een duidelijk verschil kon worden ongemerkt. De methode wordt derhalve door hem aanbevolen als een middel om deze vervaLsching OP te sporen. iU O.

Berichten. Negentiende Nederlandsche Jaarbeurs te Utrecht, 4 tot en met 13 September. Plichtsgetrouw brachten we ook dimaa] een bezoek aan de Utreohtsohe Jaarbeurs; de voor ons als apothekers inde eerste plaats in aanmerking komende bedrijven zijn echter zoo goed as geheel verdwenen. De chemisdi-pharmaceutische industrie is slechts door enkele firma’s vertegenwoordigd; de door deze firma’s aangeboden producten zijn óf overbekend, als Lanoline merk ~ uiring de desinfectie-middelen der Utrechtsche Maatschappij tot Bereiding van Koolteerproducten óf voor ons van ondergeschikt belang. Daarnaast is er echter altijd wat te zien en tegenwoordig, dank zu de groote variaties op radio- en gramofoongebied, ook heel wat te booren, waardoor een bezoek aan de Jaarbeurs toch altijd nog een gang naar Utrecht waard is en het achteraf toch jammer is, dat direct beroepsbelang er geen aanleiding toe (geeft. 'Het voor zuivelonderzoek gebruikte instrumentarium wordt in groote verscheidenheid door verschuilende firma’s aanbevolen- de eenvoudige kettingba'lans der firma Oecker, die voor snelllè wegingen wordt aanbevolen, zou b.v. ook in het apotfaekersOaboratOTium goede diensten bewijzen. Wie van fijn uitgewerkte en intelligent bedachte machines houdt' zal den tijd niet betreuren, dien hij geeft aan het bewonderen van vermenigvuldigende’ deelende, optellende, boekhoudende rekenmaclnnes der firma Burroughs, vertegenwoordigd door de firma • • er me uien & Co. te Amsterdam. Zoo is er meer, maar dat alles moet men, aooals het vroeger bij openbare vermakelijkheden luidde: zelf gaan zien en hoorenl De zitting van den Volkenbondsraad. Het opiumvraagstuk. I>e openbare bijeenkomst van den Volkenbondsraad was 3)1 Aug uitsluitend aan opiumkwesties gewijd. Het belangrijkste was het Engelscihe voorstel, dat de Volkenbond een enquête-comimiissie zou benoemen, die naar het verre Oosten izou gaan, om daar een onderzoek m te stellen naar de toestanden, wat betreft het nog rooken van opium en naar de moeilijkheden, die in verband met den voortdurenden en zélfs nog toenemenden smokkelhandel in opium tegen een drastisch verbod van opiumrooken bestaan. Deze commissie zou ook een advies overeen oplossing der moeilijkheden moeten indienen. Lord Cushendun, die hét Britsche voorstel1 toelichtte, heeft oip e internationale verplichting gewezen, die de landen met belzittingen m het verre Oosten zoowel in 1912 te Den Haag als dn 1926 te Geneve op zich. hebben genomen, om tot een geleidelijke en doeltreffende onderdrukking van het opiumrooken over te gaan. Tot nu toe hebben zij deze verplichting nog steeds niet kunnen vervullen. Hij

900