33 e*nt
2PDBTEBDIIIE!:
WAARIN OPGENOMEN DE OFFICIËLE MEDEDELINGEN VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE VOETBALBOND •n van d« Aid. 's-Grav«nhag« K.N.V.B.
HOOFDREDACTEUR: J. MOORMAN. REDACTIE: H. P. KUIPHOF, J.HARINCK ORGAANCOMMISSIE. K. i. J. LOTSY. S COLDEWEY, Ir. H. F. HOPSTER
BUREAU. DEN HAAG, ZWARTEWEG 1. TELEFOON 18.M.5S ABONNEMENT. /V- PER KWARTAAL. INCASSO. 15 CENT.
No. 51 — Weekblad 49e JAAR MAANDAG 18 December 1950
MOORMAN'* PERIODIEKE PERS. DEN HAAG
NAORUK VERBODEN Poatreksning 4 4 71S
Nederlands Elftal was in Parijs duidelijk beter dan in Antwerpen
w m j maar Je Fransen waren minder Jan de Beltfen tóen ! , 1
Biesbrouck en De Jong groeiden snel uit tot volwaardige internationals
I Ie Parijse medaille van de 10e Dec. heeft voor de A-' Oranjeploeg wel heel duidelijk twee kanten: een gunstige en een ongunstige. De theorie, dat het Nederlandse Elftal goed heeft gespeeld, is zeer verdedigbaar maar een andere, contrasterende theorie eveneens. Laten we beginnen met de eerste mening uiteen te zetten. Nederland heeft drie kwartier lang gelijk-op gespeeld met de Franse profs. Nederland dat wil zeggen: De beste spelers van een amateurvoetballand, dat een kleine TWINTIG cracks aan het buitenlands professionalisme verloren heeft in de beide laatste jaren en dat nog steeds leeggezogen wordt. Dat Nederlands Elftal, gehandicapt door tal van voorafgaande nederlagen met hoge cijfers, onder de voet gelopen door de Belgen (die niet sterker zijn dan de Fransen), verslagen door Zwitsers, Finnen, Zweden, Denen, steeds met duidelijk verschil, nog extra getroffen door het gewond raken van de talentvolle Lenstra, die daardoor verstek moest laten gaan voelt Ge? Dat Nederlands Elftal heeft een halve wedstrijd gelijk-op gespeeld met de Franse profs, die sterker dan tegen de Belgen in het veld kwamen (Cuissard en Huguet waren toen geblesseerd), tegen dezelfde Belgen, die 3—3 speelden tegen de Fransen en 7—2 tegen óns
Men kan nog verder gaan. Men kan zeggen, dat een klein aantal abnormale missers van Kraak abnormaal voor zijn doen ons drie goals gekost heeft en daarmee HET GELIJKE SPEL, DAT BINNEN ONS BEREIK HEEFT GELEGEN.
Men kan zeggen, dat er van deze Franse profs te WINNEN viel (en dan spreekt men geen onwaarheid) men kan zeggen, dat Flamin in buitenspelposltie der gastheren eerste goal ter wereld bracht (al menen wij, dat hij de bal van een tegenstander kreeg, in casu Terlouw), dat scheidsrechter Baert een straf-
schop tegen Vignal had moeten geven, toen deze onsportieve keeper Noud van Melis op zeer ongepaste wijze ten val bracht, (al geloven wij aan de mogelijkheid, dat die overtrecUng net buiten het fatale gebied plaats greep, het was moeilijk te zien). Wij willen ook nog wijzen op de toon die verschillende Franse bladen aansloegen tegen de eigen nationale ploeg. Dat was in de geest van: „Jullie hébben ’t slecht gedaan, schande!” De hoofdkop van „L’Equipe” luidde: „Een match Frankrijk—Holland van zeer zwak internationaal gehalte”. Daarbij was men toch nog verrast over ’t enthousiaste, levendige, moedige, pittige Hollandse tegenspel.
Ongeïntimideerd Het is merkwaardig, dat Nederland zonder donderredevoeringen, zonder gedragen te worden door ’n tribune-Legioen, zonder gestut te worden door voorgaande fraaie successen, kortom; een ploeg, waarvan men stuurloosheid en gebrek aan houvast, aan karakter ook, zou verwachten zo fris en natuurlijk heeft gespeeld. Er is, geloof ik, wel een reden voor te vinden, wel méér dan één. De Fransen met hun franj espel, hun individuele fraaiigheden, hun lange dribbels, hun gebrek aan weloverwogen combinaties, irriteerden door hun type voetbal óns elftal tot beter tegenspel dan verwacht kon worden. Hun gebrek aan doorzettingskracht en productiviteit deed de rest. Bovendien: WAT HAD ORANJE TE VERLIEZEN? Prestige? Na de 7—2 nederlaag tegen de Belgen? De k—l tegen de Finnen, de verliezerspartijen tegen Denen en Zweden? Kóm toch! Zo J kwam het Nederlands Elftal tot ; een langdurige geslaagde tegenstand en als de twee snel-op-el, kaar-volgende goals direct na ; rust in ons nadeel niet waren ge-I vallen —en zij ontstonden uit in. cidentele verdedigingsfouten on-I zerzijds (Kraak en Terlouw om '■ beurten), dan was tot het einde ■ een gelijkopgaande strijd, met een ' onzekere uitslag waarschijnlijk I geweest. De nederlaag is dus wèl verdiend, maar zeer eervol. O
Dat was de ene theorie. Nu de andere. De Fransen hadden een off-day. Cuissard is nog nooit zó slecht geweest als ditmaal. Barstte miste na rust veel te veel kansen en de gehele Franse voorhoede had in totaal ruimschoots gelegenheid er nog 3 ó 4 doelpunten bij te scoren. Dat het bij 5—2 gebleven is, was niet in de eerste plaats aan onze tegenstand te danken, maar veeleer aan de GEDAALDE INTERESSE der Fransen, die voelden, dat (bij de 5—2 stand) de overwin-
ning hun toch niet meer ontglip, pen kon en die de prikkel misten „door te gaan”. Frankrijk is meer dan de West-Europese voetballanden afhankelijk van de mate van tegenspel der andere partij. Nederland werd na rust snel vermoeid, de kracht was uit ons voorhoedespel verdwenen en op halve kracht draaiend kon de Franse machine een voldoende toerental maken om de voorsprong op ons voertuig te behouden. Onze voorhoede had goede momenten in de eerste helft maar dat was in Antwerpen ook zo. Toen resulteerden er 2 doelpunten uit tegen een defensie, welke niet minder was dan de huidige Franse verdediging. Waar is dan de z.g. vooruitgang van onze voorhoede gebleven? Zeker: de achterhoede zorgde er voor, dat de tegengoals twee minder in aantal waren dan vorige maand in Deurne, maar was de Franse voorhoede van gelijke kracht als de Belgische? Bij lange na niet! En, als de gastheren in hun langdurige .offensief in de 2e helft er in geslaagd waren, twee goals aan de score toe te voegen, had onze defensie er geen draad slechter om behoeven te spelen. Het was eenvoudig een kwestie geweest
van tweemaal vaker goed t« schieten, zoals men nu tal van malen uit redelijke positie naast schoot of recht op Kraak af.
Waarheid in ’t midden
Is het te veel gezegrd, wanneer ik beweer, dat de waarheid in ’t midden ligt? Is het geen voor> de-gek-houderij ais men naar aanleiding van de 5—2 neder* laag zou gaan denken, dat het nog best gaat met ons vertegen, woordigend voetbal? In dit jaar 1950 speelden wü 7 officiële in> teriandwedstrüden en scoorden daarin II maai. De tegenstan* ders kwamen in die 7 ontmoetingen .... 30 maai tot doeipun. ten. En men bedenke, dat wij, Zweden wellicht uitgezonderd, onder onze tegenstanders geen Europese topianden hadden, maar slechts middelmaat. Gelukkig staat daar iets tegen, over. In Antwerpen was het een slachting, in Parqs een WEDSTRIJD. Antwerpen leverde ons slechts teleurstellingen op, Pa(Vervolg op pagina 902)
HAARLEM—VSV m/W: Springduél voor het VSV-doel. Keeper v. d. Wint weert gich dapper
PRANKRIJK-NEDERLAND : Keeper Vignal heeft onze aanvalsleider van Melis op minder prettige wijze naar de grasmat gewerUt. Trainer Van der Leek onderzoekt de opgelopen blessure, terwijl Jan van Schijndel zijn makker ondersteunt. Rechts Biesbrouck, links Schijvenaar, Clavan en Snoek,