agarplaten en agarplaten met 10 proc. paardenserum, vermengd' met Staph. aureus, welke, na behandeling met de zalf, gedurende 24 uur bij 37° gebroed worden. Het bleek, dat o.m. Ung. Acidi bon, Ung, Chrysarob., Ung. Jodoformi, Ung. Phenoli (!),, Ung. snlphur., Ung. Oxyd. zincia, Ung. camph., Ung. Plumb. jod., Ung. Resorcini comp.. Ung. sulphur. comp. onwerkzaam waren. Antiseptische werking ging uit van Ung. Hydrarg. ammon., Ung. Hydrargyri, Ung. Hydrarg. oxyd. flav. en rubr., Ung. Jodii, Ung Pic. Pin. en -Ung. Hydrarg. nit. Opmerkelijk is, dat Ung. Calamin., een zinkzalf met 17 proc. ZnO, in hoofdzaak met reuzel gemaakt, antiseptisch is, terwijl de zinkzalf van 20 proc. ZnO en vaselineden bacteriegroei niet belemmert. Het vehiculum der zalven speelt dus ook een rol, waardoor het onmogelijk is,, de antiseptische waarde vaneen zalf te voorspellen, afgaande op de antiseptische waarde van de bestanddeelen. Zw Over makro- en mikrobepaling van coffeïne in thee. enz. Gua 1 a v. Mik o, mededeeling uit het Pharmacognostisch Instituut van de Universiteit Weenen. (Ber. Ung. Pharm. Gesellschaft, 15 Sept. 1929). a) Verkorte makrobepaling. Men weegt 2 g. bij 80° gedroogde en tot poeder gebrachte thee ineen smallen cylindrischen schei trechter van 100 cm.3, voegt daarbij 60 g. chloroform en 2g. 10 pCt. ammoniak en laat dit mengsel 5 minuten staan. Dan schudt men het 10 minuten lang krachtig en wacht af, tot de ddoroformlaag zich afscheidt; vervolgens wordt door de kraan 45 g. (of 30 cm.3) ineen Erlenmeyer-kolf, zonder te filtreeren, afgemeten, De chloroform wordt op een waterbad verdampt, en de rest weder in 3 cm.3 chloroform opgelost. Bij deze oplossing wordt 80 cm.’ 0.1 N. zwavelzuur gevoegd en op het waterbad verwarmd, tot de chloroform geheel verdampt is, De afgekoelde zwavelzure oplossing wordt ineen scheitrechter van 100 cm.3 gefiltreerd, kolf en filter worden tweemaal met 5 cm.’ 0.1 N. zwavelzuur en 5 cm.* water nagespoeld. De zwavelzure oplossing wordt met een 10 pCt. ammoniakoplossing alkalisch gemaakt (ca. 0.6 cm.3) en deze wordt eerst nog met 20, vervolgens nog 3 maal telkens met 10 cm.3 chloroform 2 minuten lang geschud. De verzamelde chloroformlagen worden ineen uitdampschaal van 100 cm.’ gedaan en de chloroform wordt langzaam op het waterbad verdampt. Als de chloroform verdampt is, laat men de uitdampschaal nog een half uur op liet kokend waterbad staan. Deze tijd is voldoende, om de rest tot constant gewicht uitte drogen. De op deze wijze verkregen coffeïne wordt ineen exsiccator afgekoeld en daarna gewogen. Deze hoeveelheid komt overeen met 1-5 g. thee, zoodat hieruit het procentgehalte kan worden berekend. Het onderzoek is binnen 2 uur makkelijk te volbrengen. b) Mikrobepaling: 1, Refraktometrische bepaling (met Ze is s-dompelrefraktometer>. Men neemt 05 g. nauwkeurig afgewogen en bij 80° gedroogde

1156