Hoe bestrijden wij i
Verkoudheid en Hoest?
Wat te doen tegen
Rheumatiek en Spierpijnen ?
Twee gemakkelijke receptjes die U zelf
HOESTSIROOP
Deze thuis gemaakte siroop, samengesteld uit 30 gram Vervus (dubbel geconcentreerd) en een kwart liter heet water met een
eetlepel suiker of stroop is het allerbeste middel tegen verkoudheid en hoest. U zult verbaasd staan hoe groot de onmiddellijke verlichting is die het brengt en hoe gauw U weer geheel in orde zult zijn. Haal een Heschje Vervus van 30 gram voor 76 cent bij Uw apotheker of drogist en maak zelf een flesch van dit ouderwetsche huismiddeltje. Het is een beproefd receptje en ook heerlijk voor de kinderen.
kunt klaarmakenRHEUMATIEKOLIE
Deze thuis gemaakte rheumatiekolie zal U snel verlichting brengen in alle gevallen van rheumatiek en spierpijnen. Het dringt zonder wrijven of masseeren in de huid door en verdrijft de pijn onmiddellijk. Haal hiervoor bij Uw apotheker of drogist 15 gram Rheumagic-olie (geconcentreerd) en 85 gram terpentijn of brandspiritus. Een 15 grams-fleschje Rheumagicolie
kost maar 66 cent, dus met de terpentijn of brandspiritus bent U
voor ongeveer drie kwartjes klaar. Dit middeltje is heel zuinig in het gebruik en werkelijk goed.
Bewaar deze twee receptjes goed
Wij vrouwen worden steeds jonger! Dit is geen vleierij. Het is inderdaad heel anders dan vijftig jaar geleden. Mysterieus is dat overigens niet. 't Is te danken aan de perfecte schoonheidsmiddelen van deze tijd. EL-GONDA cosmetica vormen het toppunt van het bereikbare. El-gomda
Haastig knikte de dokter omdat hem Juist iets te binnen schoot.
Luus zat op een stoel en voelde hoe de dokter het verband begon af te winden. Ze liet stil het geluid van zijn stem over haar heen gaan. Vol ijver vertelde hij hoe zij misschien straks zou kunnen zien... eerst weinig en door een mist, maar als zij wilde, zou het gauw beter worden. Het gewicht op haar oogen verminderde. Nu nam de dokter het laatste ^verband weg. Even hield zij haar oogleden dicht. Zij wachtte tot de pijn wat bedaard zou zijn.
„Doe uw oogen eens open!"
In spanning keek de dokter haar aan. Zij schudde van neen. „Nu nog niet... straks..." — „Nee, nu wèl!"
Ze deed het niet.
Toen opeens de stem... de stem van Jóóp. „Kijk me aan... Luus!"
Een gil kwam over haar lippen. Ze wist niet meer wat de dokter zei, maar ze kéék! Ook al had de dokter haar gezegd haar oogen dicht te houden, dan zou zij nu elk verbod met voeten hebben getreden, op het hooren van de geliefde stem. Even zochten haar oogen. Er waren tranen en ze zag alles door een mist. Haar oogen boorden door de tranen heen om te zien, te zien naar Joop.
Toen zag zij hem, hij kwam naar haar toe uit het half duister. Zij strekte haar armen uit en stamelde: „Joop... Joop!" In een ondeelbaar oogenbllk was hij bij haar en knielde aan haar voeten. „Kun je me zien, lieveling? Zeg dat je me zien kunt!"
„Ik zie je... ik zie je zoo goed... je bent alleen veel magerder en bleeker dan vroeger."
Hij keek haar maar steeds aan en zijn lippen prevelden woorden en zinnen die door niemand werden verstaan. De dokter keek in spanning toe en knikte gerustgesteld met het hoofd. „Het is ge■slaagd. U kunt zich als genezen beschouwen. Natuurlijk blijft U nog een klein poosje hier en we zullen U voorzichtig wennen aan het heldere licht, maar het ergste is voorbij." Een glimlach gleed over het ernstige doktersgezicht. Hij verliet de kamer gevolgd door de zuster.
„Hoe kan dat nu allemaal Joop... Ik zie je en ik weet dat je hier bent en hoe wist je het nu en waarom ben je niet eerder gekomen... en..."
Hij vertelde haar alles, af en toe ophoudend omdat er tranen in zijn stem waren. „Ik ben de ware schuldige Luujf. 'Ik was het die Jou in het ongeluk stortte en ik dacht dat ik gek werd van verdriet. Je moet weten Luus dat ik al lang spijt had dat ik mijn verloving met jou had verbroken, Toen veroorzaakte ik die aanrijding. Ik was onmiddellijk bij je, want op het laatste oogenblik toen het al te laat was om het ongeluk te keeren, had ik je herkend. Men heeft je'naar het ziekenhuis gebracht en toen kwam ik meer dood dan levend bij mijn vriend Karei Helmer. Ik vertelde hem alles en ik smeekte hem in mijn plaats naar het ziekenhuis te gaan en net te doen of hij het was die de oorzaak van alle ellende was... Luus... ik kon niet komen. Ik was bang te hooren dat je sterven zou... Karei weigerde om te doen wat ik hem vroeg. Ik kon niet. Ik zei hem bloemen mee te nemen voor je, chrysanten, omdat ik wist dat het je lievelingsbloemen
waren. Toen wist ik nog niet dat je oogen aangedaan waren... Karei bleef weigeren en ik werd niet goed. Dat werd opeens nog al erg. De dokter sprak later van een zenuwcrisis. Ik ben maanden ziek geweest. Veel later toen ik eindelijk langzaam beterde en naar jou vroeg, vertelde Karei mij dat hij toch had gedaan wat ik hem verzocht had. Hl] had het niet over zijn hart kunnen verkrijgen jou hier alleen te laten liggen."
„Als ik maar zeker geweten had dat jij het was geweest die mij had aangereden, dan zou ik het niet half zoo vreeselijk gevonden hebben. Ik had je herkend toen je mij opnam, en toen kwam die ander en vertelde dat hij het gedaan had. Ik dacht dat jij niets meer met mij te maken wilde hebben en een ander had gevraagd zich een beetje met mij te bemoeien." „Hoe wist je dat ik het was geweest?" „Ik was nog niet buiten kennis toen je bij mij kwam en ik kon je wel niet zien, maar ik herkende je stem."
„Mijn stem... daar heb ik heelemaal niet meer aan gedacht. Als ik geweten had Luus dat je het vermoedde dan was ik eerder gekomen, ook al had de dokter het afgekeurd. Ik ben pas sinds gisteren van het bed af..." voegde hij er wat onhandig bij.
„Maar Joop, waarom hield je vriend zoo vol dat hij het gedaan had? Ik heb duidelijk laten blijken dat ik aan zijn woorden twijfelde."
„Ik begrijp het al. Ik ben nog al erg ziek geweest en een tijd lang hebben ze, geloof ik, gedacht dat ik niet meer beter zou worden. Het is zeker in dien tijd geweest dat Karei het zoo hardnekkig volhield!"
Teeder streek haar bevende hand over zijn haar en weer viel het haar op hoe mager en bleek hij er uit zag.
„Vanmiddag moest ik komen," ging hij verder. „Ik was genezen en Karei had mij verteld dat je zoo lusteloos was, dat je nergens op reageerde. Ik hoorde dat de dokter bang was dat het nooit meer heelemaal in orde zou komen met je oogen omdat je zelf niet meewerkte. Toen ben ik hier gekomen en heb met den dokter gesproken en hem alles verteld. Ik zeide hem dat ik je terug wilde hebben, ook al zou Je ongelukkig blijven. Ik vertelde hem dat ik je liefhad en dat ik je indertijd niet mooi had behandeld. Ik wist dat je naar mij zou kijken als je mijn stem hoorde. Als je mij alles zou kunnen vergeven Luus, als wij weer samen van voren af aan zouden kunnen beginnen..." Ze knikte en haar stem beefde een beetje toen ze zei: „Het is allemaal in orde en nu moet je er alleen voor zorgen dat ik niet huil... tranen doen mijn oogen zeer." „Ik zal het niet vergeten ik zal zorgen dat je nooit meer hoeft te schreien." Hij kuste haar lang.
„Kijk," zei hij, „ik heb chrysanten meegebracht... nu kun je ze zien hè?'' „We zullen ieder jaar chrysanten hebben als een herinnering aan het ongeluk dat ons weer te samen bracht. En nu Joop zou ik je vriend willen bedanken... je vriend die zoo'n zware rol heeft vervuld". „Ik zal hem halen. Ik weet dat hij er op wacht om binnen gelaten te worden. Door hem is het gekomen dat we nu weer bij elkaar zijn."
„Het is een heel goed mensch Joop... en ik wensch hem net zooveel geluk toe als wat wij hebben teruggevonden..."
De, We&k Lvt Be>M
(Uitg.
„DE GEÏLLUSTREERDE PERS N.V.", Amsterdam)
Hoofdredacteur: A. J. A. M. Weehulzen, Arasterdam
ABONNEMENTSPRIJSt De abonnementsprijs van „De Week in Beeld" bedraagt f I 70 per kwartaal of 13 cent per weck. „De Week in Beeld" is ook verkrijgbaar in combinatie met het damesblad „Margriet" ; voor deze beide bladen tezamen bedraagt de abonnementsprijs f 3.60 per kwartaal of 20 cent per week. (De prijs voor afzonderlijke abonnementen op „Margriet" bedraagt f 1.95 per kwartaal of 15 cent per week).
REDACTIE EN ADVERTENTIES» Alle voor de redactie en voor de advertentie afdeeling bestemde stukken gelieve men te adressreren : N .Z Kolk 31. Amsterdam-C.. Postbus 497, Telef. 34935/43176
ADMINISTR ATIE-ADRES« Voor administratieve aangelegenheden — abonnementen, bezorging, betalingen. enz. — gelieve men zich steeds te wenden tot een van de kantoren van „De Geïllustreerde Pers": Groningen en Noord-Drenthet Oosterstraat 69. Groningen, Tclef. 3784. Postrekening 76720. Priealandt Wybrandt de Geeststraat 31. Leeuwarden. Telef 6362. Postrek. 77610. Overijtel en Zuid-Drenthei Industrieweg 11 A, Deventer. Telef. 2413, Postrek. 126250. Gelderland: Sweerts de Landasstraat 38, Arnhem. Telef. 23037. Postrek. 76760. Utrecht> Boothstraat 3. Utrecht. Tel. 11652. Postrek. 3^2460 Noord-Holland en Amsterdam t N,Z. Kolk 31, Amsterdam-C, Telef. 34935/43176. Postrek. 352450. Zuid-Holland en Rotterdam: Schietbaanlaan 38*». Rotterdam, Telef. 33389. Postrekening 382959 Den H* g en omgeving: Kamperfoeliestraat 181, Den Haag, Telefoon 398314. Postrek. 401657. Zeeland, N.-Brabant en Limburg : Wattstr. 19, Eindhoven. Tel. 5460, Postrek. 392116.