Maar per slot van rekening moet onze Maatschappij voor onze leden opkomen. Inde contracten moeten zeer zeker de noodige waarborgen worden opgenomen, dat de artsenijbereidkurist op behoorlijke wijze kan worden uitgeoefend. Dan kunnen wij dit voorstel, zooals het hier ligt, wel aannemen, vooral na het prae-advies van het Hoofdbestuur.

De heer Gerhardt: Mijnheer de Voorzitter. Als de punten van den heer van Wer sch in bespreking komen, geloof ik, dat het tweede punt nadere toelichting zal behoeven. 'De heer van Itallie leest het tweede punt voor. Gelderland (de heer Ennema) is dankbaar voor de toelichting van het Hoofdbestuur. Het doet ons groot genoegen, dat .het Hoofdbestuur in gemeenschappelijk overleg met de Maatschappij van Geneeskunst dit resultaat, wat hier is neergelegd, heeft bereikt. Gelderland maakt echter gaarne gebruik van de uitnoodiging van het Hoofdbestuur, m de laatste alinea van het prae-advies neergelegd. Wanneer wij in het laatste nummer van het weekblad het stukje van den heer H k. Goh en lezen, eindigt deze met de woorden: „deese bovestaende artykelen syn tusschen de Doctoren en de Apothekers wel geconvenieert, edog nooyt ter practyk gebraght.” Het zit dus ten slotte inde praktijk enl moeten wij dit met vertrouwen overlaten aan de beide Hoofdbesturen. De heer vaji Itallie: Mijnheer de Voorzitter. Ik wil even terugkomen op hetgeen de heer van Wersch heeft gezegd. Hij wensohte aan dit voorstel nog een drietal punten toe te voegen. Ik geloof, dat dit met noodig zal zijn. Er zijn tal van andere fondsen, waar deze bepalingen wel in voorkomen, nd. de apotiheekhouldende geneeskundige mag slechts daar als apotheekboudend optreden waar hij de bevoegdheid heeft als zoodanig op te treden en de verzekerden mogen hem slechts als apotheker kiezen, wanneer zij ook bij hem als arts staan ingeschreven. Die bepalingen komen in bijna alle afdeelingsfondsen voor. Er hangt ook veel af van de voorbereiding van de oprichting vaneen fonds en daarvan hebben wij te Heerlen niets geweten. Ik stel IJ voor deze drie punten weg te laten, want dit is een zaak, die vaststaat. Als het niet in Heerlen voorkomt, laat de :Hr. van Wersch dan het voorstel doen om heit reglement met deze drie punten aan te vullen, want deze komen inde meeste ziekenfondsen voor. Het leidt hier ook van de hoofdzaak af, waar het om gaat. Limburg (de heer van Wersch): Dan heb ik geen bezwaar, dat deze punten vervallen. Boofdzaak Is* dat het doel bereikt wordt. De Voorzitter: Voor het Hoofdbestuur was het zeer moeilijk, toen wij dit antwoord hebben ontvangen van de Maatschappij van Geneeskunst, om te antwoorden, dat wij hiermede niet tevreden waren. Wij hebben steeds de ondervinding opgedaan, dat wij met het tegenwoordig Hoofdbestuur op loyale wijze hebben kunnen samenwerken. Aan den anderen kant zijn wij overtuigd, dat de Algemecne Vergadering zich bij een dergelijke verzekering niet

799