kopöe sein, beim Buchhandler von Beyeren erschienen. Almeria ist die Hauptstadt der gleichnamigen spanisohen Küstenprovinz”. 'De brave van Beyeren, eerzaam inwoner van de stad, waarvan de victorie het begin was der bevrijding van het Spaansche juk, ziet zich nu plotseling tot Spanjaard gemaakt. De signatuur van A. van derL a a n als teekenaar en S. van de r Me u 1e n als graveur is zelfs op de reproductie zeer goed te lezen. V. D. W.
Hermann Krieger. Der Raub des China-Baumes. Abenteuerreiche Tropenfahrten eines deutschen Naturforschers, 1924. Verlag von Georg Westermann. Braunschweig und Hamburg. Een romantisch historisch verhaal, dat zich heel goed laat lezen en op sommige plaatsen werkelijk boeit. De schrijver heeft klaarblijkelijk met groote zorgde historische feiten bestudeerd en met niet minder zorg kennis genomen van (men krijgt zelfs dikwijls den indruk ter plaatse kennisgemaakt met) de landen en volken, waar hij zijn stuk laat spelen. Het is het romantisch ingekleede verhaal van de expeditie van Ha s z ka r 1 naar Zuid-Amerika, uitgerust door de Nederlandsohe Regeering ter verkrijging van planten en zaden van den Kinaboom. De wijze, waarop echter de door Nederland met zuiver humanitaire bedoelingen ondernomen en voorbereide expeditie door Krieger wordt voorgesteld, is beneden kritiek. Het boek is een welverdiende verheerlijking van Haszkarl, maar daarbij een zoo overdreven en dwaze verheerlijking van al wat Duitsch is en een nog dwazer negeeren van verdiensten van anderen, dat daarbij de hatelijkheden, die de schrijver meende te moeten richten aan het adres der Nederlandsche Regeering, er bij wegvallen; trouwens, de zwaarste beschuldigingen zijn gericht tegen Junghuhn, den Duitschen landgenoot, maar dan heet het: .... nicht eines Deutschen, denn er war langst Hollander geworden, aber eines von deutschen Eltern in Mansfeld am 26. Oktober 1809 geborenen Mannes. An ihm sollte der seelisch redhtwinklige Haszkarl verderben.” Hier speelt de vreemdenhaat den schrijver de zelfde parten als op blz. 110 van het boek, waar het minder oprechte gedrag van Haszkarl tegenover zijn Peruaansche /gastheeren aldus wordt geteekend: „Dr. Muller, wirf ab die Maske! Sei wieder Haszkarl! Reckt nicht das einsame Tal bittende Arme naoh fleiszigen deutschen Handen, nach geistigen Siedlern Bietet Perus Regierung ihnen nicht als Gastgeschenk Freiland Peru ist grosz, Peru ist reich! Noch andere Gaue harren des befruchtenden germanisch-deutschen Edelblutes. Dir hat man Vertrauen gescheukt, das Land gleicli Josua und Caleb zu erkunden, das deutschem Wesen gemasz sein könnte. Warum willst du einem Fremdvolke dienen, das aus seiner Abneigung gegen die „Muffs” nie ein Hehl machte; gegen das grosse deutsdhe Volk, das dauernd den Menschenüberflusz des kleinen Nachbars aufnehraen musz, gegen das grosze einstige Brudervolk, von dem es lebt, ohne das es langst ausgelöscht ware aus der Weltgeschichte. Holland wird deine Kraft wohl nützen, um dir mit kaltem Hiolhn Undank zu bieten. Du wirst ihm Frau und Kinder opfern und wirst einsam sein. Wirf ab die Maske, diene deinem Edelvolk.”
1239