met zorg en ijver zijn taak opgevat en vervuld. Zijn buitengewone goedheid heeft spreker altijd zeer getroffen. Hij was zoo goed, dat men zich niet kan voorstellen, dat hijl vijanden) had’. Voor zijn vrouw en kinderen zal het een troost zijn, dat zijn naam, ook door zijn geschriften, zal blijven voortleven. Aan de groeve heeft de oudste zoon van den overledene dank gebracht voor de vriendschap, zijn vader tijdens zijn leven bewezen en voor de deelneming bij de teraardebestelling. (N. Rtt. Crt.) De organisatie der distributie. Deze Week, no. 16 van 18 Januari 1930 geeft de volgende beschouwing naar aanleiding van de uitspraak in kort geding van den President van de Amsterdamsche Rechtbank (zie Ph. Wkbl. 1929, blz. 1070, 1087). Kort geleden heeft de president der Amsterdaimsche rechtbank in kort geding uitspraak gedaan in zake het plaatsen vaneen apotheker op de „stoplijst” wegens het onder den vastgestelden prijs verkoopen vaneen verpakt artikel. De eischer, de apotheker F., was door de vereeniging, die de belangen der groothandelaren in phianmaoeutisahe artikelen behartigt, o.m. door het controleeren der kleinhandelprijzen van artikelen, van de bij haar aangeslotenen afkomstig, op de „stoplijst” gezet, omdat hij, hoewel niet aangesloten bij de vereeniging, volgens haar een artikel willens en wetens onder den vastgestelden prijs had verkocht. Daarvoor had de Vereeniging F. een boete van f 50. opgelegd en daar deze niet bereid was, om die boete te betalen, volgde plaatsing op de „stoplijst”, waardoor de groothandel, die met de Vereeniging een contract van die strekking heeft gesloten, den apotheker niet meerde middelen leverde, die deze krachtens de wet tot een bepaalde hoeveelheid in voorraad moet hebben. F. eisdhte in kort geding een bevel aan de Vereeniging, hem van de stoplijst af te voeren en die afvoering op dezelfde wijze bekend te maken als met de plaatsing op de stoplijst was geschied. De president verleende het gevraagde bevel o.a. op grond van de overweging, dat het waarschijnlijk is te achten, dat de gewone rechter, voor wien de hoofdvordering aanhangig moet worden gemaakt, de plaatsing op de stoplijst onrechtmatig zal oordeelen en het verweer van gedaagde, dat zich uitsluitend baseert op het vakbelang, om ■— natuurlijk ten koste van het publiek —de prijzen zoo hoog mogelijk te houden, zal verwerpen. Deze uitspraak is voor de practijk van zoo grootle beteekenis, dat een nader beschouwen en wegen der argumenten in het belang eener gezonde, reëele rechtsvorming is. De overweging, dat het waarschijnlijk is te achten, dat de gewone rechter, voor wien de ihoofdvordering aanhangig moet worden gemaakt, de plaatsing op de stoplijst onrechtmatig zal oordeelen kan in zijn geheel onbesproken blijven, daar zij het hart der quaestie niet raakt. Voor zoover daarin doorschemert, dat de daad onrechtmatig wordt geacht, vereischt zij nadere beschouwing. Onrechtmatig is, naar de uitlegging van den H. R., die daad, welke óf inbreuk maakt op eens anders recht óf in strijd is met des

101