hebben giften geschonken voor den door het Nederiandsch Openlucht-Mluseum te Arnhem aan te leggen kruidentuin. Arnhemsche Chemische Kring. Op de drukbezochte bijeenkomst van 11 Februari sprak Prof. B. van der Burg uit Wageningen over „De physische toestand, waarin het vet inde melk voorkomt.” Na een inleiding, waarin hij de tegenwoordige ideeën omtrent de chemische samenstelling van het melkvet te berde bracht, behandelde speker den physischen toestand ervan, vnl. aan de hand van de onderzoekingen van Dr. van Dam. De volgende bijeenkomst zal plaats vinden op nader te bepalen datum in Maart. Verslagen en Mededeelingen betreffende de Volksgezondheid, 1927, no. 1, Januari. Dit no. bevat, behalve de gewone rubrieken, het Rapport van de Staatscommissie in zake kraamhulp, de resultaten der enquête over het voorkomen van malaria in Friesland door Dr. H. H. T. Be ken kamp; het verslag van den veterinairen hoofdinspecteur, in het bijzonder belast met het toezicht op de naleving van de vleeschkeuringswet; een lijst der entstofinrichtingen; het K. Bi., waarbij de Pharmacopee wordt ingevoerd en de opgave van de samenstelling van den Gezondheidsraad en de verschillende officiëele lichamen, die belast zijn of verband houden met de uitvoering der gezondheidswetten. Pharniaceutisch Tijdschrift voor Nederlandsch-Indië. No. 1 van den 4den jaargang bevat een artikel van Dr. H. J. van Giffen over de pharmacologie van den gasoorlog; een vervolg van Dr. M. Duy s t e r’s artikel over Ned.-Indische planten, die giftig zijn of giftige bestanddeelen bevatten; referaten; officieele mededeelingen; berichten en personalia. ENGELAND. Het eerste jaarverslag van het pharmacologisch laboratorium van The Pharmaceutical Society of Great Britahi, Van het pharmacologisch laboratorium, waarover wij reeds herhaaldelijk schreven (zie o.a. Pharm. Weekbl. 1925, 1221 en 1926, 449), is thans het eerste jaarverslag, waaruit de belangrijkheid van het gedane werk blijkt, verschenen. Het oorspronkelijk opgestelde programma van werkzaamheden (l.c. 1926, 449), is alsnog uitgebreid met adrenaline, ovariumextract en parathyreoïd-extract, terwijl ook nog bepaling van de giftigheid van natriumtetrajodophenolphthaleïne verricht is. Zeventien monsters Digitalis werden ingezonden, waarvan 3 van bladen, de rest van tinctuur. 3 monsters werden afgekeurd, waarvan 1 als te zwak en 2 als te sterk. De meeste werden onderzocht volgens de katmethode en vergeleken met het internationale standaardmonster. Op de internationale conventie van den Volkenbond (zie Pharm. Weekbl. 1926, 194) werd ouabaïne als standaard voor het ijken van strophanthustinctimr aanbevolen, doch aanwijzingen omtrent de sterkte zijn alleen te vinden inde U. S. Pharmacopee. Deze aanwijzingen zijn echter onbruikbaar voor de tincturen, welke in Engeland te krijgen zijn. Er is nu gevonden, dat een strophanthustinctuur ongeveer de sterkte vaneen 0,35 pCt. ouabaïne-oplossing moet hebben.
203