wordt aan de binnenzijde begrensd dooreen betrekkelijk dunnen steenwand.
Men ziet bij l.skl.v. dein de lengterichting doorgesneden, uit ecnige rijen bestaande laag van sklerenchymveaels, welke naar binnen afgesloten wordt dooreen laag van één, bier en daar twee rijen dwars doorgesneden sklerenchynwezels d.skl.v. Op de grens tusschen den midden- en binnenlvruöhtwamd wordt een zone aangetroffen, wélke gevormd wordt door sklercnchymcellen, melksapcellen en één of twee rijen cellen, die een kristalster’ of een enkelvoudig kristal bevatten. Fig. 58 is eene afbeelding van eene dwarse doorsnede door zaadhuiid en zaadkern. De dunne, aan de buitenzijde lichtgrijze tot geelgrijze zaadhuid vertoont op die doorsnede een of meerdere rijen groote, bruine cellen, waartusschen zich dwars en in de lengte doorgesneden spiraalvaten bevinden; dlaarop volgt een lichtgele binnenlaag van samengevallen cellen. ' De zaadlobben worden door één rij zeer kleine cellen, die een aan de buitenzijde verdikten cel wand bezitten, van de zaadhuid gescheiden.
951
Fig. 58. Kopsia flavida 81. Dwarse doorsnede door de zaadhuid en zaadlobben; g.c. = groote, bruine cellen van de zaadhuid; s.c. = samengevallen cellen van de zaadhuid; sp.v. = dwars en inde lengte doorgesneden spiraalvaten; ep. epid. zaadlob ; k.s. = kristalster ineen zaadlobcel; z.m. = zetmeelkorrels der zaadlobben.