CK.Garv^ice
Norman ging eerst naar Londen; hij moest eenige rouw-artikclen koopen, een zwarten band voor zijn hoed, wat handschoenen en zoo meer, en dat kon hij in het zeer landelijke Oakfield niet zoo best doen. Zoo kwam het ook, dat hij in St. James-street Trafford haast rakelings gepasseerd was, echter zonder dat zij elkaar opmerkten. Na zijn inkoopen gedaan te hebben, haastte hij zich met een locaaltreintje naar Deepdalc, en liep van het stationnetje naar het landhuisje van lady Wyndover, Op zijn bellen verscheen er niet zoo gauw iemand, en daar de deur openstond, stapte de ongeduldige Norman alvast naar binnen. Opeens hoorde hij een verschrikt gilletje, en toen hij zich omwendde, zag hij lady Wyndover in de deuropening van de zitkamer staan, met bleek-vertrokken gelaat, alsof zij een geest gezien had, Norman trad op haar toe met uitgestoken hand. ~0, lady Wyndover, wat spijt mt dat! Ik geloof, dat ft u erg heb latei schrikken! U nceral het mij toch niet kwa»
lijk, hoop ik?” Maar lady Wyndover scheen zijn uitgestrekte hand niet te zien; zij stond hem almaar verschrikt aan te staren, „Jij,., hier,,. En waar is Esmeralda?”
Met nog steeds uitgestrekte hand keek Norman haar aan, en zijn blik was nu een zuivere copie van den haren, „Esmeralda?!” riep hij uit, hulpeloos naar het plafond starend, ~Esmeralda? Waar zij is?,.. Maar is zij dan niet hier?”
Lady Wyndover onderdrukte een kreet, en wees met bevende hand naar de deur, Norman sloot die, en stond haar opnieuw in de hoogste verbazing aan te zien. Was het goede dametje haar zinnen kwijt geraakt? Ze zag er wel ziek en erg angstig uit, en ze gedroeg zich opvallend vreemd
~Hoc durf je,,, maar hoe durf je het wagen, hier te komen?” stiet zij tenslotte in de hoogste verontwaardiging uit. Haar toorn deed haar zelfs een oogenblik haar verdriet om Esmeralda vergeten.
~Durven?,,, Maar, mijn lieve dame, zeg toch in vredesnaam, wat u bedoelt!” riep Norman uit.
~Ik snap er niets van! Waarom staat u me aan te kijken, alsof ik een monster ben? Waarom wilt u me zelfs geen hand meer geven? En wat moet dat gepraat over Esmeralda? Ze is toch immers hier ,in uw eigen huis? ”
Lady Wyndover kwam dichter naar hem toe, met onzekeren tred, haar oogen wijd open van verbazing, ~Wil je zeggen.., bedoel je, dat je hït niet weet?” zei ze half fluisterend, ~Probeer je mij te bedriegen, wil je alles brutaalweg ontkennen? Je weet zelf maar al te goed, dat Esmeralda niet hier is! ”
~Niet hier? En het stond toch in de krant, dat ze hier was, en nog wei ziek? Waar is ze dan tocht?” ~Dat weet jij wel!' herhaalde zij driftig. ~Je speelt comedie, Norman. je bent een schurk!” Norman schrok eigenlijk niet van dat woord. Evenals lady Wyndover van den hertog, van Trafford, gedacht had, dat hij gek geworden was, zoo dacht Norman het nu van haar. Ee i andere uitlM voor haar abnormaal ogtreden kon Norman zich niet indenken. |
Hallo, Jan ... met Greetje ~. ’t gaat toch door hè vanavond ?
„Wat bejoelt u, lady vroeg hij nu sussend, zeker zonder eenigen toorn. „Vertel me nu eens zoo gauw en zoo goed als u kunt, waarom u me zoo noemt? Hoe zei u ook weer, een schurk, nietwaar?” Normans houding, de eerlijke open blauwe oogen, deden in lady s geest twijfel opkomen. Zij zonk in een leunstoel neer. en drukte haar handen op haar borst. ~Jij bent een duivel in het liegen en bedriegen, Norman... ofwel, we hebben je een afschuwelijk onrecht aangedaan!” zeide zij moeizaam. ~Esmcralda is niet hier: wij . niemand weet eigenlijk, waar zil is, maar wi| dachten ,dat ze bij jou was!” |
Norman sprong op en keek haar wild aan. „Esmeralda... bij mij? Waarom zou ze bij mij zijn, inplaats van op Belfayre? Geef uitleg, als t u belieft! ..God moge je vergeven, als je mij
bedriegt, Norman! Maar wij kunnen niet anders denken. 4A dan dat ze met jou meegegaan is! Zij heeft Belfayre ver- iNvJ* IW laten, geheel onverwacht, zonder eenig bericht... En jij hebt haar meegenonren!" J
Norman werd lijkbleek, en vroeg angstig: ~Heeft zij Belfayre verlaten? En wanneer is dat gebeurd?” . d tj „Op den morgen, toen de hertog dood gevonden werd. was Esmeralda verdwenen. En dat zonder een woord achter te laten! O. maar je weet het wei, jij weet er meer van. Norman! Waarom sta je daar zoo onbeschaamd alles te loochenen?” |
„Omdat ik er doodonschuldig aan ben!” zei Norman woest. „En gelooft Trafford dezen vervloekten onzin?” Norman was geen jongejuffrouw in zijn woordkeuze, maar vloeken deed hij toch nooit; dezen keer echter werd het hem te machtig, en hij werd voor een oogenblik zeer ruw, terwijl hij zijn gebalde vuist met volle kracht op tafel liet neerkomen. Toen bedacht hij zich, dat hij tot een dame sprak, en maakte zijn excuus. Nu was de kleine lady wel erg geschrokken van Normans ruwe taal, maar het bracht haar in zekeren zin een verlichting. Vrij kalm ging zij verder:_ J
, Juist! Trafford is hier geweest, en heeft mij alles verteld. O, Norman, hoe heb je dat toch kunnen doen! Het was jou schuld, niet de hare! O, jij, Norman, en we vertrouwden je allemaal zoo ten volle! Je waart de laatste, van wicn we 200 iets zouden hebben durven denken! '
~0, zoo, dank u wel, hoor!” zei Norman kurkdroog. „Maar u over mij niet bezorgd; de hoofdzaak is alleen: waar is Esmeralda? U zegt, dat ze weggegaan is. Maar goede help, wa i om dan toch?
O. jij daar Greetje, nee, 't spijt me verschrikkelijk ... overwerk ...
Lady Wyndover keek hem met tranen in <Je dogen aan, „Omdat... omdat, jij haar verleid hebt!” zeide zij fluisterend. „Trafford zag jullie samen in de| serre, onder de varens... hij had nog andere bewijzen, maar dit eene was; ,... „ i
iNorman siaaKie een wiiuen uuiuep, uic wtti erg veel weg had van een stevigen vloek. Het begon licht te worden voor zijn geest; hij begon te begrijpen, maar het was verre van verkwikkelijk! „Zag Trafford ons in de serre? Aha!”
„Ja, en hij wist reeds, dat jullie elkaar gekend hadden, voor zij naar hier kwam, daarginds op de Drie Sterren. Hij wist ook, dat je haar gevraagd had...”
Norman knikte; zijn bieeft gefest was nu vertrokken van woede, doch hij hield zich met geweld in bedwang. ~Ik begrijp het..." zeide hij. ~En toen ging hi| naar hara toe, en deed haar allerlei verwijten!’ ~Ze hebben getwist, ja, er was dien avond ccll vreeselijke scène tusschen hen... En den andere» morgen was ze verdwenen. Trafford zegt, dat zij bekende.'
Nortnan knikte opnieuw. ~Ja, dat snap ik! Zij beeft schuld bekend, dat wil zeggen, zij heeft het niet ontkend! Nog al logisch; ze bedankte daarvoor! En ze had groot gelijk; het zou mij ook te
Hè jakkes, wat is dat nou naar, daar had ik nou net zoo op gerekend!