Om in dien bak en dus ook in huis te komen bezigt men een paal die schuin tegen dien bak geplaatst is. Deze paal is voorzien van eenige inkepingen, groot en diep genoeg om bij wijze van trappen of treden dienst te doen. Verder zijn om de stijlen, waarop het huis rust en op korten afstand van de vloer der woning ronde planken aangebracht, die beletten moeten dat slangen en ander ongedierte, door tegen de stijlen op te kruipen, in huis sluipen.

Dansen.

Bij de Alfoeren van het Westelijke gedeelte der afdeeling Wahaai is als dans slechts de kahoewa in gebruik. Deze wordt onderscheiden in drie soorten en wel:

a. De kahoewa waarbij alleen gezongen wordt en geen muziek gemaakt;

b. De kahoewa met tifa begeleiding en zang ook kaironie geheeten;

c. De kahoewa met tifabegeleiding doch zonder zang.

Bij alle drie de soorten onder a, b en c genoemd, bestaat de dans uit het in een kring rondloopen van mannen, jongens, vrouwen en meisjes, waarbij door de mannen bijzondere passen vooruit en achteruit gemaakt worden, die met eenige sierlijkheid en bijzondere vlugheid uitgevoerd worden. In de negorijen Roemaolat en Opin wordt de dans onder b genoemd uitgevoerd, en dragen vrouwen en meisjes een soort van koperen ring om beide voeten bij de enkels, die zij op de maat der muziek, onder het rondloopen tegen elkaar slaan, eene beweging die zeer vermoeiend moet zijn en de voeten meestal zoo doet opzwellen, dat soms de ring na afloop van den dans niet afgenomen kan worden, vóórdat de zwelling heeft opgehouden. Bij de dansen onder a, b en c genoemd, vormen de beide seksen nagenoeg een bonte rij. Meestal worden slechts de heldendaden hunner dapperen, in den strijd of bij het koppensnellen volvoerd, bezongen.

De dans onder a wordt door de Patasiwa uitgevoerd, die allen bijna zonder uitzondering zeer goed zingen.

De dansen onder b. en c bedoeld worden zoowel door Patasiwa als Patalima uitgevoerd, doch nergens anders dan in de negorijen Roema Olit en Opin dragen de vrouwen en meisjes daarbij de hierboven vermelde ringen om de voeten.

Over het algemeen zijn bij alle dansen de vrouwen en meisjes met koralen en bloemen versierd en hebben zij even als de mannen hunne beste