NIEUWE UITGAYEN.
J. J. Egli, Nomina geographica, Sprach- und Sachorklarung von 42000 geograph.isch.en Namen aller Erdraume; zvveite vermehrte und verbesserte Auflage. Leipzig 1893, 1035 bladzijden, groot octavo.
Deze tweede editie, die 20 jaar na de eerste verschijnt, onderscheidt zich aanmerkelijk van de eerste. Het is den schrijver gelukt een in 33-jarige studie gerijpte vrucht te leveren, die quantitatief en qualitatief alles ver overtreft, wat tot heden de algemeen geographische woordenboeken opgeleverd hebben. Daarin worden 42000 geographische namen behandeld, terwijl de eerste editie 17000 namen bevatte; en toch was het hoofddoel niet het vermeerderen van het getal, maar integendeel een zorgvuldigere bewerking, gepaard aan de grootst mogelijke bondigheid. Daarom is ook het onbeduidende en onvoldoende verwijderd. Bij de keuze daarvan zijn vaste regels aangenomen, die in het voorwoord worden opgenoemd.
Het tweede gedeelte van de eerste editie, »die Abhandlung"\ de wetten bevattende volgens welke die namen gegeven zijn, is achterwege gelaten.
Geen naam is zonder beteekenis of zin. De verklaring van de plaats-, berg- en riviernamen enz. is een onuitputtelijke goudmijn van geschiedenis, natuurkennis en taalkunde.
De geographische naam spiegelt ook den graad en de richting van de beschaving van hen die dien naam gegeven hebben.
Eenige voorbeelden mogen aantoonen hoe het geven van een naam in nauw verband staat met de geschiedenis. Men kent de voorliefde met welke de Spaansche en Portugeesche ontdekkers namen van heiligen hebben gebruikt en wel gewoonlijk volgens den kalenderdag, zoodat deze benamingen als historische gedenkstukken kunnen gelden. Zoo heeft Columbus de Virginische Antilies ontdekt op den dag van de H. Ursula en der 11000 maagden (virgines). Zoo laat zich ook de koers van Vespucci aan de kust van Brazilië nagaan, volgens de kalender, van Cabo de San Roque (16 Aug. 1501) tot Rio San Francisco (14 Oct.) tot Allerheiligen laai (1 Nov.) tot aan de veronderstelde Januari-rivier, Rio de Janeiro (1 Jan. 1502). Toen Columbus, verschrikt door de peillooze diepte van de Honduraszee en op zijn oostelijk gerichte vaart langs de kust, met tegenwind kampende, eindelijk de reddende kaap bereikte, plaatste hij die op zijn kaart onder den naam Gracias a Dios. Tasman noemde de bocht, waar eenige zijner matrozen onder de slagen der Maori's gevallen waren, de Moordenaarsbocht, Cook de haven waar zijn natuuronderzoekers gedurende drie weken rust 400 nieuwe plantensoorten ontdekten de Botany Bay. Ook danken wij menig aardig uitgevonden naam aan de vroegere ïeizen; want de nieuweling bezag met verbazing en bewondering de menigte vreemde verschijningen, en onder zulke versche indrukken ontstonden namen als