teruitigegaan, alleen inde Zuidelijke landen wordt boekweit nog veel verbouwd en gebruikt. Niet zelden dus is er gebrek aan dit meel, zoodat vermenging met rijst veelvuldig voorkomt. De gewoonte staat zelfs, cm. als boekweit 3e qualiteit, een mengsel met rijst te verknopen. Men kan dit wel niet als een vermenging met een minderwaardige grondstof qualificeeren, echter de benaming dient overeenkomstig herkomst en samenstelling te zijn ; minderwaardige concurrentie wordt hierdoor onderdrukt. Bovendien opent de warenwet de mogelijkheid, om een diergelijk mengsel als gemengd meel te verkoopen.

Nu kan men na ervaring inderdaad wel eenig onderscheid opmerken tusschen de twee meelsoorten. De rijstkorrels izijn hoekiger en de klompen meer grillig van vorm, de meelcomplexen uit boekweit vaster en meer op druiventrossen gelijkend, tevens zijn er in boekweitmeel zetmee [korrels te vinden, die typisch izdjb afgerond, echter volgens practische ervaring is het zeer lastig, kleine hoeveelheden naast elkander te herkennen. Inden loop der tijden heeft men zeer veel wegen bewandeld omte trachten, uit deze moeilijkheid te geraken. Genoemd moge worden de methode van ziften, sedimenteeren, uitdrogen en bekijken in cederolie, verder het gebruik maken van het verschil in verstijfselend vermogen; de vormverandering der korrels bij behandeling met een oplossing van alkali in verdunde glycerine, het bekijken in gepolariseerd en in ultraviolet licht, enz. Het aantal van deze zeer verschillende werkwijzen is wel het beste bewijs, dat een methode, die ons onder alle omstandigheden tot ons doel voert, niet bestaat. Inde practijk leert men dan ook deze verschillende methoden op hun waarde schatten .en het feit. dat de literatuur op meerdere plaatsen melding maakt van onjuiste uitspraken, is wel het beste bewijs, dat hier een leemte in het microscopisch onderzoek aanwezig is. Als voorbeeld! hiervan een uitspraak van Eu gêne Colt in5): „Le dosage de la farine de riz dans une suhstanoe alimentaire est une cpération trés délicate. Dans tous les cas 1’ expert, avanf, de livrer sou rapport, detvra en controler les couclusions par I'examen c&mparatif du produit suspect et du produit pur. ffiprès avoir ]uimême falsifié ce dernier dans les conditions qu’il croit avoir determinées’', m.a.w. een werkwijze, die ons onder alle omstandigheden tot ons doel voert, bestond er destijds niet en is nadien ook niet gevonden. Spreker heeft getracht, dit vraagstuk te benaderen van een andere zijde: door gebruik te maken vaneen beginsel, dat tot nog toe niet was toegepasb, n.l. de verdeeling van het eiwit inde verschillende korrels. Allicht zijn we geneigd, te denken, dat geslepen rijst ongeveer van alle eiwit ontdaan is; dit is in ’t geheel niet het geval. Wel mist de afgeslepen korrel, doordat deze van zilvervlies en aleuronlaag ontdaan is, veel belangrijke eiwitten, echter, hetgeen overblijft heeft nog een eiwitgehalte van 7 pCt. Dit eiwit is hierin als een uiterst fijn net verdeeld. 5) Aun. fals. 2, 439 (1908).

1145