en dit wijst er reeds op, dat het geen boekje is, dat diep op dezaken ingaat. Na een korte algemeene inleiding wordt ten opzichte van de verschillende infectieziekten, zooals de inleiding zegt, ineen soort telegramstijl, opgesomd, welke sera en vaccins daartegen gebruikt worden, hoe deze bereid en op welke wijze ze aangewend worden, terwijl tevens de contraindicaties tegen het gebruik en de mogelijke ongewenschte nevenverschijnselen worden aangegeven. Het boekje is niet te vergelijken met de vorige en men zou het beter een soort serologisch vademecum kunnen noemen, doch wie vlug georiënteerd wil zijn over de hoofdzaken der serum- of vaccinbehandeling vaneen of andere ziekte, zal het in vele gevallen niet tevergeefs opslaan. Het laatstgenoemde boek, dat van Klimmer, behandelt de verschillende methoden van bacteriologisch en serologisch onderzoek, waarbij het eerste verreweg het grootste gedeelte inneemt. Achtereenvolgens worden behandeld agglutinatie- en praecipitatiereacties, complementbinding, bepaling van den opsonischen index, de anaphylaxie, allergie en de agressinen, de toepassingen van complementen lipoïdbinding, het gebruik der bacteriotropinen, enz. Toch is het geen boek, aan de hand waarvan in het laboratorium gewerkt kan worden, doch veel meer is het een boek, geschikt en aanbevelenswaard, om hem, die zich op dit soort onderzoekingen wil gaan toeleggen, in te leiden inde daarbij gevolgde methoden, om, na bestudeering ervan, zich onder deskundige leiding ineen laboratorium verder practisch te bekwamen. Zonder behoorlijke theoretische voorstudie der bacteriologie, doet men echter beter, dit boek te laten rusten. G. E. G. Berichten, FRIESLAND. Een merkwaardige toepassing van Art. 9 der Wet, regelende de uitoefening der Geneeskunst. In dit artikel, waarin den geneeskundige wordt toegestaan, geneesmiddelen af te leveren in plaatsen, waar geen apotheker is gevestigd, heeft reeds van den beginne de uitleg van het woord „plaats” aanleiding tot moeilijkheden gegeven, moeilijkheden, die bij de beraadslaging in de Tweede Kamer in 1865 ineen ;zeer lange rede door den afgevaardigde van Appingedam, dokter Westerhoff, aan de hand van voorbeelden uit de naaste omgeving van zijn woonplaats inden breede zijn uitgemeten. 'De rede van dezen afgevaardigde beslaat 23 blz. (blz. 503—526) in Opwijrda’s Geneeskundige Wetten, en zijn collega Id ze rda merkte dan ook op, dat hij het voorbeeld van den geachten afgevaardigde, om een zoo lange rede te houden, niet zou volgen. Inde rede van den Heer Westerhoff werden in die mate medische belangen verdedigd, dat de logica van zijn betoog hier en daar wel eens zoek is en hij zich in zijn antipharmaceutische beschouwingen tot uitlatingen laat verleiden, die moeilijk door den beugel kunnen bij iemand, die niet als spreker voor een vakorganisatie, maar als volksvertegenwoordiger het woord voert. Het geheele

502