Dan zal elkeen, die verstand heeft, tegen U allen, op wier bekwaamheid en accuratesse in droeve dagen zoo muurvast wordt gerekend, met hooge achting blijven opzien.
Niet het minst het Gemeentebestuur van Rotterdam. De Voorzitter dankt den burgemeester zeer voor de vriendelijke woorden; aan lofuitingen zijn we niet gewend. Dat de directeuren der veemen tot de onzen worden gerekend en we dus hier meer collega’s hebben dan we dachten, is meer dan we durfden hopen. ‘Bij een gemeenschappelijk bezoek der apothekers in Cambridge liet men ons het kamertje zien, waar Erasmus inde 15de eeuw studeerde, en hoorden we, dat deze kamer bij uitzondering wordt toegestaan als woning aan een student, die op een of ander gebied bijzonder had uitgemunt. Even,zoo is het een bijzonder voorrecht voor ons, in dit mooi stadhuis te worden ontvangen, en hier zoo vriendelijk te worden toegesproken. Een bezoek aan Rotterdam is iets bijzonders, dat door ons op hoogen prijs wordt gesteld. Wanneer wede schitterende uitbreidingen van den laatsten tijd zien, prijzen we het beleid van het bestuur, dat dit tot stand wist te brengen en wenschen we Rotterdam verderen groei en bloei toe. Vervolgens werd het moderne stadhuis met zijn ruime zalen en zijn fraai spelend orgel en zijn moderne en meer oude versieringen bezichtigd en werden ons ververschingen aangeboden. Na een gemeenschappelijk diner in Restaurant „Galand”, volgde de Ontvangst door het Departement In ~La Gaite , dat voor velen door zijn bonte kleurenwisseling een zeer verrassend schouwspel bood. Dr. Gerhardt, de Voorzitter van het Departement Rotterdam, verwelkomt de aanwezigen met de volgende rede. Mijnheer de Voorzitter, Mijne Heeren Hoofdbestuurders der Ned. Maatschappij ter bevordering der Pharmacie, Dames en Heeren afgevaardigden der Departementen, Leden der Mij. en verder Gij allen, die door Uwe aanwezigheid te dezer plaatse blijk geeft van Uwe belangstelling in het wel en wee onzer organisatie, het is mij een voorrecht, U, namens het Departement Rotterdam, welkom te mogen heeten. Het verheugt ons ten zeerste, dat wijde Maatschappij ook thans weer in Uw persoon mogen begroeten, Dr. Hofma n, dien ik nu 15 jaar geleden, de voorlaatste maal, dat de Algemeene Vergadering te Rotterdam gehouden werd, zij het dan ook ineen andere functie, eveneens als voorzitter van het Hoofdbestuur mocht verwelkomen. Is het, omdat oude herinneringen U aan Rotterdam binden? Is het, omdat jaren van stoeren arbeid U een ruimen blik gegeven hebben op Pharmaceutische en Maatschappelijke toestanden? Wij weten het niet, maar zeker is het, dat Gij steeds een dergenen zijt geweest, die gevoelden, dat, wanneer ons Departement zich somtijds niet al te gewillig op sleeptouw liet nemen, hierbij geen onwil in het spelwas, of zucht, om inde oppositie te zijn. Als een verstandig vader, hebt Gij steeds blijk gegeven, te beseffen, dat het niet juist
662