resp. wenschelijke van de tang in al deze gevallen. Doch ik geloof wel de meening van de groote meerderheid der verloskundigen weer te geven, als ik zeg, dat de tang absoluut te verwerpen is, wanneer het hoofd bij ingangsvernauwing beweeglijk staat boven of inden ingang; dat echter de forceps geoorloofd, resp. geïndiceerd kan zijn, wanneer de grootste omvang van den schedel den vernauwden ingang geheel of nagenoeg geheel is gepasseerd. Zoo spreekt Eehling van de „Zange bei hochsteheudem Kopf, so dass wenigstens ein Segment des Kopfes ins Becken hineinragt”. En verder: „Lasst sich der Kopf leicht aus dem Becken herausschieben oder steht er noch ganz über dem Beckeneingang, denn passt der Eall überhaupt nicht für die Zange”. Zweifel zegt: „Wir betrachten also die Zangenoperationen am hochstehenden Kopf nur als das ultimum Refugium, um nicht, ohne alles versucht zu haben beim lebenden Kind zur Perforation zu schreiten”. Schauta laat zich als volgt uit: „Ist das raumliche Missverhaltnis kein hochgradiges and ist der Kopf zuimindest mit einem grosseren Segmente in das Becken eingetreten, so dass die Bedingungen zur hohen Zange erfüllt sind, so wird man, bevor man die Craniotomie ausführt, falls das Kind noch lebt, einen Versuch mit der Zange machen müssen”. Litzmann gebruikt de tang wanneer het hoofd in goeden stand „mit einem grosseren Abschnitt seiner Wölbung inden Beckeneingang herabrückt”. Staat het hoofd beweeglijk op den ingang, of hoogstens met een klein segment er in, dan gebruikt hij de tang niet. Op ongeveer dezelfde wijze laten zich Runge, Krönigen Skutsch uit. Treub vindt de tang gevaarlijk voor het kind en niet zonder gevaar voor de moeder als de schedel boven den vernauwden bekkeningang blijft staan. Slechts wanneer de schedel voor een groot deel door den vernauwden ingang is heengekomen mag de tang gebruikt worden voor een voorzichtige poging om den verderen weerstand van het vernauwde gedeelte te overwinnen. Yolgens Bumm is het aanleggen van de tang een fout en absoluut af te raden, wanneer de grootste omvang van den schedel nog boven de vernauwde plaats staat. Wanneer echter het hoofd met de grootste doorsnede precies in de nauwe plaats staat, dan ontbreekt er nog slechts een geringe krachtsaanwending om het den ingang te doen passeeren en Bumm vindt hier „ein Yersuch mit der Zange eben noch erlaubt”. In tegenstelling tot dit „eben noch erlaubt” zou ik meenen dat

252