Terwijl de dichtheid der bevolking derhalve toen (Ult° December 1889) in het geheele rijk tot 1386 per 1000 H.A. steeg, bedroeg die in de kleinere gemeenten en ten plattenlande slechts 968 zielen.

De toename bedroeg in het rijk tijdens de verschillende volkstellingen, 1830 gelijk 100 stellende:

in 1840 109,45 in 1870 136,96

„ 1850 116,97 „ 1880 153,54

„ 1860 126,62 „ 1890 172,62

Gelijk men uit bovenstaande statistiek zien kan, spelen de met -vette cijfers gedrukte getallen, betrekking hebbende op de gemeenten boven de 20,000 inwoners, een hoofdrol waar het de toename betreft en vooral daar waar er van werkelijk groote centra sprake is, in Zuid- en NoordHolland en Utrecht en met name ook in Gelderland; het minst was die toename in Friesland en Limburg waar de beide hoofdplaatsen, welke alleen in die categorie van volkrijkheid vallen, trouwens niet krachtig bloeien. Bij eene nadere ontleding zien wij dat de ontwikkeling sedert 1830 het aanzienlijkst was: te Tilburg van 11,726 tot 33,9°5; — te Arn" hem van 14,509 tot 49,727, —te 's Gravenhage van 56,105 tot 156,809,— te Rotterdam van 72,294 tot 201,858 (Delfshaven werd bijgevoegd), — Schiedam van 11,588 tot 23,035, — Amsterdam van 202,364 tot 408,061, — Haarlem van 21,667 tot 50,500, — Helder van 5489 tot 22,221, — Nieuweramstel van 443° tot 24,9°3, dus overal meer dan verdubbeling; Utrecht van 43,4°7 tot 84,346 en Groningen van 30,260 tot 56,038 volgen op den voet, Breda, Nijmegen, Delft, Zwolle en Deventer namen mede sterk toe, terwijl den Bosch, Dordrecht, Leiden, Leeuwarden en Maastricht zich met een bescheidener deel moesten vergenoegen.

Doch het mag hier niet verzwegen worden dat, volgens de bevolkingsregisters der gemeentebesturen, in de drie laatste jaren over het algemeen eene stremming in den groei valt op te merken , zelfs het rasch opbloeiend Tilburg ondervond dit; Leiden en Maastricht in nog sterker mate, Schiedam ging zelfs iets terug in inwonertal; wij noemen met voordacht deze

venha^e, Delft, Dordrecht, Leiden, Rotterdam, Schiedam. - In Noord-Holland: Amsterdam, Haarlem, Helder, Nieuweramstel. — In Utrecht: Utrecht. — In Friesland: Leeuwarden. - In Overijssel: Zwolle, Deventer. - In Groningen: Groningen. - In

Liraburg: Maastricht.

Er zijn slechts zeer enkele gemeenten in ons land welke die grens naderen: Apel-

doorn Gouda en Kampen (de beide eersten hebben die in 1894 reeds bereikt).

2) Dit is de toename sedert de eerste Volkstelling in 1830, het toenmalig cijfer der bevolking = 100 stellende.