het ons gestelde doel want we krijgen geen vrijstaande spelers en ook tegen een in normale opstelling spelende tegenpartij is het altijd mogelijk voor binnenspelers of spil om naast of vóór den spil der tegenpartij vrij te staan, den bal dus in vrije positie ontvangen. Die binnenspelers hadden geen specialen speler ter bewaking.
Een nieuwe rol voor midvoor en buitenspelers
We laten tegen S.S.S.-clubs den ouden stelregel: „Binnenspelers halen den bal op”, vallen. Waar ze ook heen loopen, ze worden tóch door den hun toegewezen speler afgedekt. Neen, niet de binnenspelers moeten den bal bij de doelschop ophalen, maar de middenvoor en buitenspelers (dat is dus de M-formatle).
Wat gebeurt er nu?
Zouden de spelers hun man blijven volgen, dan wordt de situatie zooals aangegeven op fig. 11. Wat zien we hieruit? Dat de muur van 3 achterspelers is verdwenen en het gestelde doel is bereikt. Zou nu eventueel de buitenspeler het duel met zijn back winnen dan wordt de situatie direct veel gevaarlijker. De S.S.S.- ploeg is nu heelemaal uit zijn verband.
Nu komt het tweede doel ter sprake. Zouden de backs en S.S. niet volgen, dan wordt de situatie zooals aangegeven in fig. 111. Wat blijkt hieruit? Dat de buitenspelers en middenvoor vrij staan, waardoor ze den bal in vrije positie kunnen ontvangen en den aanval kunnen opzetten (waarover later).
Of de backs en spil nu volgen of niet, het door ons gestelde doel is, zeer zeker bij den doelschop bereikt, want öf we staan vrij, óf de muur van 3 achterspelers is verdwenen.
Juist de systeemspelende ploeg moet zelfvertrouwen hebben, want hier toch komt het nog meer op het geheel aan, dan bij een systeemloos spelend elftal. En dit vertrouwen zal nu gaan zakken, de zekerheid verdwijnen.
We noemen bovenomschreven opstelling dus de doorgevoerde M-formatie en zien haar als een nieuw wapen ter bestrijding van het S.S.S. bij den doelschop. Dit is niet alleen theorie, ik heb dit aan de hand van de practijk opgebouwd en gecontroleerd. Natuurlijk komt het op de juiste toepassing aan, zoo is het met elk systeem. Als de doelverdediger of de back niet goed kan uitschieten, als hij niet plaatsen kan, heeft geen enkel systeem nut. We moeten uitgaan van de gedachte, dat de spelers hiertoe in staat zijn.
Maasstad-Mijmeringen
Eerlijk zullen we alles deden. Ik weet niet, of u ’t al gehoord hebt, maar Amsterdam en Rotterdam zijn bezig met in eikaars armen te vallen. We hebben dat een tijdje terug af gesproken. Toen zijn we in Mokum op bezoek geweest en als echte zonen van een zeevarend volk hebben we de Prinses Beatrix gecharterd en ..zijn we buitenom gegaan.
Met echte zeemansbeenen hebben we over dek gezwieberd en met een echte zeemansblik hebben we over de reeling gestaard naar de Noordzee, waarin nog zoo echt de deining zat van een dier recente zomerkoeltjes, ’t Schip deinde dermate, dat je van ’t achterschip zoo in de pijp kon kijken. 70 % van de groenwitgroene Maasstedelingen hadden het voorrecht, het zeemansleven van alle zijden te leeren kennen en schonken hun ontbijt plus koffie aan de haringen. Bij mij bleef alles helaas op zijn plaats, maar het voordeel was, dat ik mijne zorgen kon wijden aan eenige collega’s, die over de verschansing bungelden en van wie een, ter hoogte van kaap Noordwijk vroolijk opmerkte: Het kan me heelemaal niet meer schelen, of die schuit op een mijn tippelt. Maar dit alles terloops. We voeren naar en kwamen in Mokum en zijn toen meteen de grachten ingeschoten, niet met de Beatrix, maar in een stelletje glazen schuiten, waaruit we de prachtige geveltjes gemakkelijk konden bewonderen, al kreeg je er wel een stijve nek van. We zagen ook het nauwste straatje van Amsterdam, de Trompettersteeg, waarin je gemakkelijk je beenen kunt leggen op de tafel van je buurman. Toch kan je daar nog beter wonen, dan in een bunker zei iemand, waarmee ik maar zeggen wil, dat ?e van al dat gereis en getrek filosofisch kunt worden. Toen we dan ook, voor het Diner in Kras, op het Raadhuis ontvangen werden waren we precies in de stemming, om met elkaar af te spreken, dat het met die concurrentie in de hdven nu maar eens voorgoed uit moest zijn. Uit, definitief uit. We ■ zeiden bijna Schluss, maar dat zat ’m natuurlijk ook in de stemming. leder op zijn beurt een schip en nooit meer ruzie. Toen kusten de burgemeesters en havenautoriteiten elkaar en 1 ze leefden lang en gelukkig. En dat gaan we nu ook doen in de sport. A. H. K
TILBURG
Fig. 3
Willem lI—V.V.y. 2—l Duidelijk merkbaar is het, dat wij nog aan het begin van het seizoen staan; de zware competitie temperatuur is nog maar vagelijk te bespeuren. Vele ploegen zijn nog aan het experimenteeren, andere moeten zich aanpassen aan de nieuwe omgeving. Met deze feiten voor oogen willen wij bij de beoordeeling van wedstrijden rekening houden en onze critiek is, hoewel gerechtvaardigd ten opzichte van het spel van Willem II en VVV gematigd.
Willem II experimenteert nog steeds. Weet zelf de zwakke plekken (doelman en midhalf) en zoekt in de lagere elftallen naar betere krachten.
VVV behoeft misschien wal minder drastisch te handelen, maar vooral het optreden van de voorhoede was onvoldoende. Ondanks het vaak matte spel van Willem II kon VVV de Tilburgers niet in tempo evenaren en was de afwerking van den aanval, waarbij v. d. Veen heel nuttig werk deed, zoo zonder élan en zonder initiatief, dat vele gezonde kansen om zeep werden gebracht. Daardoor moest VVV met een nederlaag genoegen nemen, die misschien voorkomen had kunnen worden.
Willem II kon door wat agressiever optreden, laten we niet spreken van enthousiaster wérken, een veldoverwicht verkrijgen. Zij vond voorloopig den rechtsachter Holthuyzen, die een goede partij speelde op haar weg, maar toen v. Loon en W. Engel een bevlieginkje kregen en een behoorlijk samenspel lieten zien, was er een kansje, dat v. Loon prompt benutte, I—o. Het terugblijven van de middenlinie, waarin Vogelenzang te weinig aandacht schenkt aan den opbouw, was oorzaak dat VVV verschillende aanvallen kon opzetten. Maar hardnekkig weigerden de Venlonaars hun kans te benutten, al hielp den paal de Willem 11-ers daarbij. Kliphuys trapte eenmaal van zeer nabij meters naast.
De tweede helft bracht wat meer beweging in het VVV-team. Willem II beleefde enkel minder prettige momenten maar toch was het Wj Engel die met een tactisch balletje den stand op 2—o bracht.
Verschillende doelworstelingen ontstonden voor het Willem 11-doel, maar eerst 7 minuten voor het einde scoorde linksbuiten Verbruggen, en dit dan nog geheel alleen, het eerste en eenige tegenpunt, 2—l.
Een paar hoekschoppen in de laatste minuten bewezen, dat Willem II het gevaar inzag. De machtelooze voorhoede van VVV tenslotte stelde de Willem 11-zege veilig. v. B.
H.8.5.-feestelijkheden ten einde
Slotfeest van H.B.S. Als slot-apotheose van de viering van het 50-jarig eerste-klasseschap, had H.B.S. zijn leden en genoodlgden Zaterdag in het Kurhaus vereenigd, waar een waarlijk prima verzorgd programma werd geboden. De revue „Hecht, Betrouwbaar, Sterk” geheel met eigen krachten opgevoerd, was een daverend succes. Al sukkelt H.B.S. dan met zijn voetbalreserve’s, aan amateur-artisten en balletgirls is er geen gebrek. De scène van het kraaienest met als décor de clubtent op Houtrust, was een der hoogtepunten van de voorstelling. Aan het einde kwam ook Jac. Lamey nog op de planken, die met zyn gloedvolle speech een ovatie wist uit te lokken. „Namen noemen is moeilijk”, zei voorzitter Reytseger in zijn dankwoord aan de medewerkenden. Die van de heeren v. Hoepen, Planje, Übels en Pleysier kon hij echter niet verzwijgen, want zij hebben vooral een berg werk verzet bij de voorbereiding van de uitvoering.
De band van Piet van Dijk bracht de beenen van de vloer en eerst om 4 uur stierven de laatste klanken der saxofoons.
Bravo H.B.S. Een éclatant besluit van een grootsch feest. E<
Fig. 2