Blad van Hunteria corymbosa Roxb. Fig. 175. Opperhuidcellen van de onderzijde met gebogen zijwanden, huidmondjes veelal tusschen 3—4 opperhuidcellen en kristalsterren van bet sponsweefsel. Opperhuidcellen van de bovenzijde met 'redhte zijwanden en groote kristalsterren van het palissadenparenchym zonder huidmondjes. Parenohym met een enkele kristalster, deelen der melksapcellen met grofkorreligen inhoud. Ook losse klompjes melksap. Veelal vierhoekige opperhuidcellen onder en boven de hoofdnerf met zwak gebogen zijwanden. Niet verhoute bastvezels en kleine bastbundels söhaarsah,- Smalle dikwandige sklürenchymvezels. Talrijke kleine fragmenten van de lange naaldvormigie kristallen om het xyleem van de hoofdnerf. Geen haren.

Zaad van Hunteria corymbosa Roxb. Fig. 176. Onregelmatig gevormde opperhuidcellen van de zaadhuid, veelal met spiraalvaten van het onderliggend weefsel. Talrijke endospermcellen met zetmeel en olie. Wordt het met zoutzuurhoudend water verkregen uittreksel

1098

Fig. 175. Hunteria corymbosa Roxb,

Fig. 176. Hunteria corymbosa Roxb.