waar te nemen, en op te maken, of ook de geneeskruidcultuur daaruit eenig nuit trok.
Het is in het Oosten, nabij de grens van ons land, dat wijden keizer een woonplaats zien kiezen, een palts vestigen in het oude Noviomagum der Kelten. Hielden ook de Romeinen er hun verblijf en zijn er aanwijzingen, dat in heit tijdperk der Merovingers het verkeer er intact was gebleven'), de tijd van groeten bloei begint met Karei den Groote, die van Nijmegen de Keizerstad heeft gemaakt. Het is buiten twijfel, dat hij daar vele malen verblijf hield en met zijn gevolg het Paaschfeest vierde; vanaf 776 komt hij met grootere of kleinere tusschenpoozen; voor de laatste maal is hij er in 808. Hij overleed in 814 te Aken, waar hij de laatste winters van zijn leven doorbracht"). Ook zijn opvolgers bezochten de stad menigmaal. Hoe gaarne zouden wij ons een juiste voorstelling van deze palts maken zijn van andere koninklijke paleizen als die te Ingelheim en Aken nog al wat bijzonderheden bekend, hier kan men zich slechts laten leiden door bestudeering van de weinige brokstukken, die van het oude kasteel zijn overgebleven. Hoogstens kan men kennis nemen van de twee teekeningen, door Hendrik Hoogers kort vóór de slooping in 1795 gemaakt, en hiermede vergelijken het situatieplan, in het Rijksarchief te Arnhem: gevonden, en stammende uit de jaren 1725—’26. Het is mogelijk, zich op dit plan inden N.0.-hoek eendoor den muur omsloten plaatsje te denken. dat het kasteeltuintje kan zijn geweest3). Doch dit beteekent voor het nader komen van ons doel niet veel. Wij hebben ons tevreden te stellen met de zekerheid, dat Karei daar gewoond heeft, en zullen nu trachten na te gaan, welken invloed zijn verblijf aldaar heeft gehad. Beschouwen wij daarvoor de wijze, waarop Karei de Groote de leiding zijner talrijke villae regelde. Moeilijk was het in het algemeen, in dat uitgestrekte rijk het verband te bewaren tusschen de regeering en hare organen. Door gebruik te maken van zendboden (missi) werd ’) Terps t ra, Nijmegen i. d. Middeleeuwen. Proefschr. Amsterdam, 1917. ... . 2) v. Schevichaven, Vraagstukken inde geschiedenis van Nijmegens voortijd. Gelre. Bijdragen en iMededeelingen, IX 1906. Karei de Groote vertoefde op den Burcht inde jaren 776. 777, 779, 796, 804, 806, 807, 808. Bodewijk de Vrome in 815, 847, 821, 825', 827, 828.’ 830, 837, 838. Ttl 3) Stephani, Der alteste deutsche Wohnbau. Bd, 11.
891