in overweging, aan te dringen op eene uitgaaf door of van wege het Rijk en op Rijkskosten.
Omtrent de wijze, waarop de onderneming kan worden aangevat en uitgevoerd, is de Commissie van meening, dat deze aan het oordeel der Regeering dient te worden overgelaten.
Ook acht zij het niet wenschelijk omtrent de uitgebreidheid en de inrichting van het terreinonderzoek in bijzonderheden te treden, en evenmin om thans de vraag te behandelen, op welke schaal de kaarten moeten worden uitgegeven, alhoewel deze vragen in nauw verband staan met de kosten.
De Commissie is van meening, dat eerst later voldoende kan worden beoordeeld, hoe de uitgaaf moet plaats hebben en in hoeverre eene afzonderlijke uitgaaf van geologische-, agronomische- en hoogtekaarten, dan wel eene gecombineerde uitgaaf verkieselijk is.
Zij acht het daarom wenschelijk, dat, wat de questie der uitvoering betreft, de besturen van het Koninklijk Nederlandsch Aardrijkskundig Genootschap en van het Koninklijk Instituut van Ingenieurs zich in 't algemeen aansluiten bij het in 1887 gegeven advies van de afdeeling Natuurkunde der Koninklijke Akademie van Wetenschappen, welke afdeeling in deze zaak stellig de raadgeefster der Regeering zal zijn. Alleen wordt in overweging gegeven, aan te dringen op de spoedige instelling van een goed geregeld voorbereidend geologisch onderzoek van Rijkswege, dat de noodige gegevens moet verschaffen voor de samenstelling der later uit te geven kaarten.
De Commissie heeft de eer U in overweging te geven, adressen te richten tot de Ministers van Binnenlandsche Zaken en van Waterstaat, Handel en Nijverheid, overeenkomstig het hierbij gevoegde Concept, en daarbij over te leggen:
ie een uittreksel uit de notulen der voll. Bestuursvergaderingen van het Koninklijk Nederlandsch Aardrijkskundig Genootschap, 28 September 1889, 15 Februari 1890, 12 April 1890, 20 September 1890, 24 Januari 1891, 27 Juni 1891 en 13 Februari 1892, voor zoover zij betrekking hebben op de geologische kaart.
2e het Verslag betreffende den toestand en de verrichtingen van het Koninklijk Nederlandsch Aardrijkskundig Genootschap over het jaar 1889, waarnaar in de notulen der vergadering van 15 Februari 1890 wordt verwezen.
3e een afdruk van het ā€˛Verslag betreffende hetgeen er in ons land