allereerst in aanmerking komt, om te verkrijgen, dat er een einde gemaakt wordt aan hetgeen naar zijn meening een gevaar is voor zoowel medicus als apotheker en bovenal schade brengt aan de volksgezondheid. Prae-advies van het Hoofdbestuur. Naar aanleiding van bovengenoemd voorstel merkt het Hoofdbestuur op, dat het zich bij schrijven van 5 Mei 1926 reeds gewend heeft tot het Hoofdbestuur der Ned. Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst met een uitvoerig schrijven, geheel aansluitende aan den inhoud van het voorstel van het Departement Overijsel. Dit schrijven, dat nader bij missive van 31 Mei 1926 werd aangevuld en waarbij ons Hoofdbestuur nader uiteenzette enkele wijzen, waarop het meende, dat verbetering inden toestand zou kunnen worden gebracht, werd 21 Juni van datzelfde jaar door het Hoofdbestuur van de Maatschappij van Geneeskunst beantwoord met de mededeeling, dat het Dagelijksch Bestuur het op prijs zou stellen, in het najaar deze aangelegenheid nader met ons te bespreken. Door verschillende omstandigheden heeft deze bespreking tot heden nog niet plaats gehad. Een dier omstandigheden is gelegen in het feit, dat ons Hoofdbestuur eerst eens wilde afwachten, welken invloed het verschijnen van het spécialité-boekje op het voorschrijven van verpakte geneesmiddelen zou hebben. Waar het in het voornemen van het Hoofdbestuur ligt, de besprekingen met het Hoofdbestuur der zustermaatschappij alsnog te doen plaats vinden, bestaat er zijnerzijds geen bezwaar de opdracht, neergelegd in het voorstel en welke geheel parallel loopt met de reeds door het Hoofdbestuur gedane stappen, te aanvaarden. Van het Departement Rotterdam Art. 12 van de Statuten onzer Maastchappij, worde als volgt veranderd. Inplaats van de laatste alinea leze men: Indien opzegging of verlies van de vereischten, bedoeld in het eerste lid sub e plaats vindt, houdt het lidmaatschap op met 31 December van het jaar, volgend op dat, waarin opzegging of verlies van de vereischten heeft plaats gehad. Toelichting. Zooals deze alinea thans geredigeerd is, worden de banden met de Maatschappij op te korten termijn verbroken. Waar de ziekenfondscontracten gewoonlijk met één jaar speling worden opgezegd en de onderhandelingen in dit jaar plaats grijpen, is het voor de apothekers-onderhandelaren van veel belang, dat geen der bij het contract aangesloten apothekers, gedurende deze onderhandelingen bij de verbintenis met de Maatschappij kunnen opzeggen op zoodanige wijze, dat dit invloed op de onderhandelingen kan uitoefenen. Prae-advies van het Hoofdbestuur, Wanneer dit voorstel bij de Algemeene Vergadering instemming vindt, zal het wenschelijk zijn, aan het Hoofdbestuur bevoegdheid te geven, gehoord het Departementsbestuur, voor het beëindigen van het lidmaatschap in bijzondere gevallen een korteren termijn toe te staan.
535