Van Reyn (t. a p.) schrijft over de apotheek het volgende: „De diaconie en het diaconessenhuis hadden nog eenige inkomsten buiten de reeds genoemde: als de voordeelen der Linnen-Naaiwinkel, waar door de meisjes voor de burgerij gewerkt werd, het breien van haringnetten, de inbrengst der jongens van hunne arbeidsloonen, de verkoop van dove kolen en van nog andere artikelen, de kostgelden voor sommige gealimenteerden door hunne familiën betaald, maar inzonderheid de winsten der Apotheek, die daarom eenige nadere vermelding verdient. Deze Apotheek was reeds ten jare 1686 met voorkennis der Regeering voor de Diaconie opgericht, maar werd naderhand (zie ook de aanhef van dit opstel) tot stadsapotheek verklaard en alle Godshuizen, bij Resolutie van December 1740 verplicht, aldaar hunne geneesmiddelen e doen bereiden, waardoor de voordeelen, door deze Inrichting aangebracht, zoo aanmerkelijk waren, dat daaruit al de geneesmiddelen der gealimenteerden in en buiten het Huis konden worden goedgemaakt. Over den toestand in 1832 schrijft vanßeyn; Derwaarts (naar het heiligegeesthuis) werd ook de bovenvermelde stadsapotheek in Februari 1807 uit het Diaconie-Amxhuis overgebracht, en sedert door eenen Hoofd-Apotheker, zijnde sedert ettelijke jaren de heer Boelhouw er, meteen aan de behceftigen geëvenredigd aantal bedienden en ee – lingen, nauwkeurig waargenomen. Hoe belangrijk ook hier de werkzaamheden zijn, moge het getal der recepten bewijzen, bedragende in gewone jaren 80 a 90.000 (nu nog e normale aantal; inde oorlogsjaren heeft collega Wy nne ee top score gehad van bijna 150.000), doch in 1832 mt hoofde der toen geheerscht hebbende choleraziekte tot circa 98.000 geklommen, dat in 1833 niet minder beliep, behalve die, welke in afzonderlijke ziekenzalen en elders gereedgemaakt werden. Men begrijpe echter onder het cpgegevene getal recepten die welke aan andere stede'ijke of bijzondere Inngtmgen het Armhuis, Gasthuis, Dolhuis, Oude Mannen- en Vrouwenhuis het Weeshuis der Gereformeerden en de Diaconieën van verschillende kerkgenootschappen tegen billijke schikkingen vanwege het Armbestuur worden geleverd, waartoe bij den Inrichting immer de beste ingrediënten werden aangekocht en verwerkt.” Wellicht voelt eender Rotterdamsche apothekers wel zooveel voor archiefstudie, dat hij eens nagaat, wat het lot van
120