Gewijzigde methode-K er b o s c h. 200 g. paardenvleesch, 100 mg. As.

H2O hno N ÖBVoDafdestil- R, 3 Destructie cm3. —I. den As leeren pct’ 10 in mg. 2l/2 uur 1 ™ o loog.vieeaca 250cm3.4 uur 24.42 91.53 230 cm- 3 um 475 „ 181/4 „ 25.14 94.22 3 zuur- 4 „ 50Q g 24.99 93.65 4 mengsel & # 500 # Q3/4 n 25.19 94.41 550 c 43/4 „ 400 „ 10M4 „ 25.40 95.20 6 zuur- (3V2 „ 525 „ll334 „ 25.14 94.22 7 mengsel 21/2 „ 600 „ 14 „ 25.24 94.60 8 40cm3 (2 “ » 400 » 61/4 – 25 78 96.62 9 4UC 2V2 – 525', 83/4 , 25.78 96.62 10 mengsel » 500 » » 25'74 96'47 H raengsel '2i/2 „ 425 ~ 9 „ 25.38 95.125 Methode-W a g en a ar. Wagenaar heeft een gefractionneerde destructiennethode gegeven, welke ineen Kjeldablkolf wordt uitgevoerd. Inde kolf wordt eerst gebracht 30 a35 cm3, sterk zwavelzuur, vervolgens zacht verwarmd en dan om beurten de te destrueeren stof en sterk salpeterzuur. Het vleesch wordt op deze wijze sterk aangetast en valt onmiddellijk uiteen. Men moet echter geen nieuwe hoeveelheid vleesch toevoegen voor de vorige portie geheel verdwenen is. De vloeistof is dan lichtbruin gekleurd. De destructie van 200 g. vleesch duurt nu ongeveer 41/. uur, terwijl hiervoor 250 a 300 cm.3 zuur noodig zijn. Tegen het einde der destructie voegt men een kleine hoeveelheid kaliumnitraat toe. De hoeveelheden arsenicum, die teruggevonden worden, wijken weinig af van die, verkregen met de gewijzigde methode-Kerbosch. Inderdaad zijn er vele voordeelen aan bovenbeschreven methode verbonden. Als men de hoeveelheden zuur, die voor de overige methoden noodig zijn, vergelijkt met de hier gebruikte, dan is dat een aanmerkelijk verschil. Terwijl voor de methode-Kerbosch ongeveer 500 cm.3 salpeterzuur noodig zijn, verbruikt de methode-Wagenaai slechts 250 a 300 cm.3 Wel een enorm verschil, vooral als men in aanmerking neemt, dat voor toxicologisch onderzoek steeds arseenvrije reagentia gebruikt moeten worden. Ten tweede is de volledige destructie in bijna de helft van den tijd tot stand gekomen.

875