oa

OPLOSSING van het luciferraadsel uit het vorig nummer.

OPLOSSING van een A-raadsel,

aardbei en havermout bramketje barometer andantino

OPLOSSING: Zigzagraadsel.

I. Over, 2. Anna, 3. Bode, 4. Slee, 5. Bart, 6. Ezel, 7. Erwt, 8. Peen, 9, Ster, 10. Heer. Het gehele woord: Onderzeeër.

OPLOSSING: Een kruiswoordraadsel. Horizontaal: 1, Tabel, 5. Ren, 7, En, 8. Dun, 9. Es, 10. Tante, 11. Pen. 13. Ark, Verticaal: 2. Ar, 3. Bep, 4. En, 6. Adder,

II. Pa, 12, Een, 14. Urk, 15. Anker.

RAADSELS,

1. Wat doet een conducteur als hij op een been staat? 2. Wat is het begin van het einde? 3. Wie kan muizenval met drie letters schrijven? 4. Hoe meer je weghaalt, des te groter wordt het. 5. Op welke lade past geen enkele sleutel? 6. Noem de overeenkomst tussen je maag en een wagen. 7, Wie heeft tanden maar kan niet eten? 8. Welke vos vangt geen kippen?

Oplossingen: 1. Hij tilt z'n andere been op. 2. De letter E, 3. Kat. 4. Een kuil. 5. Op chocolade. 6. Je mag ze geen van tweeën overladen. 7. Een zaag. 8. Een slapende.

LUCIFERRAADSEL.

Maak van lucifers een figuur van 9 vierkantjes, (zie voorb. 1). Haal nu 8 lucifers weg en zorg dat er dan 2 vierkanten overblijven. (Voor oplossing zie voorb. 2).

i a

NATUURKUNDE IN DE HUISKAMER.

Neem twee glazen, vul ze met water en zet het eenc op een verhoging. Hang nu in het hoogste glas een ventielslangetje, zuig er even aan en als je water in je mond krijgt, laat je het slangetje in het lege glas hangen. Het loopt nu langzaam

vol, zodat het andere glas leegloopt.

MEDEDELING. De volgende week wordt de uitslag van de 2 P.P. bekendgemaakt.

LOETJE IBUIRGEB3IMIAINIS

KORTE INHOUD: Loetje Burgermans is 'n kwajongen met een hait van goud. Hij komt herhaaldelijk met de politie in aanraking, tot grote woede van zijn vader. Suze Nophuis

is de trouwe dienstbode. Bij haar kan Loetje geen kwaad doen. Loe's beste vriend is Gijs Blomberg. Na heel wat vacantieavonturen, breekt eindelijk de eerste schooldag weer aan. De plaatsen worden aangewezen en de vrienden komen gelukkig bij elkaar in de klas te zitten. Na schooltijd rijdt Loetje roet z'n flets een meisje omver. Ze brengen haar naar huis en Loe is warempel... n beetje verliefd. Ze mogen binnenkomen en krijgen koffie met gebakjes. Gijs laat een taartje vallen en zet er z'n voet op,..

Integendeel, de jongens hadden zich wel dikwijls over hem moeten schamen, want hij was altijd degene geweest die de streken uithaalde, en de gekste dingen in gezelschap durfde te vertonen.

Maar nu keek hij Anneke enigszins angstig aan, en hoopte maar dat ze geen verkeerde indruk van z'n vrienden zou krijgen.

„Die Gijs... die.,, die eet zo deftig..." hinnikte Ben om wraak te nemen en vol leedvermaak.

„Wil je nog een gebakje?" vroeg mevrouw, die er niets van begreep, en alleen maar zag dat het schoteltje van Gijs 't enige was waarop geen kruimpje meer te zien was.

Maar met haar laatste vraag bracht ze Gijs nog meer In verlegenheid, en de vrienden begonnen nog harder te lachen. „Zeg, wat hebben jullie in vredesnaam?" vroeg Loe geërgerd. „Is het heus zo belachelijk? En waarom vertellen jullie het niet als het zo leuk is, dan kunnen we ook meelachen."

Ben nam weer het woord, en sprak: „Gijs vertelde juist dat hij eens had meegemaakt dat iemand een slagroomgebakje met de roomkant op de grond liet vallen. En nu heeft hij, zeker uit angst dat het

hem ook wel eens zou kunnen overkomen, z'n gebakje heel gauw weggetoverd, want net was het er nog en nu... is het verdwenen!"

Weer begon Ben onbedaarlijk te lachen, en roevrouw Beckers keek een beetje verstoord. Op dat moment werd er aan de deur gekrabd, en toen Anneke dat hoorde, riep ze gauw: „Daar is Peggyl" De jongens begrepen dat ze een hond bedoelde, en Bram schoot haastig naar de deur toe om die te openen. Als een dolle Dries kwam er een klein langharig hondje binnenrennen. Eerst sprong hij op de divan om zijn meesteresje te begroeten, dan begon hij de jongens een voor een te besnuffelen.

Ze waren het er allemaal over eens dat het een schat van een hondj« was. Allen...7 Ja, dat wil zeggen op één uitzondering na En die uitzondering was Gij si

Hij zag het dreigende gevaar steeds nader en nader bij komen. Nauwelijks was het beest een beetje over z'n vreugde heen en wat gekalmeerd, of hij kwam weer in de buurt van Gijs, en begon onder tafel te snuffelen. Het duurde nog even voordat de jongens begrepen wat het dier wilde. Maar Gijs had dadelijk gesnapt dat Peggy zich te goed wilde doen aan de lekkernij die hij op de grond had laten vallen. Hij zat oo hete kolen, en zette ten einde raad z'n voet maar weer op het plat getrapte gebakje.

Doch Peggy liet zich ook niet voor de gek houden. Hij begon te keffen, eerst zacht, daarna luider. Toen Anneke hem riep, kwam hij met tegenzin, en keek telkens weer om naar de plaats waar het gebakje onder de schoen van Gijs lag. Ja, daar kwam het beest al weer aan, en Anneke vroeg aan Loetje: „Ach toe, haal jij Peggy even voor me, dan houd ik hem wel vast. Ik begrijp niet wat het beest vandaag heeft, anders is hij nooit zo ongehoorzaam."

Nu werd het Gijs te warm, en overeind springend zei hij gejaagd: „Mevrouw, neemt u me alstublieft niet kwalijk, maar Ik moet heus weg, Ik had beloofd om meteen na schooltijd thuis te komen, en,,, en..."

Met een vuurrood hoofd bleef hij steken. Loe begreep er niets van. Hij zou 't liefst nog een uur bij Anneke zijn gebleven, maar Gijs was niet meer te houden. Hij gaf mevrouw Beckers en haar dochtertje haastig een hand, en liep naar de deur toe. Z n vrienden vonden het veiliger om ook maar te vertrekken, en namen grinnikend afscheid.

Toen ze allemaal gingen, kon Loe natuurlijk ook niet meer blijven. Hij was de laatste die afscheid nam, en toen hij het kleine handje van Anneke in de zijne hield, vroeg hl) kleurend'.

„Mag ik nog eens terug komen om te vragen hoe het met Je gaat?" „O, ja, heel graag zelfs, antwoordde het meisje blozend, en haar moeder voegde er nog aan toe:

„Ik bedank jou nog speciaal, jongenheer Loe, voor de goede zorgen en het thuisbrengen van m'n dochtertje. Ik hoop dat Jullie met z'n allen nog eens komen." Dat „met z'n allen" beviel Loe niet al te best. Hij had het veel leuker gevonden als mevrouw Beckers hem alleen had gevraagd. Maar hij antwoordde toch gretig: „Heel, heel graag, mevrouw, en het beste met uw dochtertje. Dag mevrouw, dag Anneke.,."

Bij de deur keek hij nog eens om met het gevolg dat hij z'n hoofd vrij onzacht tegen de deurpost stootte. Maar daar trok hij zich weinig van aan.

(Weten jullie al dat Loe een liefdesbrief gaat schrijven? Dat is zeker een reden om het verhaal de volgende week verder te lezen I)

DE RUBRIEK VAN OOM VROLIJK. Joke v. Besouw, Eindhoven: Welkom als nieuw nichtje! Je bent goed vooruitgegaan in de klas, hè? Zul Je dat volhouden. Hoe gaat 't roet je konijnen? Schrijf je nog eens? Dag.

Dinie Huiskes, Wierden: Aangename kennismaking. Is het kopje, dat je je vader op z'n verjaardag hebt gegeven, nog heel? Rookt Jan fijn uit z'n pijpje? Hartelijke groeten voor Jou en Jan. Hoe gaat 't met zwarte, Jan? Is meester van Weert zo'n lollige meester? Daaag. Hertha Werk, Groningen: Leuk, hoor,

dat je roe eens geschreven hebt, Patroontjes voor figuurzagen en borduursteken heb Ik niet. Jammer, hè? Vraag het monogram maar aan Margriet, die helpt je wel. Dag juffertje klad. Veel groetjes. Cobi Lodder, H. I. Ambacht: Al bijna een Jaar lig Je In een tentje? Van harte beterschap, hoor. Om lid van ons clubje te worden, hoef je alleen maar een brief te schrijven. En dat heb je gedaan, dus 't is goed. Een hand. Daaaag.

Lettie v. d. Berg: Ga Je vriendinnetje maar dikwijls opzoeken, Lettie. Je schrijft netjes, hoor. Heb je 'n fijne verjaardag gehad? Nog gefeliciteerd. Daaaaag. Dlcky Visscher, Enschede: Bedankt voor de fijne berg postzegels, ik was er erg mee in m'n schik. Het verhaal van Loetje duurt niet zo erg lang meer. Groeten, Willy Bakker, Laren: 'n Keurig briefje heb je geschreven, zeg. Sneeuw is leuk, hè? Houd je ook van schaatsen? Ik wel. Hoe gaat 't met het vogelhuls? Hartelijke groeten van mij.

Marietje v. Loef, Nijmegen: Kun je al goed harmonicaspelen? 't Is moeilijk, hè? Roept je neefje „joehoe" er tussendoor? Ik zou hem best eens willen horen. Dag Marietje.

Greetje v, d. Wielen, Eindhoven: Likt poes nog steeds haar baardje af als je vraagt: hoe lekker is 't? Geen wonder dat Hansje graag op het vachtje slaapt. Groetjes van mij.

Hennle v. d. Veen, Marum: Nee, schaatsen is leuker dan brieven schrijven, dat ben ik met Ie eens. HebJe een prijs gewonnen roet hardrijden? Tot de volgende keer. Daaag.

Jenny Mlskotte, Hellendoorn: In Haarlem hebben ze ook lang vacantte gehad. Nog gefeliciteerd, hoor! Was 't 'n leuke dag? Ben je goed in de klas of maar zo zo? Daaag.

Klaaske Hlemstra, Marum: Fijn dat je weer helemaal beter bent, Klaaske. Heb je leuk geschaatst? En dan nog hartelijk gefeliciteerd, hoor, Groeten voor allemaal. Dag Klaaske.

Baukje Hamstra, Oude Leye: Leuk dat je 's middags bij Klaaske eet, hè? Is de verkoudheid bij jullie al uit huis? Wat 'n leuk groot huishouden hebben jullie. Allemaal hartelijk gegroet en tot de volgende keer,

Annie Sluiter, Den Haag: Dag, nieuw nichtje. Wanneer ben je uit Indië gekomen? Vind je het leuk in Holland? Kun je al wat spelen op de accordeon? Hartelijk gegroet. Daag.

Dirk Dekklnga, Wehe: Heb je 'n prettig Kerstfeest gehad? Je vader is zeker wel bil) met zo'n flinke hulp? Want op een boerderij is altijd genoeg te doen. Veel gr. Wlllle Koolman, Kortzy Ottoland: Bedankt voor Je keurig geschreven kaart. Heb je het Winterboek nog gekregen? Ja, hoor, die verhalen schrijf ik zelf. Hartelijke groeten.

Hendrik Schuring. Orvelte: Ja, die Loetje is een kwajongen, maar hij heeft een hart van goud, Zijn de konijnen al verkocht? Ik hoop 't maar niet voor jou. Gegroet hoor.

Martha Witteveen, Vaassen: Fijn dat je het best maakt. Heb Je genoten van de vorst? Ik wel. Nu moet je nog eens zeggen dat 't in Vaassen altijd regent. Hartelijk gegroet. Daag.

Klaaske Pietersen, Hoogezand: Hebben Jullie een toverlantaarn? Leuk, hoor. Heb je 'n fijne verjaardag gehad7 Je raadsel vond ik erg aardig. Veel groetjes en tot schrijf.

Ik eindig weer. Alle andere briefjes worden door mij ook per brief beantwoord. Natuurlijk maar een paar regeltjes, dat snappen jullie wel. Allemaal hartelijk gegroet en tot de volgende week.

Oom VROLIJK, Postbus 6. Haarlem.

AVONTUREN VAN ZEEMAN STOPPEL

TtkeaJaa'n G Robben

„Niets meer bindt ml] aan 't leven!" Riep de Koning, „en Ik vecht Met dat ondier 'n partijtje.

Vrees niets, alles komt terecht!"

„Durf je met zo'n dier te vechten?' Vroeg vriend Stoppel, „Hu, ik ril...' Even later zat de koning,

Bovenop de krokodil...

Toen de harde knuist des konings Op de kaak van kroko kwam, Zag hij plots de aarde draalen. Werd zo mak haast als een lam.

Verder ging het toen in tempo Naar de dichtstbijzijnde stad. En het overwonnen monster Droeg de zakken met de schat,