ders uit Chemische en Pharmaceutische Jaarboekjes, Pharmacopeeën logarithmen tafels en handboeken moet samengezocht worden, om do berekeningen bij het physisoh en chemisch onderzoek van geneesmiddelen te vergemakkelijken. V. I.
Berichten. Rechtszaken. Is het vulcaniseertoestel voor kunstgebitten een stoomketel? Een ook voor den apotheker belangrijke zaak is hiermee aan de orde gesteld, daar ook de voor sterilisatiedoeleinden gebruikte autoclaven onder de stoomwet vallen, indien deze vraag bevestigend beantwoord wordt. We ontleenen aan de N. Ptt. Cri, he' volgende: „Einde 1906 werd door den hoofdingeniieur-directeur van het stoomwezen ter kennis gebracht van tandartsen en tandtechnici, dat de door ben gebruikte toestellen voor het vulcaniseeren van kunstgebitten vielen onder de bepalingen der Stoomwet, tengevolge waa'van voor het gebruik voortaan een vergunning moest worden aangevraagd. Tevens werden voorschriften gegeven omtrent de inrichting dier toestellen, waaraan moest worden voldaan. Deze beslissing verwekte in tandheelkundige kringen eenig verzet, daar de kosten van vergunning en technische veranderingen in geen verhouding stonden tot de waarde van het toestel. Als gevolg daarvan stond gisteren voor den kantonrechter te Tiel terecht de aldaar gevestigde tandarts (8., die opzettelijk een vervolging had uitgelokt ten einde een gerechtelijke uitspraak omtrent de geldigheid dier beslissing te verkrijgen. Ter terechtzitting was ’t vuL caniseertoestel, een dikwandig cilinidenvormig keteltje van enkele liters inbond, aanwezig. Verdachte was daarbij ten laste gelegd, dat hij als hoofd vaneen tandheelkundige inrichting een vulcaniseerketel, ingerioht, om uit water, althans eenlge vloeistof, stoom voort te brengen en werkend onder een stoomdruk van ongeveer 7 atmosferen, heeft in werking gebracht, zonder daartoe eent door of namens den minister van arbeid, enz. uitgereikte akte van vergunning te hebben. Verdachte beriep zich bij verweer op de definitie vaneen stoomketel, inde Stoomwet gegeven, welke z.i. niet op het: vulcaniseertoestel van toepassing was, omdat bij het vulcaniseerproces slechts beoogd wordt, een zekere temperatuur op te wekken en gedurende bepaalden tijd te handhaven en niet om stoom voort te brengen, waartoe het toestel z.i. niet is ingericht. De getuige-deskundige, de verbaliseerende ambtenaar van het stoomwezen, bestreed deze opvatting en hield staande, dat, voer het door verd. genoemde doel wel stoom in het keteltje wordt voortgebracht, zij het ook in geringe hoeveelheid. Hij beriep zich daarbij op overeenkomstige toestellen als autoclaven, die ook onder de stoomwet vallen. De ambtenaar van het O. M. wees er in zijn requisitoir op, dat
969