PHARMACEÜTISCH – WEEKBLAD –

D. B.CENTEN’s Uifgevers-Maatschappij O.Z. Voorb.wal 115 Amsterdam. Tel. 48695.

> ORGAAN van de Ned. Mij ter Bevordering der Pharmacie. Hoofdredacteur: Prof. P. VAN DER WIELEN. Hilversum. Utrechtschestraatweg 31. I Commissie van redactie: Dr. J. J. Hofman, E. I. van Itailie, Dr. H. L. Visser, Dr. I. J. L. Zwikker, Prof. Dr. L. E. Goester, de Hoofdbestuurder-Secret. V. van Itailie, 130 Nicolaas Beetsstr. (Amsterdam). Vaste medewerker: Prof. Dr. N. Schoorl.

Abonnement Prijs per ]aar Binnenland f 15,50 Buitenland f 20 losse nummers f 0,35.

M 18 30 April 1927. 64e Jrg.

ONDERZOEK VAN RAUWE MELK MET DE KLEINE PLAAT, door Th. A. M. VAN DEN BERQH. Tal van onderzoekers, die zich geregeld bezig houden met het quantitatief bacteriologisch melkonderzoek, schijnen niet veel te willen weten van de kleine-plaat-methode volgens Dr. F rost. Verschillenden hunner zijnde meening toegedaan, dat deze methode onbetrouwbaar en onbruikbaar is. Niets is echter minder waar; hier is van toepassing „onbekend maakt onbemind". Wanneer deze nieuwe methode ijverig door hen beproefd was, zou hun opinie zeer zeker een andere zijn, en ik vrees, dat een zeker vooroordeel hen angstvallig aan de oude Kochsche plaat-methode doet vasthouden. Voor het controleeren van rauwe melk, welke aan hooge eischen moet voldoen, en waarbij het een eerste vereischte is, dat men zoo spoedig mogelijk het aantal kolonies kent, is de kleine-plaat-methode de methode bij uitnemendheid. Zooals we verder zullen zien, biedt de kleine-plaat-methode nog tal van andere belangrijke voordeelen dan het vlugge vaststellen van het aantal bacteriën. Waar er inde laatste jaren vele bedrijven pogingen in het werk stellen, melk te produceeren, welke, zonder nadeel, ook door zuigelingen en zwakke personen rauw kan worden gedronken, vragen deze bedrijven, wanneer hun leider zich ten minste bewust is van de groote verantwoordelijkheid, welke hij door het inden handel brengen dezer melk op zich neemt, een dagelijksche bacteriologische controle, die zich uitstrekt zoowel over de ochtend- als over de avondmelk. Het spreekt dus van zelf, dat degenen, die dergelijke onderzoekingen