verdunde cal c 1 urn- ohl o r Ide -op lossin ge n en wel volgens een curve, die o.a. door de volgende punten loopt

Water inden geheelen steen bij dd. 0,57 40 g „ 0,62 44 g ~ 0,70 51 g ~ 0,80 70 g Hieruit blijkt, dat pas bij zeer hoogen dampdruk van de luoht de steen een hoeveelheid water van 70 a 80 gram kan opnemen, zijnde de hoeveelheid, die hij ook opneemt, wanneer men hem rechtstreeks met water drenkt. Het opnemen van meer water is natuurlijk door de constructie van den steen zeilf uitgesloten. Indien de vorming van de bovengenoemde phasen van calciumchloride in het eigenaardig materiaal van den steen niet plaats vindt, zou het ook mogelijk zijn, dat het calciumchloride bij lagere dampdrukken dan 0,35 oververzadigde oplossingen vormt en in dat geval zou het wateropnemend vermogen van den steen bij die lagere dampdrulkken iets grooter zijn. Een en ander wordt duidelijk gemaakt door hieronder afgebeelde curve, waaruit de hoeveelheden water zijn afgeleid, die door den steen kunnen worden opgenomen, terwijl in onderstaande tabel tevens genoteerd zijnde hoeveelheden water, die practisch zijn gevonden.

838