hst liever als wensch formuleeren, maar niet imperatief willen opnemen, en alleen bijvoegen; ter beoordeeling van liet Bestuur.
Amsterdam stelt twee kleine veranderingen voor: art. 1* die „daaruit” Art. 9: in plaats van „ten minste 3”, ten minste 3/„ der leden. De Secretaris, als Voorzitter dezer Vereeniging, doet thans eenige mededeelingen betreffende deze questie, in' verband met het in het Ph. W. (blz. 581) overgenomen stuk van Dr. Tobi, en vertelt een en ander over hetgeen deze vereeniging als commissie reeds bereikt heeft. Rotterdam dankt het H.B. voor zijn bemoeiingen in deze, evenals ’sGravenha ge. 's-Gravenhage heeft aan zijn leden de verplichting opgelegd, in overeenkomst met de Maatschappij voor Geneeskunst, niet anders dan op recept barbituurzuurpreparaten, strophanthus-, Digitalis- en orgaanpreparaten af te leveren, tenzij men door mededeeling op het eerste recept of door mondeling overleg met den medicus, overtuigd is, dat de aflevering met instemming van den medicus geschiedt. De Secretaris deelt nog mede, ook den strijd te hebben aangebonden met die medici, die zelf recepteeren. zonder daartoe bevoegd te zijn. Enkelen hebben toegezegd, er mede op te zullen houden; anderen zijn op de stoplijst geplaatst. De heer Jürgens heeft kunnen constateeren, dat de maatregel reeds preventief werkt. De groothandel heeft de verhooging voor medici reeds van 10 op ten minste 25 pCt. gebracht. Da vergadering betuigt door krachtig applaus hare dankbaarheid aan den secretaris voor zijn actie in deze. Op een vraag van 's-Gravenhage, hoe men zich stelt tegenover de door drogisten inden Haag nog zoo veelvuldig verstrekte kassabons, waardoor toch verkapte kortingen worden gegeven, verklaart de Secretaris, dat men hieraan tot dusver nog weinig heeft kunnen doen; waarschijnlijk zal men hieraan met behulp van den Drogistenbond ook wel iets kunnen verhelpen. Het Huishoudelijk Reglement der Vereeniging wordj: met algemeene stemmen goedgekeurd. Vierde voorstel van het Hoofdbestuur. Commissie van vertegenwoordiging van apothekers in ambtelijken en militairen dienst. Mr. Salm adviseert, de derde alinea te laten vervallen. Hierover is een amendement ingekomen van eenige betrokkenen (blz. 566). Dr. Z wikke r licht dit amendement nader toe; en vraagt, wat de commissie aan het Hoofdbestuur zon moeten voorstellen. Men zou een eigen bestuur willen hebben en vrij zelfstandig willen zijn. De Voorzitter stelt voor, deze zaak nog eens gezamenlijk met Mr. Salm te bespreken, en te trachten, dit gezamenlijk te formuleeren binnen het verband van de maatschappij. Groningen begrijpt dit streven niet, voelt het als een opgeblazen ballon; is overtuigd, dat het H.B. in voorkomende gevallen ook deze apothekers zal helpen. Dr. van denßerg ziet de portée er niet van in. De heer Koster vergelijkt deze questie met de Vereeniging van
611