DE CAMERA
zien, dat het beeld, het einddoel, niet verkregen werd dooreen of andere technische bewerking vaneen „normaal” negatief, doch dat het als zoodanig veroordeelde negatief een onderdeel was van het bewuste streven om datgene wat men voor oogen had meer rechtstreeks te bereiken.
Echter, die afwijking van het normale in het negatief procédé heeft dan ook alleen waarde als ze bewust
bewerkt wordt. Er zijn kunstenmakers die omgekeerd werken, die vaneen toevallig onderbelicht negatief een beeld maken met een sombere stemming, zwaar en gedrukt. Voor wie zuiver weet te zien, zal het onware hiervan ongetwijfeld opvallen en voor den maker zelf zal de hooge voldoening blijven ontbreken. Op den duur zal datgene wat het kunstzinnige is in onze fotografie ook hier de overhand behouden.
„DE SIGARET” (naar een broomverfdruk).
Den Haag
E. M. van Oyen