Friesland verzoekt, ook rekening te houden met de toestanden op het platteland. 's-Gravenhage wijst op het zioh inden laatsten tijd sterk ontwikkelende volontairwezen. De heer V en 1e t vraagt, of de leiddraad voor apothekerssalarieering niet afzonderlijk kan worden besproken. Limburg is hier sterk tegen, vooral waar het personeel wel verband hiertusschen voelt. Noord-Holland vindt het een beetje te bar, dat anderen dan apothekers zich met onze salarissen bemoeien. 's-Gravenhage ziet niet in, waarom men het eerste gedeelte niet .afzonderlijk kan aanvaarden. Haarlem acht het aannemen vaneen leiddraad voor apothekers even onjuist als voor de assistenten, w'aar men geen maatregelen voor handhaving heeft. Voorzitter vindt de zaak hier heel anders gelegen, waar het geldt de verbintenissen met rijk, gemeenten, openbare lichamen of weduwen van apothekers. Dordrecht vraagt, wat men denkt vaneen provisor, die na 17 jaar een salaris van f7OOO moet hebben, en vaneen apotheek, die dit salaris moet opbrengen. De Voorzitter wijst er op, dat het voorgestelde ook niet anders dan een leiddraad beoogt te zijn. Gestemd wordt over het eerste gedeelte van het voorstel, vooropgesteld, dat dit een leiddraad is; het wordt met groote meerderheid van stemmen aangenomen. Voorstellen van de Departementen, Eerste voorstel van Amsterdam. De Onder-voorzitter zal hierover di discussie leiden, waarbij blijkt, dat dit niet noodig is, daar het voorstel met algemeene stemmen wordt aangenomen. Dr. Hofman dankt de vergadering voor het bewijs van goed gedrag, dat hem op deze wijze verstrekt is en aanvaardt het voorzitterschap ook voor het volgend jaar. De ondervoorzitt r dankt den voorzitter zeer voor alles wat hij voor de Maatschappij doet, waardoor zijn eigen ondervoorzitterschap vrijwel een sinecure wordt. Amsterdam licht thans zijn tweede voorstel toe. Rotterdam is tegen een ~Reclame-commlssie”, maar wil deze zaak door de Gommissi2 voor Maatschappelijke Belangen geregeld zien. ’c-Gravcnhage acht de eisohen, aan de rec'ame te stel’en, onmogelijk over liet geheele land te reguleeren, liever departementaal of plaarselijk. i Noord-Holland steunt ’s-Gravenhage in deze opvatting, en vertelt ia dit verband, dat deze zaak van de reclame ook de aandacht van de vergadering der afdeelingsziekenfondsen heeft en men hierin ook lekening moet houden met de medici. De Secretaris, als Voorzitter van Amsterdam, licht dit voorstel, waaraan hij niet vreemd is, nog verder toe. Amsterdam acht regelend optreden zeer gewenscht; de censuur van de Commissie voor reclame in Amsterdam blijkt goed te werken. Wat betreft de opmerking, dat de toestanden zoo verschillend zijn voor veerschillende deelen van het land, dit is zelfs zoo voor verschillende buurten
613