Dr. v.d. Berg dankt voor de inlichting. De Voorzitter: Groningen erkent, dat de voorbereiding voor deze zaak niet voldoende geweest is, zoodat wij het er over eens zijn, dat wij in deze vergadering geen beslissing kunnen nemen omtrent het plan tot oprichting eener Hypotheek- en Credietbank. Dr. v.d. Berg: Daar hebt -U gelijk in, maar iets anders is, hoe is de stemming van de andere departementen. Moet een Bank geraadpleegd worden? De Voorzitter geeft het woord aan den Secretaris. De heer Van Itallie: Mijnheer de Voorzitter, ik geloof, dat wij dan een onzuivere stemming zouden krijgen. Er bestaat een groot verschil tusschen den weg, dien het Departement Groningen gaan wil en dien van de Commissie voor Maatschappelijke belangen. Groningen zegt, wanneer er ooit een tekort komt, moet dit gedragen worden door de leden van de Maatschappij; de Commissie voor Maatschappelijke Belangen zegt, wij willen het zoo zien in te kleeden, dat een eventueel tekort niet komt ten laste van de Maatschappij. Dit is m.i. het groote verschil. Wij- hadden gedacht door onderling overleg van het Departement Groningen en de Commissie voor Maatschappelijke Belangen een oplossing te kunnen vinden en deze aan de Algemeene Vergadering voor te leggen. Wij moeten thans niet stemmen over het principe van Groningen, n.l. een eventueel tekort doen aanvullen door de leden der Maatschappij, doch ik zou het algemeener willen stellen en zeggen, wij zijn het er over eens, dat er iets tot stand komĀ© en dat de oplossing worde gevonden door besprekingen met de beide corporaties. Groningen (Dr. v.d. Berg) dankt den secretaris en deelt diens meening, dat in deze richting meer succes kan worden verwacht. De vergadering verklaart zich accoord met deze oplossing. Tweede voorstel. De Algemeene Vergadering verzoeke het Hoofdbestuur door het uitlokken vaneen gerechtelijk vonnis te doen uitmaken: a. of, wanneer een arts ineen recept een geneesmiddel met den merkennaam voorschrijft (bijv. Aspirin), zonder nadere aanduiding van den fabrikant, terwijl dit geneesmiddel inde Ned. Pharm. Ed. 5 wordt aangegeven met een chemischen naam, waarbij als synoniem de merkennaam is toegevoegd, de apotheker het recht heeft het chemisch praeparaat af te leveren (in casu acid. acetosal.) b. of, wanneer in eene apotheek een geneesmiddel gevraagd wordt, als onder a. bedoeld, zonder bijvoeging van eenige verdere aanduiding, de apotheker hetzelfde recht heeft als onder a. aangegevea (Zie voor Toelichting en Prae-advies van het Hoofdbestuur Ph. Wkbld. blz. 423). De heer Van Itallie: Er is een voorstel van het Departement

737