De Sensatie van hel Seizoen
Heerenveen zette 1-5 achterstand tegen Ajax om in 6-5 overwinning!
Ja, ongetwijfeld! De grote sensatie! Half-time geeft een I—S Ajax-voorsprong en binnen de 15 minuten wordt dit tot een I—s voorsprong gebracht. Geslagen was het gros van de Noordelijke kampioens-supporters. Maar niet de spelers. En onder de be- Kielendc aanvoering van aanvoerder Henk Jonkman vocht Heerenveen met al haar energie, met een wilskracht, ja méér dan dat. Onstuimig vleien de mokerslagen op het machtige Ajax en naen moest capituleren. Deze vloedgolf van aanvallen was niet te stuiten. Het zo sterke Ajax verdedigingsbolwerk waa/op Agr Heelenveen-aanvallen steeds te pletter waren gelopen, kon de stormlopen niet meer keren. Wat een van ’t Hart, een Stoffelen ook probeerden tegen dit enthousiasme, er was geen houden meer mogelyk. Ajax’ stopperspilspei werd munv geslagen, niet door een summum van tactische en technische bekwaamheden, maar doOf een machtige lawine \’an aanvallen over links, over rechts en door bet centrum. |
De rood-witte Amsterdammers öie in Stoffelen, 'maar niet minder in aanvalsleider Michels, sterke troeven bezaten, buitten dit eerste volledig uit. De voorbeeldige vrije trappen van Ajax linkshalf, het methematisch zuiver plaatsen van de Ajaxieden, rafelden de Heerenveen-verdediging uit haar voegen. In de 5e minuut bracht dit reeds een C—l op het scoringsbord. Onbesuisd wegwerken deed de sterk opdringende Stoffelen de bal in zijn bezit krijgen en met een rustige trap deed hij Koolstra mistroostig de bal uit het net halen. Een moeilijk te verwerken moment voor de jonge Heerenveen doelman. Een direct daarop volgende kogel van rechtsbinnen Krist kon hij echter onschadelijk maken. Ajax kwam echter terug en het was linksbuiten Drager die Vooistra uit z’n doel lokte en de Amsterdamse voorsprong op O—2 bracht. Heerenveen liet het er toch niet bij zitten en in de 20e r.'inuut was een pracht pass van Jonkman aan Abe de inleiding tot een groots doelpunt (1—2). De strijd raakte dan wel meer verdeeld. Toch was een elkaar verkeerd begrijpen in de blauwwitte verdediging oorzaak dat de Amsterdamse Fries Bruins de stand op I—3 bracht. De laatste 3 3 minuten van de Ie helft gaven een sterk aanvallend Ajax, maar de Heerenveen-verdediging, zij het met kunst en vliegwerk, wist erger te voorkomen. Direct na de aftrap een staaltje switchen van de Ajax-vuurlinie en middenvoor Michels schoot, uitstekend vrij gelopen, onhoudbaar In. Abe deed direct daarna een gevaarlijke doorbraakpoging, die op Beumer afstuitte. En weer was het Michels, die op uitstekende wijze Koolstra voor de 5e maal passeerde. Dan scheen plots de geest over Heerenveen vaardig te worden. Het geval „dit is te. erg” bracht Jonkman c.s. tot een fanatisme, ' waarvoor het sterke Ajax moest capituleren. Abe was de eerste die het denken (!) in daden omzette. Het' juiste gevoel van ingrijpen Weet hij als geeh ander en hiervan werd Leenvaar de dupe —5). Even werd het zwaar voor Heerenveen’s nieuwe back Molenaar (geruild met J. Lenstra, die dus links-
/ , half was gaan spelen) maar hij slaat er zich dapper doorheen. Toen spil de Jong in de 35e minuut een hoge bal voor de doelmond plaatste, dook Brandsma op en met een feilloze kopbal bracht hij de stand op 3—5. In de 40e minuut werd Abe iets te ruw van de bal gewerkt en de dan toegewezen strafschop wordt door Jonkman hard ingezet: 4—5. We raakten vervolgens in adembenemende sensatie want het «ws Jonkman, die een bal hoog voor doel haalde en Hofma, razend snel te voorschijn gekomen,, kopte onhoudbaar in: 5—5. Nog 5 minuten! Een onversaagd Heerenveen streed moedig door, rook de overwinning en wist deze in de 44e minuut na een snelle aanval door Brandsma, met een kogel onder de lat en totaal onhoudbaar, inderdaad te standvastigheid. Een sensationeel einde, een verdiende' zege door een grootste demonstratie van wilskracht en standvastogheid.
Haags Elftal imponeerde meer dan de Zwaluwen
Het Haagse Elftal heeft Vrijdagavond in Den Haag op het ADO-veld een zeer behoorlijke partij voetbal gespeeld tegen een tegenvallend Zwaluwen-elftal, dat pas in het laatste deel van de strijd een veldmeerderheid kon veroveren en er toen in slaagde, een opgelopen 3—o achterstand tot 3—l terug te brengen. Terwijl de Hagenaars een goed onderling verband tussen de linies handhaafden en steeds snelle aanvallen over de vleugels ontplooiden, waar Clavan en Rörig goed op dreef waren, konden de Zwaluwen niet uit de greep van de Haagse middenlinie (Loof en Schwencke) en de sterke verdediging (Walhain, Bauman. De Jong) los komen. Alleen Rozen slaagde er op z’n eentje in, af en toe gevaarlijk te worden, terwijl na rust Brandes ook tot groter activiteit geraakte. Maar zowel Weenink, Krommert, als van Elderen vielen tegen. In de Zwaluwendefensie waren de backs v. d. Most en Smulders onvoldoende, waardoor Wilemink en doelman v. d. Bijl voor soms onoplosbare puzzles kwamen te staan. Bij de Hagenaars viel speciaal het goede spel op van Van Geen, Langelaan en Clavan in de voorhoede. Van der Vegt was niet van de partij. De score werd geopend door V. d. Most, die in eigen goal schoot. Van Geen en Schwencke zorgden voor de andere Haagse doelpunten. Tegen het einde scoorde Brandes tegen.
Geen groots kampioensvoetbal in Brunssum
Het was geen groot voetbal, dat we In Brunssum te zien kregen in de wedstryd: Limburgia—Enschedese Boys en zelfs de vier van Limburgia, hoe indrukwekkend ze dan ook mogen lyken, konden aan de wedstrQd ook van de zyde der Brunssummers nauwelijks glans geven. De Limburgia-ploeg kon niet op toeren komen, het plaatsen was slecht verzorgd en het enige waarvoor W’e de Brunssummers het cijfer voldoende zouden kunnen geven was, dat ze van de kansen hebben geprofiteerd, die de Enschedese Boys achterhoede een enkele maal weggaf.
ScKotloze EnscheJ. Boysvoorkoede
De bezoekers speelden in het veld wel aardig, maar het was allemaal te doorzichtig en bovendien ontbrak het verrassende element in hun aanvallen. Dat ze toch nog kansen kregen was een gevolg van het ver van vlekkeloze verdedigen in de Limburgia-ach-4erhoede waarin de dekking soms schromelijk werd verwaarloosd Van die kansen hebben de Boys geen nuttig gebruik gemaakt en het ene doelpunt dat Alben scoorde kon, hoe fraai ook van makelij, de indruk niet wegnemen, dat de groen-witte voorhoede aan een schotloosheid mank ging, die succes vaak in de weg zal staan. In
het begin van de strijd hadden de bezoekers een overwicht in het veld dank zij een iets hoger tempo dan de Brunsummers, waarvan enkele spelers een matte Indruk maakten. Toch konden de Enschedese aanvallen dit over. wicht niet effectief maken en toen de Limburgia-ploeg zich langzaam herstelde, bleek, dat de aanvallen van de blauwwitte voorhoede veel gevaarlijker waren. Het was de Graaf, die het eerste ernstige gevaar stichtte voor de Boys toen hij snel dooi’liep op een pass van links. Koper liep uit en het schot van de Graaf stuitte op de Boysdoelman af waarbij de bal bij F. Cox kwam, die dankbaar van deze kans profiteerde I—o. En even later maakte de Boys-achterhoede een nieuwe fout, die haar het tweede doelpunt toen ze C. V. Lubeck ongedekt liet staan. Hij kreeg toen de bal van Bruist toegespeeld en sloeg de uitlopende Koper met een uitgerekend boogballetje 2—o. Het pleit voor de Enschedese Boys-ploeg, dat ze tenslotte nog vóór de rust een antwoord wist te geven op dit Limburgia-succes toen na een vlotte aanval de Limburgia-achterhoede te hoop liep en Alben met een zuiver schot langs de paal Jacobs geen kans gaf. Daarmee gingen we dan rusten. Na de hervatting waren de Boys weer wat sterker dank zij enkele zwakke momenten van de Limburgia-achterhoede. Even dreigde de goede verstandhouding verstoord te worden toen er een incident ontstond tussen doelman Ja-
cobs en een der Boys-aanvallen. Tactisch ingrijpen van de heer v. d. Spek leidde echter het geval weer in goede banen. De wedstrijd bleef verder maar heel gewoontjes al ging nu het uithoudingsvermogen een beslissende rol spelen. Daarbij ohtstond al direct het derde doelpunt van Limbur. gia toen C. v. Lubeck een pass van Groen tussen de Boys-backs oppikte en maar direct een schot loste dat doelman Koper te machtig was. 3—l.'Het fraaiste doelpunt scoorde daarna Bruist die met een formidabele kopbal waarbij Koper de bal die in de uiterste hoek kwam, uit zijn handen moest laten glippen, de stand op' 4—l bracht.
1H.8.K.-apparaat: nieuwe vinding worden de volgende resultaten bereikt: • Gemakkelïik van hel ventiel en dichtriJgen van de bal _ Het optreden van eivomüng • wordt geheel voorkomen 0 Bal behoudt tot het laatst zijn zuiver ronde vorm • Daardoor grote besparing op het ballen-materiaal Fa BEN KAMP Vraagt inlichtingen en prfls aan bö de I Oostzijde 128, Zaandam Ned. Octrooi aangevr. Tel. 4495 (K 2980)
DENNIS de fijnste en aswaaistc Engelse MOTORMAAIER; cap. 5 I lia. p. Jag, motoi 7 plc. Vraagt direct aan bij» N.V. „LANDBOUWHUIS SPRUYT' Prinscgracht 35, lel. 114895, DEN HAAG
Opwinding per pond hij Blauw WU^Mauriis
In 8 minuten van o—2 naar 3—2 ei^ i in 2 minuten van 3—2 naar 3—4
Alles wat een kleine bunder grasland, voorzien van vier doelpalen en twee en twintig lieden in spaarzame kledij een mens aan sensatie kan bieden, werd den volke, in het Olympisch Stadion bijeengekomen, in super latieve mate gepresenteerd. Allereerst de pikante verrassing dat elf Limburgers,’ die nota bene voor de eerste maal bij dat onderonsje om die gouden plak mogen aanzitten, de vrijmoedigheid vonden om Blauw Wit, ons eigen Amsterdamse Blauw Wit, op het vertrouwde Stadiongras, zonder met de ogen te knipperen, een 2—o achterstand te bezorgen. Daarna een complete renaissance van het hoofdstedelijke superioriteitsgevoel, toen 8 minuten voldoende lang bleken te duren om van die nul een drie te maken, en tot slot en (voor Amsterdam triest) besluit een uit de hemel vallende strafschop en, jawel meneer, nog een vierde dreun langs van Kaalte en alle beide punten naar Lutterade. De Amsterdammers op de tribunes en dat waren er niet zo weinig, herstelden zich spoedig van de schrik, in de eerste plaats omdat de spanning in de kampioenscompetitie aanzienlijk gestegen is (en dat is tenslotte de essentie van al dat voetbal) en voorts omdat men dat Maurits au fond toch wel een erg aardig stelletje spelers vond: fair, fris, physiek en moreel uitstekend uitgerust en op het puht van voetbal toch ook helemaal niet op hun achterhoofd gevallen.
Wij hier in het Westen kauwen altijd zo’n beetje op de legende dat zij daar in het Zuiden alleen maar verschrikkelijk enthousiast Dver het gras rennen en tegen de bal lopen te duwen en dat jè Eigenlijk een tikje je wijze Westelijke hoofd moet schudden over loveel verspilling van arbeidsvermogen, maar wij daar gerust maar mee ophouden. Dit Maurits moet het heus niet in hoofdzaak vinden in hard werken, al doen die knapen dat ongetwijfeld, maar deze ploeg, die de methode aanhangt van de kanthalf bij de vijandelijke vleugelspeler, en de backs bij de lengte-as van het veld, beschikt over spelers die een man kunnen passeren, een bal redelijk plaatsen en die een scoringskans herkennen zodra zij er een zien. Nu geviel het, dat Blauw-Wit, hetwelk tengevolge van een blessure van Tjepkema zijn rechtervleugel aanzienlijk aan gevaar had zien inboeten, tamelijk zelfbewust begon te trappen en niettemin geen schaduw kon opbren. gén van het elftal dat vorige week van Ajax won, noch aanvallend, noch defensief. Dat zelfvertrouwen was mogelijk enigszins gebouwd op die I—O tegen Ajax, maar wellicht ook op de ouverture van de onderhavige strijd: immers reeds in de eerste minuten sneed een sublieme pass van Wimmers door de Limburgse verdediging, Tolmeyer plaatste de bal met een even forse als zuivere trap naar Bergman aan de andere zijde en deze stoof ermee langs de uitlopende doelman Mol, echter aan de verkeerde kant van de paal. Althans: van Amsterdams standnunt bekeken.
En het doelpunli, dat van 't Hooft na 6 minuten scoorde, kon de rust van de Amsterdammers met beschadigen, want dat was eigenlijk een aai van Vrouwe Fortuna. De Maurits midvoor zond een volkomen mislukt schot in, waaruit de bal evenwijdig aan de doellijn voortsudderde: linksbuiten Beks pikte hem ergens bij de uitlijn op, de uitlopende van Kaalte greep mis, en van ’t Hooft behoefde er toen niet veel meer aan te doen. Blauw-Wit begon een kalm offensief op te bouwen, met de beruchte kleine tikjes, die net precies een kostje vormden dat de Limburgse verdediging graag slikte. De enkele inderdaad gevaarlijke schoten van Lakenberg, alsmede een kopbal van dezelfde Blauw Witter, stompte doelman Mol in een wat antiek-lijkende stijl niettemin knap uit het doel De tweede helft zette in met goed-geconstrueerde attaques van de Mauntsploeg, die gaandeweg favoriet werd en toen Wimmers een der haakte, plaatste van Mulken de bal uit de vrije schop zo fijntjes op het hoofd van van ’t Hooft, dat van Kaalte geen kans kreeg. Aldus scheen Maurits vrolijk oP een niet verwachte overwinning af te stevenen tot een periode van acht minuten de stemming der supporters van himmelhoch jauchzend in zum Tode betrübt wijzigde. In die paar minuten kogelde eerst Lakenberg, profiterend van aarzelend optreden van Muyris, hard in, daarna mikte deze speler na een hoekschop de bal op Heffels haren, vanwaar hij langs Mol vloog en tenslotte duwde Koekebakker na een doelworsteling het derde doelpunt over de lijn.
Wie in de war mochl zön, niet de spelers van Maurits, die de moed vonden een zich van de zege bewust en naar sprekender c«fers dorstend Blauw Wit nog eens te attaqueren en ziet: het geluk was met de stoutmoedige, want daar verscheen als een deus ex machina plots een strafschop wegens hands ten tonele. Niet geheel duidelijk, maar dat verminderde de betekenis van het daaruit door van ’t Hooft gescoord doelpunt niet. Er was toen nog vijf minuten te spelen, maar Maurits had er daar maar één van nodig om door Kleintjes voor de vierde maal van Kaalte, te kloppen en juichend van het veld te springen met een 4—3 zege in de zak. Niet onverdiend, maar seker ook niet ongelukkig.