kunnen voorkomen, en b. v. het maken van diepe ingravingen door aan afschuiving onderhevige leemlagen, van groote ophoogingen op onvertrouwbaren ondergrond, zoomede het gebruik van minder goede specie voor dijken of spoorbanen, kunnen vermijden. — In Frankrijk is dan ook aan de school, die uitsluitend strekt voor de opleiding van bouwen waterbouwkundige ingenieurs — geen mijn-ingenieurs — de Ecole des Ponts et Chaussées, een leerstoel verbonden voor de geologie, toegepast op de kunst van den ingenieur, en evenzoo wordt aan de Technische Hoogeschool te Weenen aan de aanstaande civiel-ingenieurs een theoretische en practische cursus in geologie gegeven.

Ook hier te lande zou de kennis van de geologie van ons vaderland op het gebied der openbare werken in verschillende gevallen veel nut hebben kunnen opleveren.

Het nut van eene goede wetenschappelijke hoogte-kaart voor den landbouw, voor den ingenieur en voor de defensie behoeven wij niet nader uiteen te zetten.

Waar het algemeen belang op zoo veelvuldige wijze door de uitgaaf van eene nieuwe geologische- en van eene hoogtekaart wordt gebaat, ligt het o. 1. geheel op den weg van den Staat om in de gevoelde behoefte te voorzien en de zaak ter hand te nemen.

Voor het particulier initiatief zijn ook de kosten te groot. De taak langs dien weg met den vereischten spoed tot een goed einde te brengen zou alleen mogelijk zijn bij zéér krachtige medewerking van Staatswege.

En daar in dat geval de Staat toch een grooten invloed op de leiding der onderneming zou moeten eischen, verdient uitvoering door of van wege den Staat in de eerste plaats overweging. Omtrent de wijze, waarop zij zou kunnen geschieden, is in 1887 door de afdeeling Natuurkunde der Koninklijke Akademie van Wetenschappen een zeer belangrijk advies uitgebracht, dat tot leiddraad zou kunnen strekken, en waaraan wij ons aansluiten.

Wat de voor de uitgaaf der geologische kaart te kiezen schaal betreft, was de genoemde afdeeling van oordeel dat eene grootere schaal dan

. 5 o,°°° voor de definitieve kaart verwerpelijk was. Zij wenschte, dat later, nadat het onderzoek in het veld tot op zekere hoogte gevorderd zou zijn, beslist zou worden, of die schaal voor de geheele kaart dan wel alleen voor de geologisch meer belangrijke en ingewikkelde districten zou worden aangenomen.

Te dezen opzichte zij opgemerkt, dat in het buitenland algemeen voor de geologische kaarten de grootste schaal wordt gekozen, die in verband