Geef Uw een gevoel van zekerheid! %

De kwteto «Qd te er in de Sportkroniek veel geschreven over de techniek en de takjiidt van ons mooi voetbalspel, waar alle spelers bQ betrokken wor> den, behalve de doelverdediger. Deze moet wel eens de indruk krügen, dat hü er tegenaan hangt. De „goalie" moge dan de meest gefotografeerde man zön, biQ het voetbal, bij de spetpealverhogingspogingen wordt aan hem de minste aandacht geschonken. Dat is evenwel onjuist!

In wat voor ingewikkelde, mooie en snelle combinatie ook gespeeld mocht worden op het voetbalveld, het einddoel blijft toch de doelmond van de tegenstander. Een samenspel kan onderbroken worden, of niet tot het einde doorgevoerd, öf door het spel van de tegenpartij èf door fouten van eigen spelers, doch indien een goed gecombineerde aanval juist is doorgevoerd, komt er een moment, een beslissend moment het schot op het doel, en het resultaat hiervan hangt vrijwel geheel af van één enkele man. Deze man is de doelverdediger. Op zo’n moment wordt hij het centrum van de aandacht in het spel. Er wordt voor hem geapplaudisseerd wanneer hij een schot stopt en men is min of meer verontwaardigd wanneer hij de bal laat glippen. Een fout van «en aanvaller of van een verdediger heeft geen directe invloed op het resultaat van de match, doch een fout van de doelman heeft meestal tot gevolg, dat de tegenstander een doelpunt maakt. Daarom rust op de doelman bijna altijd een psychische „vracht” als men het zo zeggen mag, een morele verantwoordelijkheid voor het verloop van de wedstrijd, meer dan bij iedere andere speler. De „goalie” moet voor een wedstrijd niet alleen physisch maar ook moreel goed voorbereid zijn-

Hoe moet men een keper voor —een wedstrijd voorbereiden? In de eerste plaats moet voor Oe wedstrijd een „sfeer” geschapen worden, waardoor de keper het volle vertrouwen in zijn eigen kracht krijgt. Dit is een zeer belangrijke voorwaarde. Twijfel is de vijand van de sportprestaties. Hoe technisch een sportman ook kan zijn, als de twijfel bij hem opkomt, dan Verschijnt ook de besluiteloosheid. die een directe invloed op de techniek heeft. Beslissend is ook de houding van het overige tiental tegenover de doelman. Voetbal is een collectief spel, de doelman is een goed lid van he,t geheel. Het vertrouwen in zichzelf bij een keper kan öan pas stabiel zijn, wanneer hij omringd wordt door een vriendschappelijke sfeer van het geheel. En een ploeg, dat Vertrouwen toont in het kunnen van zijn doelman heeft de ■Wedstrijd reeds voor een groot fiedeeke gewonnen. Zelfs oij een ongelukje, door .de keper tijdens een wedstrijd begaan, het noodzakelijk, dat noch het overige tiental, noch de Oefenmeester, iets van twijfel mat merken. Zulks betekent aa. murlijk niet, dat men zijn tekortkomingen moet doodzwijh Een. Integendeel, hierover spre. ken is noodzakelijk. Echtet Op de juiste plaats, op het juiste

moment, op de juiste toon, zulks hangt af van de kunde en het inzicht van si>elers en leiders. Een keper moet ook critisch zijn tegenover zijn eigen spel. Hij moet niet bang zijn voor op- of aanmerkingen, zowel van zijn spelers als zijn oefenmeester, hij moet weten te overleggen met kepers van kwaliteit en ervaring- Uitwisseling van gedachten met andere doelmannen vindt in Holland nog veel te weinig plaats. Een doelman mag nooit denken, dat hij alleen over het verloop van een wedstrijd kan beslissen. Dit zou de grootste dwaling zijn! Een keper komt dan alleen tot ontplooiing, wan. neer zijn eigen hoedanigheden als doortastendheid, zelfbeheersing, onder moeilijke momenten „versterkt” worden door een sportieve vriendschap en door het geloof in de „kracht” van de keper. Dan kan de keper „zeker” en met „zelfvertrouwen” spelen! Hij zal dan niet !.in elkaar vallen” wanneer de eerste bal door hem doorgelaten wordt, hij zal de kracht vinden om tot het einde toe te blijven „vechten” en ook de grote psychische inspanning tijdens , de match weten te doorstaan.

NIET /XTIJD WORDT HIERAAN EOOR ONZE LEIDERS GEDACHT. Het is vaak zó, dat wanneer een keper eens ongelukkig speelt, hij direct als reserve wordt opgesteld. En dit veelal, zonder dat men naar de oorzaken van het „ongelukkig” spel zoekt. BRENGT ZO’N HANDELWIJZE VOORDELEN OP? NEEN! Dit brengt noch .het team, noch de als reserve opgestelde doelman enig voordeel, Speelt hij weer eens mede, dan zal hij zich opnieuw moeten inspelen, hij zal zich niet geheel weten te „vinden”. Hij speelt met de gedachte, mijn spel mag geen enkel verwijt bevatten. Hij speelt dan zonder risico’s te

durven nemen. En wat is een doelman zonder weldoordachte risico’s? Zo’n man speelt zonder durf en zonder zelfvertrouwen en dit betekent onherroepelijk „slecht” spelen. Is het niet typisch, dat de beste Nederlandse doelverdedigers, in hun eigen clubs geen concurrentie hebben?

Vertrouw de doelman! En is een nationale doelman niet het beste als hij de zekerheid heeft van een vaste plaats in het nationale team? Dit lijkt een tegenstrijdigheid met de meest verbreide mening, dat een club er het mooiste voorstaat als zij voor elke plaats in het eerste elftal een tweetal spelers heeft- Het is verschrikkelijk moeilijk om uit 22 gelijkwaardige spelers het juiste team te kiezen, en eenmaal gekozen zal het steeds aan veranderingen onderhevig zijn.

Zo ook met twee gelijkwaardige doelverdedigers. Dit probleem moet • men uit de weg gaan door consequent één aan te wijzen als de beste, en deze als de uitnemendste te handhaven. Gaat men hen om en om proberen, dan zullen beiden niet groeien, hun spel zal dan slap en kleurloos blijven. De gedachte twee of drie gelijkwaardige doelverdedigers te hebben moge ogenschijnlijk prettig lijken, het is bedrog, want het geeft nadeel aan het hoogste elftal. De samenstellende com. missie werkt rustiger met een vaste keper. Goede doelmannen worden niet gekweekt louter en alleen door oefenen.

De juiste „opvoeding” van de doelman, de speler waarvan de uitslag van een wedstrijd gedeeltelijk afhangt, is de voornaamste voorwaarde bij de beslissing van dit vraagstuk. Welke bijzondere dingen doen wij in Nederland ten aanzien van de opleiding van goede doelverdedigers, ik meen stellig te weten: niet veel. Moge de keper meer aandacht ontvangen! DOUWE WAGENAAR.

Zwartemeer-Friesland 1-1 Na een zwaar bombardement.

dat reeds meer dan twintig minuten geduurd had, en waarin de lange stopper-spil van Friesland Stoffels zich reeds grote triompben bad verworven, wist Zwartemeer eindelijk een voltreffer te plaatsen.

Het was ongetwijfeld een kostbaar doelpunt in deze belangrijke ontmoeting, die door de bijna 5000 toeschouwers werd bijgewoond. Nauwelijks echter waren de vreugdekreten verstomd, of een daverende kogel van Oostveen schoot alle overwinnings-illusies van de Drenthen aan flarden. Het was een doelpunt, zoals men ze maar weinig ziet maken en doelman Pomp was dan ook al geslagen, voordat hij het wist. Deze beide goals vormden wel de hoogtepunten van een wedstrijd, die overigens weinig fraais te zien gaf en waarin de resp. voorhoedes te zwak bleken voor de verdedigingen.

NIJMEEGSE 3e EN 4e KLASSERS

De belangrijkste wedstrijd was Union—Nijmegen, die met een dubbel-blanke stand eindigde.

Het spel van den Unionkeeper was uitstekend, dat was klasse. Doordat Oosterbeekse Boys gelijk speelden tegen M.V.R., hebben alle deelnemers reeds verliespunten. Uchta won van Albatros, dat hiermede de tweede nederlaag incasseerde. De overwinningen in deze prom.-degr. competitie worden van grote waarde. Voor de beker verloor V.V.S.N. van 8.V.C., V.V.S.N. speelde een slechte wedstrijd en is door deze nedrlaag kansloos. De Treffers verloren van A.W.C. dat tot nu toe de voUe winst binnen haalde en DE kans heeft. Blauw-Wit behaalde een royale zege over Kolping dat voor de rust ondanks een meerderheid geen kans zag doelpunten te maken. Hatert bleef met 2—l de meerdere van Pannerden en kreeg meer dan haar toekwam. De belangstelling voor de promotie-degradatie der 2/4 klasse, waarin Union en Nijmegen zitten blijkt wel belangstelling in Nijmegen te hebben. Het publiek krijgt nu een kans kennis te maken met de elftallen in een lagere klasse, waar de spanning en het spelpeil toch niet zoveel minder is dan men denkt.

M. V. B.

KRONIEK

Tsjecho-Slowakije is volgens uitspraak van de F.I.F-A. als lid daarvan gehandhaafd. Vandaar dat Holland—België door een Tsjech werd geleid.

Toto in Noorwegen. Sedert midden Maart is het in Noorwegen toegestaan op de voetbaluitslagen te wedden.

Luxemburg is gisteren niet doorgegaan, omdat de Tsjechen geen deviezen voor de reis kregen.

Voetbalshirts (div. Clubkleuren) 6 textielpunten . s <.» . ƒ 7.80 VOETBALKOUSEN 4 pnt. . BROEKJES 6 pnt. pl.m, 14 dagen. Aanvragen worden volgens binnenkomst lndien U monster wenst, zendt U ons 6 Textiel-punten «n het gewenste wordt U toegezonden. Joh. Muurling, Doelestr. 10 Gouda. Tel. 3780

Voetballers, kent de Spelregels!

Onkunde Benadeelt Eigen Partij

Dat het nuttig, neen sterker, noodzakelijk' is, dat voetbaUers met de regels van hun spel goed op de hoogte zijn, daarvoor kan ik een paar sterk sprekende staaltjes uit de praktijk aanvoeren.

Het eerste uit VSV—’t Gooi op 15 Februari jl. De pittig spelende Hilversumse voorhoede deed haar zoveelste aanval op de VSV-veste. Hier ving doelman Bloemink, vrijwel op de doellijn staande, een schuin schot van Schaap tegen de borst op. Op hetzelfde ogenblik, dat de bal Schaaps schoen verlaten had, rende midvoor Kreuning op het IJmuider doel af. Vlak voor Bloeming gekomen en ziende, dat deze de bal opving, hield Kreuning met zijwaarts gestrekte armen zijn vaart in en keerde de VSV-doelman de rug toe, hoewel hij door even met de borst tegen Bloemink aan te lopen op de wijze, zoals Moore het destijds in de wedstrijd Hollandlerland bij van Male deed een doelpunt had kunnen maken, te. meer, omdat Bloemink door de wijze, waarop hij het schot van Schaap stopte, cp dat moment niet bepaald stevig op zijn benen stond.

We veronderstellen, dat Kreuning in dit geval Moore niet imiteerde, omdat hij met de regel, dat in zulke gevallen de doelman „met bal en al’’ op correcte wijze in het net mag worden gelopen, onbekend was. Ook bestaat natuurlijk de mogelijkheid, dat Kreuning, bij ondervinding wetende, dat over het geheel de Nederlandse scheidsrechters de keepers in bescherming nemen en vooi dit standpunt is uit een oogpunt van spelverruiming misschien wel wat te zeggen bij voorbaat een poging om Bloemink over de lijn te werken, nutteloos vond. Maar in bovenstaand geval en op bovenomschreven wijze had Kreuning aan de hand van de spelregels een geldig doelpunt kunnen maken. O

Nu het tweede aan de praktik ontleende staaltje. Het 2de elftal van mijn vereniging speelde tegen EDO 2. Vlak voor het einde EDO leidde toen met ééa doelpunt verschil werd de midvoor van Stormvogels, die de bal speelde, op ongeoorloofde wqze in het strafschopgebied aangevallen, waardoor de scheidsrechter dan ook prompt floot. Tot mijn verbazing kende hij Stormvogels een indirecte vrij trap toe, die de blauwhemden niets opleverde. Eén minuut later klonk het eindsignaal. Terwijl de spelers naar het kleedlokaal liepen, vroeg ik de scheidsrechter of ik het goed ge. zien had, dat hij in ’t strafschopgebied Stormvogels ’n indirecte vrije schop had toegekend. Na een bevestigend antwoord zijnerzijds vroeg ik waarvoor hij gefloten had. Toen bleek, dat zijn antwoord met mijn eigen waarneming overeen kwam, ongeoorloofd aanvallen van de IJmuider midvoor zeide ik hem, dat hij Stormvogels dan een strafschop had moeten toekennen. Hij was dit niet met mij eens, blijkens zijn antwoord: „Dan bent U niet op de hoogte met de jongste wijzigingen, die mij het recht geven in zulke gevallen naar eigen inzicht niet een strafschop, maar een indi-

recte vrije trap te geven. Onbehoorlijk spel noem ik dat en daarvoor geef ik geen penalty”.

Ik gaf hem nog als mijn mening te kennen, dat de jongste wijzigingen het op correcte wyze aanvallen van een speler, die de bal niet speelde, golden, doch dat ongeoorloofd aanvallen den bestraft. Verder deed ik er het zwijgen toe, want ik moest de aanvoerder van ons 2de elftal nog even vertellen, dat hij protesteren moest en de hem daarvoor ten dienste staande 5 minuten waren bijna verstreken. Toen ik hem zeide, dat hij moest protesteren, tegen dat en dat feit, keek hij alsof hij het in Keulen hoorde donderen.

Deze beide „historische gebeurtenkssen” hebben mij nog weer eens duidelijk, gemaakt, dat spelers hun eigen elftal kunnen benadelen, als zij niet op de hoogte zijn van de spelregels.

G. J. BREMERKaMP

GRONINGEN

Teleurstellende bekerstrijd

In de bekerwedstrijd G.R.C.—• G.V.A.V. kwamen de gasten uit met een elftal, waarin slechts 3 vaste eerste elftalspelers waren opgesteld: Spakman, Buist en Jansen. Het leek er dus op, dat G.R.C. een mooie kans op een overwinning had, maar het verzwakte blauwe team was toch in aUe opzichten de 2e klassers de baas. Deze wedstrijd is allesbehalve een propaganda voor de schoonheid van de voetbalsport geworden. Speciaal aan G. R. C.- zijde werd zo erbarmelijk stuntelig gespeeld, dat de kijklustigen wel zeer onvoldaan moeten zijn geweest. Als er in de bekerwedstrijden steeds zo miserabel wordt gespeeld komt er straks geen kip meer naar kijken .... G.V.A.V. opende de score door een onverwacht schot van Hartens en kwam na een onsterfelijke blunder van de G. R. C.- doelman al heel gemakkelijk aan een 2e doelpunt, dat door Dekker gemaakt werd. In de tweede helft voegde Bodewes hier nog ’n 3e doelpunt aan toe (O—3), terwijl de goed spelende Jansen én Buist er zorg voor droegen, dat Spakman het niet te druk kreeg.

Zweeds oordeel over ons spel

In het Zweedse „Idrottsbladet” schreef de bekendé Zweedse bondsbestuurder Koek;

In gezelschap van Karei Lotsy, bezocht ik de kampioenswedstrijd Haarlem De beste man van het veld was Edo’s fenomenale linksback aanvoerder Schijvenaar. Met een goede kijk op de bal, zeker in zijn plaatsen en perfect in het onderbreken van aanvallen, wordt hij zeer zeker een zeer moeilijk te passeren tegenstander voor onze blauwgelevoorhoede, als wij op 9 Juli tegen Holland zullen spelen. Sensationeel goed was Haarlem’s midvoor Smit. Een aanvalsleider van groot formaat. Ik heb nooit zo’n lenige, snelle 40- jarige gezien!

Ik werd zeer geïmponeerd door het goede Nederlandse spel en ben niet rustig op het resultaat van de landenwedstrijd. Het Ned, elftal zal ons zeer goede tegenstand leveren. Het spel is bewegelijk en de spelers zijn ontzet* tend snel. De baltechniek is zeer veel vooruitgegaan. De K.N.V.B. heeft reeds voorbereidingen getroffen voor de wedstrijd. De revanche-wedstrijd willen de Nederlanders eerst in 1950 spelen einde van Mei, of midden October.