Referaten.

Bepaling van maltose en glucose. Aan de oplossing van het vraagstuk: bepaling van glucose en maltose, eventueel bij aanwezigheid van dextrine, is reeds door velen gewerkt (zie o.a. bij van Raait e, Phurm. Weekbl. 1924, 771 en Fh. B. van 11 all ie, Chem. Weekbl. 1929, 215), tot nog toe echter met niet geheel bevredigend resultaat. , W. Braun en B. Bleyer (Zeitschr. anul. Chem. 1929, 70, U hebben het vraagstuk weer eens grondig onder handen genomen. Aan hunne onderzoekingen en hunne voorschriften is het volgende ontleend. . Wanneer de concentratie aan suikers een bepaalde grens met overschrijdt, is de hoeveelheid koper, die met een mengsel van glucose en maltose uit koperproefvocht wordt afgescheiden, direct evenredig met de som der molen der beide suikers; een mol glucose en een mol maltose scheiden uit koperproefvocht evenveel koper af Barfoed’s reagens wordt zoowel door glucose als ook door malto» gereduceerd, echter door de eerste suiker belangrijk sterker dan door de tweede. Door geschikte keuze van de concentratie der beide suikers en van de pH der oplossing, kan bereikt worden, dat de reductie door maltose praktisch te verwaarloozen is. Te groot mag de zuurgraad echter niet zijn, daar anders door inversie uit maltose glucose gevormd wordt. Een pM van 5,4 bleek het meest geschikt. . , , . , . Je> Wanneer glucose naast maltose aanwezig is, kunnen de beien, suikers bepaald worden, door met Fehling ' s proefvocht de som der suikers te titreeren, en daarna met de vloeistof van Ba r f oe d het gehalte aan glucose te vinden. Wanneer bovendien nog dextrine aanwezig is, dan wordt nog een derde bepaling rtedaan met Fehling's proefvocht na m- V Voor de wijze, waarop in verschillende gevallen het gereduceerde koper bepaald wordt en voor de toepassing dier jodometnsche aldosebepaling, evenals voor de samenstelling van het proefvocht volgens Ba rfo e d, moet naar de oorspronkelijke medede bug verwezen worden. Onderscheiding tusschen Amerikaansche en Russische petroleum en petroleumproducten Amerikaansche petroleum – staat hoofdzakelijk uit paraffine (± 90 pCt.) CnHm . en we C„H2„ C1„H34, waarnaast kleine hoeveelheden cyclische en onverzadigde aliphatische koolwaterstoffen. . Russische bestaat hoofdzakelijk (90 pCt.) uit verzadigde cyclische koolwaterstoffen („cydoparaffinen” of „naphthenen ), naast weinig verzadigde en zeer weinig onverzadigde koolwaterstoffen. De Roemeensche moet in samenstelling tusschen beide het midden houden. ■ Er zijn al verschillende onderscheidingsreacties gegeven lura cfe 1905 Holde 1913, Arragon 1909), die berusten op het grootere’ gehalte van de Amerikaansche aan onverzadigde bmd.n-

578