepa-
1) .Eene geographische en meer plaatselijke beschrijving der Key", zegt hij, „is nog geheel te maken" (Tijdschr. Bat. Gen., Dl. XXXIII (1889). Afl 2' p 102
2) Zie Proceedings der E. G. S„ Vol. X (1888) gereproduceerd'in'het Tijdschrift Aardr. Gen. 1888, p. 380. J