Ons Verenigingsleven (II) *)
Problemen, waarmee alle clubs worstelen
Er bereiken ons iedere maand circa 100 clubbladen. Op enkele uitzonderingen na, geven deze bladen allemaal te kennen, dat het trainingsbezoek, vooral van de lagere elftalspe. lers, maar zeer matig is. Vele wegblijvers hebben motieven als: schoolbezoek, werkzaamheden, geblesseerd zijn, enz. De grootste absentie is echter het gevolg van gemakzucht, gebrek aan leergierigheid. Kan men de spelers verplichten aan de training deel te nemen? In onze amateuristische sportwereld, NEEN. Kan men spelers bestraffen voor ristische sportwereld, NEEN! En daarin zit de grote zwakheid en machteloosheid van een clubbestuur. Nu kan er gewerkt worden op het gemoed van de spelers. Hebben zij kans voor een plaats in het hoogste elftal, dan wordt de noodzakelijkheid van training wel gevoeld, maar komen zij lager te spelen, dan ver-
valt dit gevoel. Van belang is, de spelers voor te houden, dat het schadelijk voor hun lichaam is, ongeoefend zware wedstrijden te spelen, waardoor de dagen na een wedstrijd geen genot meer zijn, maar fneestal pijnlijke kwellingen. Nieuwsgierigheid trekt de spelers ook nog weleens naar de trainingsavonden; voorbeelden zijn de aanstelling van een nieuwe oefenmeester (vooral als het een Engelsman betreft), of bekendmaking van een nieuwe trainingswijze. Buitentraining trekt altijd meer dan de indoortraining. Van belang is, dat de elftalcommissies bij de samentraining Het bijhouden van een presentielijst met aantekeningen over de activiteit gedurende de oefenavond is daarom zeer gewenst. Dit betekent dan, dat de clubleiders ook zelf regelmatig aanwezig moeten zijn op de oefenavonden. Niet alleen op papier verordenen, dat men moet tramen maar zelf het voorbeeld ii dine , . , . , . geven door aanwezigheid. Dit is een stimulans voor de spelers. Te laat komen
Dit is een veel voorkomende kwaal in de voetballerij. Ik noem het een ziekte, die vele mensen bezitten. Ze is overerfe. lijk, zodat men met overslaan voorzichtig moet wezen. Het zijn altijd dezelfde mensen die je in spanning laten zitten of ze wèl of niet zullen komen. Het juiste is, zich aan een bepaalde tijd te houden en bij overschrijding van dit tijdstip, te vertrekken, of bij een wedstrijd, de réfeervespeler te laten mededoen, ook al betreft het de beste speler van het team. Een voorbeeld stellen en niet overal genoegen mee nemen is hier het beste en doelmatigste! Wat men van de minste speler niet slikt, moet men ook van de beste speler niet nemen. Dit kan niet altijd van de clubleiders gezegd worden. Door uitzonderingen te maken zijn al heel wat moeilijkheden veroorzaakt! Moeilijkheden moet men nooit verplaatsen. maar direct pogen op te lossen zonder onderscheid des Persoons!
Onvoldoende zorg voor kleding en schoeisel
. . Dit ig een euvel in vele verehigingen. De spelers beroepen zich veelal op textielschaarste. hetwelk enigszins verklaarbaar ts, maar toch niet altiid seacceotnoüiT tOCn j erd kan worden. Met wat moeite zijn er altijd nog wel shirts en vooral broeken verkrijgbaar. De spelers die in hun gewone -Oo,„ behooriyle gakie.d » n.l-
*1 (Het eerste artikel is ver- SP»;*™** van 25 October no. 43).
nig op hun costuum zijn, moeten ook op het sportveld gezien krynnen worden. Het is nu maar precies wat ze er voor over hebben. Ook dit is een kwestie van de spelers er steeds maar weer op wijzen, hun voorhouden, dat ze iets voor hun voetbaluitrusting over moeten hebben. Bijzonderlijk geldt hier, jong geleerd, oud gedaan. Bij de jeugd moet men beginnen. Desnoods eens met de ouders praten. Dat de schoenen niet onderhouden worden heeft niets met geld te maken. Het is een kwestie van liefde voor het materiaal waar men mee speelt. Regelmatig toezicht van de leiders hierop is noodzakelijk! Zelfs bij de allerbeste .spelers treft men een grote slordigheid aan. Dé schoenen goed vastmaken is een kunst, die jonge spelers geleerd moet worden. Het is een taak, van de leiders! De spelers weten alles beter!
Vele voetballers hebben een bepaalde eigenwijsheid, meestal van huis uit meegekregen. Deze eigenwijsheid moet men niet verwarren met er een eigen mening op na houden. Dit behoeft voor een speler geen kwaad te zijn. Meningsverschillen behoeven geen gevaar op te leveren, uit botsingen der meningen-kan altijd iets goeds geboren worden. Maar tegen beter weten in handelen, de zin doordrijven ondanks dat ongelijk is aangetoond daar moet men per sé geen genoegen mee nemen.
Vele spelers wensen niet te spelen omdat ze te laag xyn ingedeeld, jie gaan zich zelf beoordelen en zeggen het beter te weten dan de commissie. Ook al betreft het een verdienstelijk speler, dan nog moet men hiermede geen genoegen nemen. Natuurlijk dienen de leiders terdege te beseffen, en dit wordt nog al eens vergeten, dat ook de spelers een studie van het spel hebben gemaakt, zQ er wel iets vanaf kunnen weten, waardoor zij ook praat-recht hebben! Dit houdt dan ook in, dat voetballeiders goed op de hoogte moeten zijn —in universele zin %'an het spel, de spelregels, de bondsbepalingen, de systemen, zij mogen geen geheimen voor hen bevatten. Het beoordelingsvermogen, de kennis, de objectiviteit van de leiders, mogen nooit betwijfeld worden. I
Het gaat niet alleen om een gladde tong_ maar meer om de kennis van de voetbalfelten! Daar zal ook de lastigste en moeilljkste voetballer voor zwichten, club Is niet gediend met mensen die er tegen aanleunen, die meelopen vanwege hun maatschappelijke functie, die wel eens iets weggeven, beter is leiders te bezitten met kennis van voetbalzaken, die meeleven met de spelers, aandacht schenken aan hun voetbalmoellijkheden, zelf ook nog ledere week bereid zijn te leren! . I
Gespecialiseerde training De spelers spelen voor hun genoegen, het is geen plicht, het is vermaak. Men zou dus met het mimte genoegen kunnen nemen, Maffr,,, , Jhet voetbalspel wordt
in competitieverband gespeeld, er is een wedstijdvorm, dat eist vergelijk van krachten, en daarom wil men sterker zijn, beter spelen dan de ander! Daarom moet men ook in dit vermaak steeds naar bet hoogste streven! De voetbalcapaciteiten van de spelers moeten dus opgevoerd worden. Steeds vay. het weer op, dat de individuele techniek van de spelers te kort schiet. Dit komt hoofdzakelijk door een tekort aan gespeciahseerde training! ledere jongeman Sjg VOETBALLEN!
n . , .... . . . ..ÏÏS.SS.WtVSSr.Ü dezelfde trainingsmogelykheid en
dat is foutief! Jongens met bijzondere aanleg zal men afzonder, lyk moeten oefenen, ook al zijn het jongere spelers. De training kan ook te veel georganiseerd zyn. Persoonlijk ben ik een tegen, stander van het georganiseerde welpen-tramingsvoetbal. De natuur is beter dan de leer. Laat daarom de jongens van 10 tot 12 jaar, gebruik maken van de ballen en de velden en laat ze zelf voetballen op hun eigen wijze. De beste voetballers zyn uit het z.g. straatvoetbal voortgekomen.
Dit straatvoetbal treft men nu nog weinig aan vooral in de ero te Op zich zelf Is Hat’ begrijpelijk door het toenemende verkeer! Daarom moet dit soort voetbal, het begin van de hogere voetbalwijsheid verkregen worden op de velden van de clubs, maar niet onder geleerde leiding, maar in eigeh vrij verband van de jongens. Uit mijn eigen jeugd herinner ik me, dat ik mocht medespelen in jongensverband, als ik aan bepaalde eisen kon voldoen. Je moest dan met de gummibal kunnen dribbelen, rondom een huizenblok over de trottoirband, en 20 maal door een open lantaarnpaal kunnen koppen. Bij dit eenvoudige straatvoetbal werd de beste baltechniek verkregen, Heus, t.t deze toestand moeten we weer terug, hoe raar het ook moge klinken!
Contact met de spelers Belangrijk in het clubleven Is het onderhouden van het contact met de leden. Z.g. buurtclubs zijn hierbij in het voordeel bij die verenigingen, waarvan de leden in elk stadsdeel wonen. Het elkander zien, alleen bij de wedstrijden, is absoluut onvoldoende, om het tot iets goeds te brengen voor de club. Een goed geredigeerd clubblad kan ook wonderen doen ten aanzien van de saamhorigheid en samenwerking in clubverband. Een ander goed middel, dat tot resultaten leidt, is het wekelijks verstrekken van ;en stencil. Aanschrijvingskaarten zijn uit den boze, daarvoor in de plaats een folio stencil, hetwelk een kort overzicht van de ge-
speelde wedstrijden kan bevatten, de samenstellingen van de elftallen voor de nieuwe Zondag, enkele korte wenken, gedeelten van de ranglijsten, opwekkingen om te oefenen, enz. Het gehele Zondag-programma wordt zodoende aan alle spelers bekend, ze weten waar hun vrienden spelen. Zo’n stencil werkt veel beter dan een dode aanschrijvingskaart; het is een goed contact-middel!
J* *ratle te weinig sport
Dit is een klacht die men vele malen hoort. Er zijn in een club – vooral één van behoorlijke omvang zoveel administratieve werkzaamheden, dat het m geen verhouding staat tot de wedstrijden die er worden gespeeld. , En om de zaak overzichtelijk te houden, gaat men in vele clubs centraliseren. Mijn ervaring is. dat zulks het werk toch met ten goede komt. Beter is decentralisatie in het clubwerk. Waarbij vele mensen een vast onderdeel krijgen te behandelen, en daar verantwoordelijk voor zijn. Hierhij is een goed contact tussen al werkers natuurlijk onontbeerjijk. In iedere club is veel schnjfmachmewerk, hetwelk het beste en vlugste door dames gedaan zou kunnen worden. Een dame in het bestuur, voor dit werk zou ik niet vreemd vinden, Ons Bondsreglement voorziet daar echter niet in, want dames geen lid van de Bond lafste °PVer® keerd behandeld. Want het nietlid kunnen zijn, zal hoofdzakelijk slaan op de omstandigheid, dat de KNVB geen dames-voetbal toelaat, maar de mogelijkheid moet toch opengelaten worden, dat dames wel aan de organisatie kunnen medehelpen! Er is nu eenmaal in deze wereld specifiek dameswerk, ook in onze clubs! In mijn eigen club hebben we dit probleem ook. Er wordt uitdrukkelijk bepaald, dat iedereen die aan de organisatie leiding geeft en stemrecht heeft lid moet zijn van de KNVB. T’n wanneer wij twee van deze dames aan de Bond opgeven, dan worden ze van de ledenlijst verwijderd! Dit is
een tegenstrijdigheid waar over toch nog eens gesproken moet worden.
Natuurlijk zijn wy met bovenstaande problemen nog lang niet voUedig geweest, talrijk zijn do moeilijkheden in clubverband, Vooral de bezwaren bij kleine clubs zijn groot Het is ROed met voorbeelden van tijd tot tijd daarvan te gewagen in nns aiier orgaan de Snortkromek* Laten we van onze kennis, onze ervaring op velerlei gebied geen zwarte kunst maken of het verzwijgen. Laten we delen in d.e moeilijkheden en de oplosda™ ket no°dzaak’ het is tot het groot maken en vmsterken van ons vereniging» leven, het is ter vervolmakin. van onze grote en mooie voethalbond! DOUWE WAGENAAR
VOETBALLESSEN VOOR DE JEUGD
Laat ik je eerst verklaren, dat ik wel degeiyk het nut van schynbewegingen inzie. Ze zijn noodzakeiyk. Je kunt je tegenstander er radicaal mee uit zyn positie spelen.
Beste voetbalvriend.
In de vorige brief heb ik het niet aangeroerd, maar je zult je wei kunnen voorstellen, dat de ene voet meer oefening nodig heeft dan de andere. Het gebeurt niet vaak, dat spelers met heide voeten even goed schieten. Maar een-henige voetballers zuilen nooit opmerkelijke successen bereiken. Laat ik dat onderwerp nu maar opzij zetten. Ik had je beloofd nog wat over schijnbewegingen te
Verschillende schynbewegingen
De eenvoudigste schijnbeweging is over de stilliggende bal heen stappen. Hierdoor wordt je tegenstander misleid, want hy leeft in de veronderstelling, dat je de bal speelt of meeneemt, maar in werkeiykheid stap je over de bal heen. Houdt er rekening mee, dat je by deze bewegingen niet de aandacht trekt met je rechterbeen, want daarmede breng je de tegenstander niet in de war. Je schynbewegingen moeten louter lichaamsbewegingen a.yn. Je doet alsof je hele lichaam de bal naar links wilt brengen. De beweging van je rechterbeen moet zo snel en kort mogeiyk geschieden. Juist die snelle beweging zal je tegenstander misleiden en daar moet je onmiddeliyk van profiteren. Maak geen sprongetjes by het overstappen. Dat vergt te veel tijd, geeft tydverlies. Stap dus. Doe het snel en kort en laat je gehele lichaam bewegen. Vergeet niet, dat geroutineerde spelers je tactiek dóór zullen hebben. Zorg dus, dat je een paar schynbewegingen op je programma hebt staan. Voer ze niet onnodig uit.
Een beroemd trucje Alex James, de beroemde Schotse internationaal, wist zijn tegenstanders door een
meesterlijk uitgevoerde schijnbeweging keer op keer voor de gek te houden. Hij haalde zijn voet zgn. over de bal, zodat iedereen dacht: „nou schopt hij” of: „nou geeft hij de bal af”, maar in werkelijkheid raakte hij
de bal helemaal niet aan. Gewoonlijk ging hij als volgt te werk. Hij bracht de bal op, om plotselüig stil te staan op z’n linkervoet en bracht z’n rechtervoet over de bal heen naar achteren, waardoor hjj de indruk wekte alsof hij de bal naar achteren wilde schoppen. Vele tegenstanders begonnen door dat kunstje te twijfelen en dat was voor James de juiste gelegenheid om langs hen heen te schieten. Vanzelfsprekend hebben velen getracht hem na te apen, maar weinigen hadden er het succes mee, dat James boekte. >
Ik wil je nu twee oefeningen voor schijnbewegingen geven.
1. Overstappen over een stilliggende bal.
, Ga schuinrechts achter de bal staan, stap dan met het rechterbeen voor ’t linkerbeen langs over de bal. Vervolgens het linkerbeen achter ’t rechter brengen en voor langs over de bal stappen. De bal hierbij niet aanraken. Deze oefening eerst langzaam, daarna geleidelijk het tempo opvoeren.
Z. De dribbelpaaltjes.
Stel een aantal paaltjes zlg-zag-gewöze op. Zü stellen de tegenstanders voor. De speler begint bg het eerste paaltje, dribbelt met de linkervoet naar de eerstvolgende. Vlak voor dit paaltje links overstappen en rechts dribbelen aai het derde paaltje in de lijn van het eerste, daar rechts overstappen en links naar het volgende paaltje enz. Doe je best! Het loont de moeite!
VII
Schijnbewegingen. Je tegenstanders kun je er radicaal mee uit positie spelen. Snel en kort. Dat is je keus. Laat je gehele lichaam bewegen. Het trucje van Alex James.
_________________ . , Meningen Van Anderen Wordt er met de Spelregels „-.„ij? ge801®»
Als Mr Piek in de Sportkro-njek schrijft dat vele protesten i t 7mldpn 'worden inaediend n zouaen woraen g * -®6ll be spelregels beter kende, dan ben ik dat niet met hem eens. Dat er zoveel protesten moeten worden afgewezen is ook een gevolg van de te geringe waarheidslievendheid van sommige scheidsrechters, die bang voorhet testcommissie een. flater te slaan en hun ongelijk niet altijd willen erkennen. Het komt voor, dat men afgaat op verklaringen van clubgrensrechters en deswege een protest toekent (Ajax—SVV), r„rwiil ik mii pen Drotest van 15 terwlJi lk ef „P „it Z.rr*. laren geleden herinner t venzande—VDL), waaroy ae waarneming van 2 neutrale grensrechters door de Protestcommissie genegeerd werd. Wordt er met de spelregels wat Eesoid? 6 vöeKO '
. „ T awcpzaat “• u two rAi Voorz. Lr L, Leiden.