Êrof. K. moge daaruit zien, dat anderen een gunstiger meen mg hebben, ook over dit eerste voorschrift. Mogelijk heeft hij niet op

de juiste wijze waargenomen, zooals ik aangaf, n.l. in colorimeterglaasjes van boven naar beneden, maar wellicht bij doorvallend licht. En heeft hij, evenals ik, zijn kleurstoffen van G r ü b 1e r be: trokken? Ook heeft hij de concentratie aan indicator te groot Kew nohien, zooals blijkt uit zijn mededeeling, dat de vloeistof in het zure gebied troebel werd. Dit mag natuurlijk niet het geval zijn. Kleurverschillen zijn bij te groot© concentratie aan indicator veel moeilijker waar te nemen (Wet van Web er!). Bij gebruik van de kleurenkaart van M, ull ik en is gemakkkelijk te beoordeelen, of men ongeveer de juiste concentratie aan indicator heeft: wat weU nig geeft de tinten 1 en 2, te veel shade I en zelfs 11, enz. Prof K. is niet duidelijk, waarom mij de voorschriften uit de literatuur niet voldeden. Hij vergeet, dat als voorwaarde is gesteld; dat het mengsel de kleursopvolging van het spectrum zou vertoonen, en een zoo uitgebreid mogelijk pin-gebied zou bestrijken. Mengsels, die aan deze beide voorwaarden niet voldoen, zijn natuurlijk • veel eenvoudiger te bereiden, en dan is een groot aantal combinaties mdgelijk. Tegenover de apodictische bewering van prof. K o 1 t h o f f, dat dergelijke mengsels van weinig beteekenis zijn, ben ik, en blijkbaar velen met mij, van meening, dat ze juist voor de praktijk zeer nuttig zijn. Een aantal gevallen, hetwelk voor uitbreiding vatbaar is, waarin men pleizier kan hebben vaneen Universeel-indicator, zijn door mij genoemd in mijn artikel „het vaststellen van de reactie volgens de Ed. V.” Het feit, dat zoovelen zich beijverd hebben, een bruikbaar voorschrift samen te stellen, de bovengenoemde vraag van prof. Schoorl, enz. zijn verder bewijs, dat de ibeening van prof. K o 1 t h o f f door velen, waaronder ook ik mij schaar, niet wordt gedeeld. Ik acht de kwestie „Universeel-indicator’’ hiermede voldoende bekeken. Mijnerzijds zal ik er niet meer op terugkomen. De praktijk beslisse verder. „The best proof of the pudding is the eating!” H. W. VAN' URK. Geachte Heer Hoofdredacteur, De onjuiste voorstelling, welke Dr. C de Jong te Hoorn in zijn ingezonden stuk (Pharm. Weekblad 1929, pg. 113) van het gebeurde geeft, noopt ons, daartegen op te komen. Op 27 December ontvingen wij een schrijven van bedoelden Heer, waarin hij ons als volgt schreef: „Dezer dagen ontving ik o.a. van U 0,5 Kilo Extract. Secalis cornuti. Hoewel ik U duidelijk bestelde Ed. 5, doe ik U opmerken,, dit het niet voldoet aan de eischen, waaraan het behooit te voldoen Uw extract geeft met 3 deelen water een na genoeg heldere oplossing, doch wordt na toevoeging van 4,5 deel Spiritus troebel. Zelfs geeft het na eenigen tijd eene afscheiding. ’

164