het simplex verstaan wordt. Zoo vangt bijv. de beschrijving, van het artikel Folia Belladonnae aan met: „Gehalte minstens 0,3 pCt. Hyoscyamine. De tijdens den bloei verzamelde en gedroogde bladeren van Atropa Belladonna”. De omgekeerde volgorde zon rationeelcr geweest zijn. Bij den aanhef der beschrijving wordt dan veelal tevens opgegeven, welke handelssoort verlangd wordt. Van Benzoë wordt alleen, evenals tot dusver, de Siam-Benzoë toegelaten; bij Cortex Cinnamomi alleen de Ceylonkaneel; bij Bulbus Sciliae uitdrukkelijk alleen de witte variëteit; bij Radix Sarsaparillae de Honduras-S. terwijl bij Folia Sennae zoowel de Alexandrijnsche als de Tinnevelly toegelaten zijn; van Amylumsoorten zijn alleen Amylum Oryzae en Am. Tritici opgenomen. Bij andere volgt pas indirect uit de beschrijving, welke soort verlangd wordt; zoo blijkt uit de stamplant, dat alleen Rio-lpecacuanha toegelaten wordt, evenals uit de stamplant Rheum palmatum var. tanguticum blijkt, dat Chineesche Rhabarber wordt bedoeld, doch daardoor wordt de tegenwoordig in Duitschland, naar beweerd wordt van dezelfde stamplant, gekweekte R. niet uitgesloten. Van Zoethout- en Gemberwortel wordt alleen, de geschilde soort verlangd. Bij de eerste is dit begrijpelijk, maar waarom van de tweede in tegenstelling met de vorige uitgave alleen de geschilde vorm genade heeft kunnen vinden, is minder begrijpelijk en zeker geen verbetering. Naast een macroscopische beschrijving is bij nagenoeg alle artikelen een microscopische opgenomen. Bij vele zal dit onderdeel der beschrijving slechts theoretisch belang hebblen, want wat het practisch nut is van de beschrijving van den microscopischen bouw van grondstoffen als Carrageen, Lichen Islandicus, Flores Sambuci e.a., is niet in te zien. De macroscopische beschrijvingen zijn over het geheel op denzelfden leest geschoeid als die van onze Ph. Zij verschillen echter principieel van die onzer Ph., doordat als regel de afmetingen der grondstoffen of hun onderdeelen worden opgenomen, De zeer betrekkelijke waarde van zulke maatopgaven blijkt duidelijk, o.a. bij Rhizoma Filicis, waarvan opgegeven wordt, dat ze tot 30 cm. lang wordt en tot 2 cm. dik. Ik vermoed echter, dat Varenwortel van zulke afmeting in geen enkele Duitsohe apotheek te vinden zal zijn. Zulke weinig zeggende opgaven kunnen beter weggelaten worden. Zoowel bij de macroscopische als de microscopische beschrijvingen zouden enkele onjuistheden aangewezen kunnen worden, doch voor een algemeen overzicht heb-
807