Bot ') bereikten, en ongeveer i'/2 uur later toen we een oogenblik pleisterden aan de Halëmea-rivier. Onder de rolsteenen van verschillenden oorsprong, die hier in de bedding voorkomen, vond ik een stuk kalk, dat vele Halobia-schelpen bevatte. Daardoor werd het bewijs geleverd, dat ook op Timor de boven alpine triasformatie voorkomt, een tot dusver niet bekend feit2). Verder treft men hier aan als rolsteenen stukken Permisch kalkgesteente, koraalkalk, melaphyramandelsteen en hornblende schiefer.
We zetten nu den weg voort, een tijdlang door laag, met meer dan 2 meters hoog riet bewassen land, daarna over heuvelen bedekt met alang-alang en geboomte dat hetzelfde karakter draagt als van het in den voormiddag afgelegde traject. Links, op een hoogen heuveltop, ligt de kampong Kila, met spitse hooge daken. In de buurt rijden we voorbij een plek Wemok geheeten, waar dikwijls markt wordt gehouden door de bewoners der omliggende kampongs.
De Lak&n, een der hoogste bergen van Timor, is slechts gedeeltelijk zichtbaar; de top is met wolken bedekt.
Op verschillende plaatsen langs den weg zijn waarschuwingen of verbodsteekenen opgehangen, bestaande uit een horizontaal bevestigden klapperbladstengel, waaraan geitenpooten, pinangnoten, twijgen hoepeltjes enz. zijn bevestigd.
Koit vóór we Lahoeroes bereikten, staan onder zware boomen een paar pëmah-steenen. Het was 6 ure toen we te Lahoeroes in Fialarang 3) afstegen. Deze plaats bestaat slechts uit drie of vier inlandsche huizen, waarvan er slechts één bewoond was door een katholieken Belonees, Atok genaamd, met zijn gezin. Het grootste huis, weinig meer dan een schuur, is dat hetwelk den pastoors bij hun bezoeken in deze streek tot verblijfplaats dient. Daarin namen de posthouder en ik onzen intrek.
1) Wichmann schrijft Bok, waarschijnlijk een drukfout. Bot of bóote beteekent groot; mota, rivier.
2) Dit handstuk, n°. 10 mijner verzameling, is thans in het Mineralogisch-Geologisch Instituut te Utrecht. Vergel. Wichmann, Bericht, p. 231, 255. Prof. Wichmann schreef mij, kort na ontvangst mijner gesteenten, daarover nog het volgende: "Behalve dat deze (trias)-formatie geheel nieuw is voor Timor, is de zaak ook nog uit een ander oogpunt van groot belang. Dezelfde Halobia-kalken komen voor op Rotti en waarschijnlijk ook op Savu en toonen dus het verband aan dat tnsschen deze, den buitensten gordel vormende, eilanden bestaat".
3) Deze schrijfwijze is, volgens P. Jansen, foutief. Het zou moeten zijn Fehalaran, d. i. „in de vlakte", van féhan (vehan?), vlakte en laran, in.