nen Nederlandschen Drogistenbond. Deze laatste, natuurlijk enkel en alleen uitgaand van het zuivere middenstands-standpunt, het eigenbelang der drogisten, nam in 1927 het initiatief, om aan het steeds groeiend aantal drogisten paal en perk te stellen en wist het zoover te brengen, dat met medewerking van fabrikanten, grossiers en vertegenwoordigers van buitenlandsche fabrieken op dit gebied een regeling werd getroffen, waarbij nieuwe drogisterijen alleen dan zouden worden geïnstalleerd, wanneer de oprichter kon aantoonen, vakkundig te zijn, wat dan moest blijken uit bet bezit van het diploma van assish.nt-apotheker of uit dat van het door genoemden Bond ingestelde vak-examen. Van dit feil maakte ik in mijn boek reeds melding en voegde er bij, dat met belangstelling mocht worden afgewacht, hoe het verloop zou zijn van deze actie, om uit eigen kracht tot een saneering van de branche te geraken, die, mijn cijfers toortm het ook reeds aan, hier te lande inderdaad sterk overbezet was. Het is mij rtu na verder onderzoek gebleken, dat deze actie succes heeft gehad en gelei heeft tot de oprichting vaneen vereeniging, waarin vertegenwoordigd zijn en waarin samenwerken de fabrikanten, de groothandelaren ook de kleinere provinciale de apothekers en de drogisten, m. a. w. dus alle geledingen van het distributie-apparaat van pharmaceutische artikelen in ons land. Voorzoover mij bekend, is dit het eerste voorbeeld van dien aard hier in Nederland. Dat de actie succes heeft, kan o.a. blijken uit het feit, dat in 1928 ongeveer vijfhonderd aanvragen tot het oprichten vaneen drogisterij zijn binneng.komen, waarvan tenslotte slechts een dertigtal werd toegelaten, dooreen commissie uit bovenbedoelde vereeniging. Ik kom op deze cijfers hieronder in ander verband nog terug. Ten einde de genomen maatregelen kracht bij te zetten, worden door deze vereeniging zoogenaamde stoplijsten uitgegeven, waarop alle firma's werden geplaatst, die zich niet aan hh bepaalde hielden. Eén daarvan deed deze organisatie nu een proces aan, doch de Rechtbank was van meening, dat het plaatsen op een dergelijke stoplijst geen onrechtmatige daad was, en stelde den klager in het ongelijk, waardoor de positie van de vereoniging natuurlijk zeer werd gesterkt. Uit het bovenstaande blijkt met groote duidelijkheid, dat bij een goed-opgezette en doorgevoerde samenwerking van alle belangen ineen bepaalde branche heel wat kan worden bereikt. Dat een dergelijke vereeniging, welke het geheele bedrijf omvat, dus ook in staat is, alle benoodigde gegevens te verzamelen, ten einde te geraken tot een vaststelling vaneen „te-yeel” inden geest ais door mij bedo/Hd, staat Pa het bovenaangehaalde wel vast. Hier digt tevens de weg, waarlangs een verbetering en de bestaande toestanden hier te lande kan worden bereikt, niet alleen voor de direct-betrokkenen, doch ook voor de gemeenschap. i, > Maar dan zal er in zeer vpel andere branches eerst nog heel Wat moeten veranderen. Immers, het voorbeeld van dm Drogistenbond staat, althans voor zoover mij bekend, op zichzelf. Ware het anders, dan zou ik ook niet zooveel moeite hebben gehad met het verzamelen van de cijfers voor mijn boek.”

582