WENKEN VOOR DE PRAKTIJK
F1 Er zijn verschillende auwe amateurs bij wie het S Ulsn^e percentage mooie helnega leven, negatieven bedenkelijk klein is in verhouding tot de vele opnamen, die zij doen. Natuurlijk is dit voor een deel te wijten aan de gewone oorzaken waardoor flauwe negatieven ontstaan, zooals overbelichting, sluier door valsch licht, onzuiveren ontwikkelaar enz.
Maar ook als die factoren niet in het spel zijn, als alles normaal verloopt, dan nog hebben zij te kampen met negatieven die het tegendeel van brilliant, die flauw en sluierig zijn. De amateur, die dit ondervindt, schrijft het toe aan zijn gebrekkige kennis, aan iets behoorend bij zijn persoon, aan een onbekende fout van zijn toestel soms. Natuurlijk kan een of ander in ’t spel zijn. Er zijn echter een tweetal oorzaken, die gewoonlijk over ’t hoofd gezien worden en die, naar onze ervaring, toch van veel invloed bleken te zijn en meer verspreid dan men oogenschijnlijk vermoedt. Het eerste, waarop wij doelen, i's de onvoldoende veiligheid van de donkere kamerlamp. Met de meeste petroleum-, gas- en kaarsenlampen, waarvan het glas helder licht doorlaat, moet
men uiterst voorzichtig omgaan. Ontwikkelt men een plaat op 30, 40 c.M. van zulk een lamp ineen onbedekt schaaltje, dan zal zij in heel veel gevallen sluier vertoonen. De raad, die gewoonlijk gegeven wordt om de plaat zooveel mogelijk in donker te ontwikkelen, is inderdaad behartenswaard. Men stelt het echter dikwijls voor of dit een noodzaak is voor elk licht. Toch is dit niet zoo. Wij hebben een lamp met flink gaslicht en daarin zoowel een „reform” rood glas als een ander veilige roode ruit; bij beide lichten ontwikkelen wij onze platen (kleurgevoelige daargelaten) onbedekt. En nooit hebben wij over sluier te klagen.
Bij meer dan één onzer abonné’s echter hebben wij dit seizoen al kunnen aantoonen dat de gedektheid, het sluierachtig hunner negatieven te wijten was aan het blijkbaar niet-veilige hunner lampen. Zelfs vaneen lamp met geel en rood glas. Een van hen had al een paar jaar onder deze omstandigheden gewerkt!
Nu het seizoen in vollen gang is, is het raadzaam hieraan aandacht te wijden. Onbruikbaar is zulk een lamp direct niet, al is een veilige veel verkieselijker. Maar zoowel bij het platen inzetten als bij het ontwikkelen blijve men zoo verre mogelijk! Wellicht is de oorlogsfabricage schuld hieraan. Wij hebben dit niet met voldoende zekerheid kunnen constateeren.
Een andere oorzaak is nog algemeener, doch niet zoo overtuigend na te gaan of te constateeren, Het is het weerkaatsen vaneen overmaat van licht dat door de lens gaat.
De tegenwoordige lenzen zijn zoo klein mogelijk gebouwd met zoo kort en zoo smal mogelijke monturen. Daardoor kan het licht van alle zijden inde lens stralen. Plaatst men op de lens een kokertje, dat een paar centimeters voorbij het glas uitsteekt, dan onderschept men het overbodige licht... Ziedaar een middel dat veel sluierige negatieven voorkomen kan. Het snijdt
het onnoodige licht af, bij landschapsopnamen vooral het sterke hemellicht. Het voorkomt ook de reflectie in het toestel (want het licht gaat verder dan tot de hoeken der plaat, omdat de invalshoek inde lens zooveel grooter is dan de beeldhoek). Een kokertje, dat + 2 c m. uitsteekt zal uitstekend voldoen. Neemt men het langer dan zal men op het matglas moeten controleeren of het beeld tenvolle uitgeteekend wordt, óók wanneer men de lens hooger of lager stelt Ook voor hen, die niet bepaald last hebben van sluierige negatieven, is zulk een lenskapje aan te bevelen. De negatieven kunnen niet anders dan winnen aan helderheid. Op verschillende manieren kan men zoo’n kapje maken; vaneen reepje rondgerold papier vaneen inschuifbaar drukbekertje, enz. Vooral bij tegenlichtopnamen bewijzen ze zeer
veel nut!
„ , Een van de kleine prak- Houdbare factoren waarmede sulnet- men bjj werden met oplossing, amidol-ontwikkelaar rekening moet houden is de achteruitgang in sterkte van de natriumsulfietoplossing althans wanneer men niet telkens sulfiet kristallen oplost, wat wel weinigen zullen doen! Die achteruitgang in sterkte is te wijten aan langzame ontleding van het sulfiet. Zij is minder, wanneer men de oplossing zoo geconcentreerd mogelijk neemt b.v. 25 pCt. Het gelijk blijven der sterkte kan
UIT CRISIS TIJDEN „Gebrek aan klompen, gebrek aan sajet....