7. lamp, absorptievat met oplosmiddel spleetwijdte 50. 8. „ „ „ oplossing le alkaloïde „ 50. »» » » 2 c ~ ~ 50. 10. „ „ „ oplosmiddel „ 50. 11. kwikspectrum.
Na elke opname werd het chassis 2 mm. verplaatst. De belichtingstijd was voor de opnamen van 2 tot en met 10 gelijk, vanieerend van 1 tot 6 minuten, afhankelijk van de golflengte, waarvoor de zwarting gemeten moest worden. De duur van een opname werd nauwkeurig geregeld met een chronometer en een photographischen sluiter, die tusschen spleet en vloeistofbakje was aangebracht. Als ontwikkelaar werd gebruikt een oplossingl van rodinal (1 op 20). Voor het meten van de zwarting van de verschillende spectra werd gebruik gemaakt van den microphotometer van M o 11. Een beschrijving van dezen photometer met afbeelding vindt men o.a. inde Verslagen van de Koninklijke Akademie van Wetenschappen XXVIII (Nov. 1919). Het photometreeren kan in twee richtingen gebeuren. Hoofdzakelijk is gephotometreerd loodrecht op de lengterichting van de spectra. Alle uitslagen hebben dus betrekking op één golflengte. Fig. I stelt een afbeelding voor vaneen photogram, dat men bij een dergelijke meting krijgt. '/\Vb w I
1119
Fig. 1.