onze samenwerking met den groothandel ook verder gevorderd zal zijn, hopen wij binnen betrekkelijk korten tijd aan dit euvel een einde te maken. Tot zoolang kunnen wij dien waarborg niet geven. Haarlem (de heer Bartels): Tot op zekere hoogte ben ik met deze mededeeling voldaan, maar toch ben ik zoo vrij, om het optreden van de MJerkenvereeniging te beschouwen als een smoes. Dat men zich beroept op den prijscourant is goed, maar er zijn zooveel andere prijscouranten, zoodat iedereen wel kan weten, wat de prijzen zijn. De Voorzitter: Wenscht iemand anders nog het woord over dit verslag?
Dan kunnen wij overgaan tot punt IV. Mededeeling van het Hoofdbestuur naar aanleiding van besluiten van vorige Algemeene Vergaderingen. De Voorzitter: Deze punten zijn alle in het verslag van den Secretaris behandeld, dus behoeven wij hier niet op terug te komen. V. Verslagen over den toestand der Departementen. Noord-Brabant (de heer Imhoff): Mijnheer de Voorzitter. Met belangstelling hebben wij het verslag van het Departement Haarlem gelezen wat betreft de sluitingsregeling. Daarin wordt gezegd: „Een buitenstaander wilde de departementsleden gaarne naar zijn pijpen laten dansen en slaagde er bijna in, sluitingsvoorwaarden te doen opleggen, die voor ons gevoel van eigenwaarde niet acceptabel waren. Na overleg met den betrokken- autoriteit werd echter voorkomen, dat overgegaan moest worden tot openlijk verzet.” Waar in ons Departement bezwaren omtrent de sluiting bestaan, zou ik gaarne aan Haarlem willen vragen, welke deze moeilijkheden zijn geweest. -De Voorzitter: U had veel vlugger een antwoord gehad, wanneer U zich schriftelijk tot het Departement Haarlem had gewend. In het kort wil ik het even mededeelen. Er was een algemeene regeling der Zondagsluiting vastgesteld en daarin wenschte ook een buitenstaander opgenomen te worden. Dit kon natuurlijk op grond van de wettelijke bepalingen niet geweigerd worden, wanneer die apotheker zorgde, dat behoorlijk inde pharmaceutische hulp werd voorzien. Dit is door den Inspecteur toegestaan, waarbij de voorwaarde werd gesteld, dat de departementsleden op de verschillende kaarten, betreffende de sluiting, ook den naam van dien buitenstaander zouden opnemen. Daartegen heeft Haarlem zich verzet. Toen heb ik een onderhoud gehad met eenige leden van het Departement Haarlem en den Hoofdinspecteur der Volksgezondheid. Thans doet bedoelde apotheek mede aan de sluiting, maar behoeven onze leden, wanneer hun apotheek gesloten- is, niet naar die apotheek te verwijzen. Noord-Brabant (de heer Imhoff): Ik dank U zeer, mijnheer de Voorzitter. De Voorzitter: Thans stel ik voor het woord aan de beide rapporteurs te geven en hun te verzoeken hun prae-advies nader toe te lichten. VI. Bereiding, aflevering en controle van sera en vaccins, in verband met de serumwet. Prof. de Graaft: -Mijnheer de Voorzitter, dames en heeren. Hoewel ik meen, dat mijn prae-advies voldoende mijn denkbeelden ontvouwt.
957