maceutisch onderwijs worden gesteld. De Commissie wil niet beslissen, of dit doel het best zou kunnen worden bereikt door de opleiding te verbinden aan de geneeskundige school te' Salemba, zooals het Hoofdbestuur van de Maatschappij voor Pharmacie aangeeft. Waar echter de propaedeüse van geneeskundigen en apothekers parallel loopt en er ook veel is, dat pleiten kan voor gemakkelijk wetenschappelijk contact tusschen de docenten, zou er, naar het oordeel van de Commissie, zeker alle aanleiding zijn, om niet tot gedeelde opleiding over te gaan, alvorens de vraag, of de pharmaceutische opleiding aan de geneeskundige school zou kunnen worden vastgekoppeld, van alle zijden is bezien. Het is aan de Commissie niet onbekend, dat in Indië door sommigen de opvatting wordt gehuldigd, dat met eene zeer beperkte opleiding kan worden volstaan, omdat de krachten, die men noodig heeft, geen uitgebreide kennis behoeven. De Commissie erkent gaarne, dat zij niet in staat is, volkomen te beoordeelen, of datgene, waarin voorzien moet worden op het gebied van de geneesmiddelverstrekking in Indië, misschien zou kunnen worden toevertrouwd aan personeel, dat geen volwaardige apothekersopleiding heeft gevolgd. Zij zou zich inderdaad wel kunnen voorstellen, dat met dergelijk personeel genoegen zou kunnen worden genomen, rekening houdende met de mogelijkheid, dat geen of weinig verantwoordelijk werk van hetzelve zou worden gevraagd. Maar het spreekt van zelf, dat het verschil in opleiding bij de regeling der bevoegdheden in aanmerking zou dienen te worden genomen, in dier voege, dat eene niet-volwaardige opleiding geen aanspraak op volledige apothekers-bevoegdheid kan doen maken, terwijl er mogelijk ook termen zouden kunnen worden gevonden, om het onderscheid mede tot uitdrukking te brengen in de titulatuur, op soortgelijke wijze als thans onderscheid wordt gemaakt tusschen den dokter-djawa en den arts. In dezen gedachtengang zou de werkzaamheid van hen, die niet volledig voor apotheker zijn opgeleid, zich kunnen bepalen tot het distribueeren van geneesmiddelen onder toe zicht van bevoegde apothekers. Zij zouden dan eene positie innemen, welke min of meer te vergelijken zou zijn met die vaneen eenigszins zelfstandig apothekers-assistent. Als voorbeeld zou wellicht ook de vroegere Fransche regeling kunnen dienen. Daar kende men apothekers eerste en tweede klasse. Het onderscheid tusschen beide bestond o.a. in het hebben
388